Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 13 december 1999
gepubliceerd op 31 december 1999

Koninklijk besluit tot erkenning van culturele instellingen voor de toepassing van artikel 104, 3°, d, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992

bron
ministerie van financien
numac
1999003557
pub.
31/12/1999
prom.
13/12/1999
ELI
eli/besluit/1999/12/13/1999003557/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

13 DECEMBER 1999. - Koninklijk besluit tot erkenning van culturele instellingen voor de toepassing van artikel 104, 3°, d, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, inzonderheid op artikel 104, 3°, d, gewijzigd bij de wet van 22 december 1998;

Gelet op het KB/WIB 92, inzonderheid op artikel 58;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 8 juni 1999;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 28 juni 1999;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende : - dat dit besluit medebepalend is voor de te verlenen belastingvrijstelling voor giften in geld aan culturele instellingen die tijdens de kalenderjaren 1996 tot 1999 zijn gedaan; - dat de culturele instellingen en de belastingplichtigen terzake zo spoedig mogelijk moeten worden ingelicht; - dat dit besluit dus onverwijld moet worden getroffen;

Op de voordracht van Onze Minister van Financiën en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van artikel 104, 3°, d, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, gewijzigd bij de wet van 22 december 1998, worden erkend : 1° voor de kalenderjaren 1996, 1997 en 1998, de culturele instelling vermeld in rubriek 1 van de bijlage van dit besluit;2° voor de kalenderjaren 1997, 1998 en 1999, de culturele instelling vermeld in rubriek 2 van de bijlage van dit besluit.

Art. 2.Onze Minister van Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 13 december 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS

Bijlage van het koninklijk besluit van 13 december 1999.

Rubriek 1 (1996 1997 1998). « Les Jeunesses poétiques », V.Z.W., Schotlandstraat 30, 1060 Brussel 6.

Rubriek 2 (1997 1998 1999). « Paleis voor Schone Kunsten », publiekrechtelijke rechtspersoon, Koningstraat 10, 1000 Brussel 1.

Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 13 december 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, D. REYNDERS _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wetboek van de inkomstenbelasting 1992, koninklijk besluit van 10 april 1992, Belgisch Staatsblad van 30 juli 1992. Wet van 22 december 1998, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1999.

Koninklijk besluit van 27 augustus 1993 tot uitvoering van het Wetboek van de inkomstenbelasting 1992, Belgisch Staatsblad van 13 september 1993.

Wetten op de Raad van State, gecoördineerd bij koninklijk besluit van 12 januari 1973, Belgisch Staatsblad van 21 maart 1973.

Wet van 4 juli 1989, Belgisch Staatsblad van 25 juli 1989.

Wet van 4 augustus 1996, Belgisch Staatsblad van 20 augustus 1996, err. 8 oktober 1996.

^