Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 13 maart 2000
gepubliceerd op 10 mei 2000

Koninklijk besluit tot vaststelling van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen

bron
ministerie van middenstand en landbouw en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
2000016091
pub.
10/05/2000
prom.
13/03/2000
ELI
eli/besluit/2000/03/13/2000016091/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

13 MAART 2000. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, ondertekend te Rome op 25 maart 1957 en goedgekeurd door de wet van 2 december 1957;

Gelet op de Richtlijn nr. 76/895/EEG van de Raad van 23 november 1976, betreffende de vaststelling van maximale hoeveelheden residuen van bestrijdingsmiddelen in en op groenten en fruit, gewijzigd bij de Richtlijnen nr. 80/428/EEG van de Commissie van 28 maart 1980, nr. 81/36/EEG van de Raad van 9 februari 1981, nr. 82/528/EEG van de Raad van 19 juli 1982, nr. 88/298/ EEG van de Raad van 16 mei 1988, nr. 89/186/EEG van de Raad van 6 maart 1989, nr. 93/58/EEG van de Raad van 29 juni 1993, nr. 96/32/EG van de Raad van 21 mei 1996, nr. 97/41/EG van de Raad van 25 juni 1997;

Gelet op de Richtlijn nr. 86/362/EEG van de Raad van 24 juli 1986 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op granen, gewijzigd bij de Richtlijnen nr. 88/298/EEG van de Raad van 16 mei 1988, nr. 93/57/EEG van de Raad van 29 juni 1993, nr. 94/29/EG van de Raad van 23 juni 1994, nr. 95/39/EG van de Raad van 17 juli 1995, nr. 96/33/EG van de Raad van 21 mei 1996, nr. 97/41/EG van de Raad van 25 juni 1997, nr. 97/71/EG van de Commissie van 15 december 1997 en nr. 98/82/EG van de Commissie van 27 oktober 1998;

Gelet op de Richtlijn nr. 86/363/EEG van de Raad van 24 juli 1986 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op levensmiddelen van dierlijke oorsprong, gewijzigd bij de Richtlijnen nr. 93/57/EEG van de Raad van 29 juni 1993, nr. 94/29/EG van de Raad van 23 juni 1994, nr. 95/39/EG van de Raad van 17 juli 1995, nr. 96/33/EG van de Raad van 21 mei 1996, nr. 97/41/EG van de Raad van 25 juni 1997, nr. 97/71/EG van de Commissie van 15 december 1997 en nr. 98/82/EG van de Commissie van 27 oktober 1998;

Gelet op de Richtlijn nr. 90/642/EEG van de Raad van 27 november 1990 tot vaststelling van maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen in en op bepaalde producten van plantaardige oorsprong, met inbegrip van groenten en fruit, gewijzigd bij de Richtlijnen nr. 93/58/EEG van de Raad van 29 juni 1993, nr. 94/30/EG van de Raad van 23 juni 1994, nr. 95/38/EG van de Raad van 17 juli 1995, nr. 95/61/EG van de Raad van 29 november 1995, nr. 96/32/EG van de Raad van 21 mei 1996, nr. 97/41/EG van de Raad van 25 juni 1997, nr. 97/71/EG van de Commissie van 15 december 1997 en nr. 98/82/EG van de Commissie van 27 oktober 1998;

Gelet op de Richtlijn nr. 91/414/EEG van de Raad van 15 juli 1991 betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen, gewijzigd bij de Richtlijnen nr. 93/71/EEG van de Commissie van 27 juli 1993, nr. 94/37/EG van de Commissie van 22 juli 1994, nr. 94/79/EG van de Commissie van 21 december 1994, nr 95/36/EG van de Commissie van 14 juli 1995, nr 96/12/EG van de Commissie van 8 maart 1996 en nr 96/46/EG van de Commissie van 16 juli 1996, nr. 96/68/EG van de Commissie van 21 oktober 1996 en nr. 97/57/EG van de Raad van 22 september 1997;

Gelet op de verordening (EEG) nr. 2377/90 van de Raad van 26 juni 1990 houdende een communautaire procedure tot vaststelling van maximumwaarden voor residuen van geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik in levensmiddelen van dierlijke oorsprong;

Gelet op de wet van 11 juli 1969 betreffende de bestrijdingsmiddelen en grondstoffen voor de landbouw, tuinbouw, bosbouw en veeteelt, inzonderheid op artikel 5, § 1, 3°;

Gelet op de wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de verbruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten, inzonderheid op artikel 5, gewijzigd bij de wet van 22 maart 1989 en bij de wet van 9 februari 1994;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 februari 1994 betreffende het bewaren, het op de markt brengen en het gebruiken van bestrijdingsmiddelen voor landbouwkundig gebruik;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd door de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de dringende noodzakelijkheid gerechtvaardigd is doordat de bepalingen van de voornoemde Richtlijnen 97/41/EG en 98/82/EG ten laatste op respectievelijk 31 december 1998 en 30 april 1999 in nationaal recht moeten omgezet zijn en dat nieuwe werkzame stoffen van bestrijdingsmiddelen zijn aanvaard, wat de onmiddellijke verwezenlijking vergt van een normatieve beschikking;

Gelet op het advies van de Hoge Gezondheidsraad, gegeven op 10 juni 1998;

