Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 13 juli 2014
gepubliceerd op 19 augustus 2014

Koninklijk besluit tot opheffing van de artikelen 5 en 18 en tot wijziging van artikel 16 van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Addendum

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2014205085
pub.
19/08/2014
prom.
13/07/2014
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID


13 JULI 2014. - Koninklijk besluit tot opheffing van de artikelen 5 en 18 en tot wijziging van artikel 16 van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Addendum


In het Belgisch Staatsblad van 28 juli 2014, pagina 55916, akte 2014022431, wordt het bijgevoegde advies van de Raad van State ingevoegd.

Raad van State Adeling Wetgeving, advies 55.909/1 van 30 april 2014 over een ontwerp van koninklijk besluit tot opheffing van de artikelen 5 en 18 en tot wijziging van artikel 16 van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders.

Op 31 maart 2014 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Minister van Sociale Zaken verzocht binnen een termijn van dertigdagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit "tot opheffing van de artikelen 5 en 18 en tot wijziging van artikel 16 van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uivoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders".

Het ontwerp is door de eerstekamer onderzocht op 24 april 2014. De kamer was samengesteld uit Marnix Van Damme, kamervoorzitter, Wilfried Van Vaerenbergh en Wouter Pas, staatsraden, Marc Rigaux en Michel Tison, assessoren, en Wim Geurts, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Eric Lancksweerdt, eerste auditeur-afdelingshoofd.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Marnix Van Damme, kamervoorzitter.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 30 april 2014. 1. Rekening houdend met het ogenblik waarop dit advies gegeven wordt, vestigt de Raad van State de aandacht van de regering op het feit dat de ontstentenis van de controle die het Parlement krachtens de Grondwet moet kunnen uitoefenen, tot gevolg heeft dat de regering niet over de volheid van haar bevoegdheid beschikt.Dit advies wordt evenwel gegeven zonder dat wordt nagegaan of dit ontwerp in die beperkte bevoegdheid kan worden ingepast, aangezien de afdeling Wetgeving geen kennis heeft van het geheel van de feitelijke gegevens welke de regering in aanmerking kan nemen als ze te oordelen heeft of het vaststellen of het wijzigen van een verordening noodzakelijk is. 2. De ontworpen regeling kan worden geacht rechtsgrond te vinden in artikel 2, § 1, 2°, van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten "tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders", naar welke bepaling wordt verwezen aan het einde van het eerste lid van de aanhef van het ontwerp. Wat evenwel de vervanging van artikel 16, tweede lid, van het koninklijk besluit van 28 november 1969 "tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders" (artikel 1 van het ontwerp) en de opheffing van artikel 18 van hetzelfde koninklijk besluit betreft (artikel 2 van het ontwerp), moet het ontwerp worden geacht mede rechtsgrond te vinden in artikel 2, § 1, 4°, van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, dat bepaalt dat de Koning, bij een besluit waarover in de Ministerraad overleg is gepleegd en na het advies van de Nationale Arbeidsraad te hebben ingewonnen, "onder de voorwaarden die Hij bepaalt, aan de toepassing van deze wet [kan] onttrekken de categorieën van werknemers, tewerkgesteld aan een arbeid die voor hen een bijkomstige betrekking is of die wezenlijk van korte duur is, evenals de werkgevers uit hoofde van de tewerkstelling van die werknemers".

Rekening houdende met wat voorafgaat, schrijve men aan het einde van het eerste lid van de aanhef "betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders, artikel 2, § 1, 2° en 4°;". 3. Het is niet zinvol in de aanhef de wijzigingen te vermelden die vroeger aangebracht zijn in de te wijzigen of op te heffen bepalingen. Een wijziging kan immers eveneens bestaan in de toevoeging van nieuwe bepalingen aan de gewijzigde tekst. Bovendien zullen de betrokken wijzigingen herkenbaar zijn bij het lezen van de wijzigings- of opheffingsbepalingen. [1] In het tweede lid van de aanhef volstaat het derhalve te schrijven : « Gelet op het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/06/1969 pub. 24/01/2011 numac 2010000730 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders; ». 4. Uit de aan de Raad van State, afdeling Wetgeving, meegedeelde documenten blijkt dat de akkoordbevinding van de Minister van Begroting dateert van 26 februari 2014.Het is derhalve van deze laatste datum en niet van die van 14 februari 2014 dat melding moet worden gemaakt in het vijfde lid van de aanhef. 5. Aan het einde van de inleidende zin van artikel 1 van het ontwerp schrijve men "maatschappelijke zekerheid der arbeiders, vervangen bij het koninklijk besluit van 24 augustus 1987, wordt vervangen als volgt :".6. De tekst van het ontworpen artikel 16, tweede lid, van het koninklijk besluit van 28 november 1969 (artikel 1 van het ontwerp), stemt niet overeen met de commentaar die bij die bepaling wordt gegeven in het verslag aan de Koning.In die commentaar wordt immers als één van de criteria ter omschrijving van het begrip "occasionele arbeid" vermeld dat de werknemer van de werkgever daarvoor slechts een beperkte vergoeding ontvangt. Dat criterium wordt evenwel niet vermeld in de ontworpen bepaling. Ter wille van de rechtszekerheid zouden de commentaar in het verslag aan de Koning en de tekst van de ontworpen bepaling met elkaar in overeenstemming moeten worden gebracht. 7. Men passe de redactie van artikel 2 van het ontwerp aan als volgt : « Artikel 5, vervangen bij het koninklijk besluit van 8 maart 1983, en artikel 18 van hetzelfde koninklijk besluit, worden opgeheven.» 8. Door de gemachtigde werd meegedeeld dat het de bedoeling is om de ontworpen regeling op 1 oktober 2014 in werking te laten treden.Men vervange derhalve in artikel 3 van het ontwerp de datum van 1 april 2014 door die van 1 oktober 2014.

De griffier, Wim Geurts De voorzitter, Marnix Van Damme _______ Nota [1] Beginselen van de wetgevingstechniek. Handleiding voor het opstellen van wetgevende en reglementaire teksten, Raad van State, 2008, aanbeveling nr. 30, te raadplegen op de internetsite van de Raad van State (www.raadvst-consetat.be)

^