Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 13 juni 2018
gepubliceerd op 10 juli 2018

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 oktober 2017, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende de vakbondsvorming

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2018201604
pub.
10/07/2018
prom.
13/06/2018
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

13 JUNI 2018. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 oktober 2017, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende de vakbondsvorming (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor het koetswerk;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 6 oktober 2017, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, betreffende de vakbondsvorming.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 13 juni 2018.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor het koetswerk Collectieve arbeidsovereenkomst van 6 oktober 2017 Vakbondsvorming (Overeenkomst geregistreerd op 24 november 2017 onder het nummer 142816/CO/149.02) In uitvoering van artikel 21 van het nationaal akkoord 2017-2018 van 27 juni 2017. HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor het koetswerk.

Voor de toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "werklieden" verstaan : de werklieden en de werksters. HOOFDSTUK II. - Algemene beginselen

Art. 2.Deze beschikkingen regelen de toepassing van punt 7 van het nationaal interprofessioneel akkoord van 15 juni 1971 betreffende de syndicale vorming, en van de collectieve arbeidsovereenkomst gesloten op 9 maart 1972 in de Nationale Arbeidsraad, tot coördinatie van de in de Nationale Arbeidsraad gesloten nationale akkoorden en collectieve arbeidsovereenkomsten betreffende de ondernemingsraden, gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juli 1974, respectievelijk algemeen verbindend verklaard bij de koninklijke besluiten van 12 september 1972 en 5 september 1974.

Art. 3.Rekening houdend met de rol die de vertegenwoordigers van de arbeiders in de ondernemingen spelen, wordt hun binnen de hierna omschreven grenzen, faciliteiten verleend om vormingscursussen te volgen die nodig zijn voor het volbrengen van hun taak in de beste voorwaarden.

Art. 4.In functie daarvan wordt het de vertegenwoordigers van de arbeiders toegestaan zonder loonderving, op tijdstippen die samenvallen met de normale arbeidsuren en volgens zekere modaliteiten, cursussen en seminaries bij te wonen, die : a) worden georganiseerd door de nationale of regionale vakverbonden of hun beroepscentrales, hun regionale afdelingen inbegrepen;b) zijn gericht op de vervolmaking van hun economische, sociale, technische en syndicale kennis binnen het kader van hun taak als vertegenwoordigers van de arbeiders. HOOFDSTUK III. - Toekenningsmodaliteiten

Art. 5.a) De begunstigden van deze bepalingen zijn ofwel de effectieve ofwel de plaatsvervangende leden, verkozen of aangewezen leden van de ondernemingsraden, van de comités voor preventie en bescherming op het werk en van de vakbondsafvaardigingen, daar waar één of meerdere van deze organen bestaan.

In zekere uitzonderlijke gevallen, afzonderlijk in gemeenschappelijk overleg bepaald tussen het ondernemingshoofd en de vakbondsafvaardiging of, bij ontstentenis, de betrokken vakorganisatie, kunnen evenwel één of meerdere van de in het vorige lid bedoelde lasthebbers worden vervangen door andere syndicale verantwoordelijken, die door de meest representatieve werknemersorganisaties bij naam zullen worden aangeduid. b) De duur van de afwezigheid wegens het bijwonen van de in de artikelen 3 en 4 bedoelde cursussen en seminaries is vastgesteld op twaalf dagen per vast mandaat over een periode van vier jaar.c) Het globaal aantal van de in b) van dit artikel bepaalde toegestane afwezigheidsdagen wordt onder de meest representatieve werknemersorganisaties verdeeld naar rata van het aantal mandaten die zij in de drie in elke onderneming bestaande vertegenwoordigingsorganen hebben verkregen.d) Elke afwezigheidsdag, krachtens deze bepalingen toegestaan en de door de rechthebbenden besteed aan de syndicale vorming tijdens effectieve werkdagen, wordt door de werkgever betaald op basis van het normaal loon, berekend met inachtneming van het koninklijk besluit van 18 april 1974 tot bepaling van de algemene wijze van uitvoering van de wet van 4 januari 1974 betreffende de feestdagen (Belgisch Staatsblad van 31 januari 1974).e) De meest representatieve werknemersorganisaties dienen twee weken op voorhand bij de betrokken werkgevers hun schriftelijke aanvraag in om toestemming tot afwezigheid van hun leden wegens het bijwonen van cursussen voor syndicale vorming. Deze aanvraag moet vermelden : - de naamlijst van de vakbondsmandatarissen waarvoor een toelating tot afwezigheid gevraagd wordt, evenals de duur van die afwezigheid; - de datum en de duur van de ingerichte cursussen; - de thema's die zullen worden onderwezen en bestudeerd. f) Teneinde te voorkomen dat de gelijktijdige afwezigheid van één of verscheidene arbeiders de organisatie van het werk zou verstoren, worden het ondernemingshoofd en de vakbondsafvaardiging of, bij ontstentenis, de betrokken vakorganisatie het per geval eens over het maximum aantal toe te stane afwezigheden.g) Bij voorkeur dienen de in punt b) van onderhavig artikel bepaalde dagen in volledige dagen en niet aaneensluitend te worden genomen. Daartoe dienen op ondernemingsvlak afspraken gemaakt te worden. HOOFDSTUK IV. - Procedure

Art. 6.Alle geschillen waartoe de toepassing van deze bepalingen aanleiding zou kunnen geven, worden onderzocht in het raam van de normale verzoeningsprocedure.

Art. 7.De in deze bepalingen niet voorziene gevallen worden onderzocht door het Paritair Subcomité voor het koetswerk. HOOFDSTUK V. - Vervanging van collectieve arbeidsovereenkomst

Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de syndicale vorming van 16 juni 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor het koetswerk, geregistreerd op 27 januari 2011 onder het nummer 104913/CO/149.02 en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 1 december 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 01/12/2011 pub. 14/12/2011 numac 2011021110 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Koninklijk besluit betreffende de erkenning van de Republiek Zuid-Soedan sluiten (Belgisch Staatsblad van 17 januari 2012). HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen

Art. 9.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 2017 en wordt gesloten voor onbepaalde duur.

Zij kan door één van de partijen opgezegd worden mits een opzegging van drie maanden wordt betekend bij een ter post aangetekend schrijven, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor het koetswerk en aan de ondertekenende organisaties.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 13 juni 2018.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^