Op de voordracht van Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu en van Onze Minister van Landbouw en Middenstand, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.§ 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° residuen van bestrijdingsmiddelen : de resten van bestrijdingsmiddelen of van gewasbeschermingsmiddelen alsmede de metabolieten, afbraakproducten of reactieproducten daarvan, die aanwezig zijn als contaminanten in en op een voedingsmiddel;2° bewerkt voedingsmiddel : een voedingsmiddel dat door het verhitten, drogen, concentreren of door enig ander fabricageprocédé een dusdanige verandering heeft ondergaan dat een voedingsmiddel wordt verkregen dat afwijkt van het analoge onbewerkte voedingsmiddel. § 2. Voor de toepassing van dit besluit worden gekoelde, bevroren of diepgevroren voedingsmiddelen gelijkgesteld met verse voedingsmiddelen.

Art. 2.§ 1. Het is verboden voedingsmiddelen in de handel te brengen : 1° waarop of waarin andere dan in de bijlage bij dit besluit onder 3 en 4- A en B, vermelde residuen van bestrijdingsmiddelen aanwezig zijn;2° waarop of waarin residuen van bestrijdingsmiddelen aanwezig zijn onder voorwaarden die strijdig zijn met deze in de bijlage onder 3 en 4- A en B vermeld. § 2. Het in de § 1 bepaalde is niet van toepassing op vóór de uitvoer behandelde voedingsmiddelen wanneer op bevredigende wijze kan worden aangetoond dat : 1° het derde land van bestemming een bijzondere behandeling eist om het binnenbrengen van schadelijke organismen op zijn grondgebied te voorkomen, of 2° de behandeling noodzakelijk is om de voedingsmiddelen tijdens het vervoer naar en de opslag in het derde land van bestemming tegen schadelijke organismen te beschermen.

Art. 3.Bij de controle van de naleving van het in gevolge de bijlage onder 3 en 4- A en B toegelaten gehalte, dient het gestelde in bijlage onder 1 en 2 in acht genomen te worden.

Art. 4.§ 1. In bewerkte voedingsmiddelen waarvoor in bijlage onder 3 en 4- A en B geen afzonderlijk toegelaten gehalte is aangegeven, mag het gehalte aan residuen van bestrijdingsmiddelen niet hoger zijn dan het voor de onbewerkte basisvoedingsmiddelen toegelaten maximumgehalte, waarbij rekening gehouden wordt met de concentratie of verdunning. § 2. In samengestelde voedingsmiddelen mag het gehalte aan residuen van bestrijdingsmiddelen niet hoger zijn dan het volgens de bijlage onder 3 en 4- A en B toegelaten maximumgehalte voor de afzonderlijke onbewerkte voedingsmiddelen aanwezig in het mengsel, waarbij rekening gehouden wordt met de relatieve concentraties van deze voedingsmiddelen in het mengsel en met het gestelde onder § 1 van dit artikel. § 3. In afwijking van het in de §§ 1 en 2 bepaald, en voor zover niet specifiek voorzien in de reglementering inzake bijzondere voeding, is de aanwezigheid van residuen van bestrijdingsmiddelen niet toegelaten in voedingsmiddelen die kennelijk bestemd zijn voor zuigelingen en peuters tot de leeftijd van drie jaar.

Art. 5.Voedingsmiddelen welke niet voldoen aan de bepalingen van de artikelen 2 tot 4 van dit besluit worden schadelijk verklaard.

Art. 6.De wijzigingen van de in de bijlage onder punten 3 en 4- A en B voorziene normen houden rekening met de door de Minister van Landbouw en Middenstand in toepassing van het voornoemde koninklijk besluit van 28 februari 1994 toegelaten landbouwkundige praktijken. De in andere landen toegelaten landbouwkundige praktijken kunnen ook in acht genomen worden door de Hoge Gezondheidsraad.

Art. 7.Overtredingen van de bepalingen van dit besluit worden opgespoord, vastgesteld, vervolgd en gestraft overeenkomstig de voornoemde wet van 24 januari 1977.

Art. 8.§ 1. Dit besluit is van toepassing onverminderd de bepalingen met betrekking tot de op communautair niveau vastgestelde voorlopige maximumgehalten aan residuen van het artikel 4, 1. f) van de voornoemde Richtlijn 91/414/EEG van 15 juli 1991. § 2. Dit besluit is van toepassing onverminderd de verordening (EEG) nr. 2377/90 van de Raad van 26 juni 1990 houdende een communautaire procedure tot vaststelling van maximumwaarden voor residuen van geneesmiddelen voor diergeneeskundig gebruik in levensmiddelen van dierlijke oorsprong.

Art. 9.Het koninklijk besluit van 21 april 1994 tot vaststelling van de maximumgehalten aan residuen van bestrijdingsmiddelen toegelaten in en op voedingsmiddelen wordt opgeheven.

Art. 10.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 11.Onze Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu en Onze Minister van Landbouw en Middenstand zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 13 maart 2000.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Consumentenzaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Mevr. M. AELVOET De Minister van Landbouw en Middenstand, J. GABRIELS

De bijlage tot dit koninklijk besluit wordt gepubliceerd in bijvoegsel tot het Belgisch Staatsblad van heden onder de pagina's - 1 - tot - 128 -.

Raadpleging van de bijlage

^