Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 14 april 2013
gepubliceerd op 25 april 2013

Koninklijk besluit tot wijziging van sommige koninklijke besluiten betreffende de stelsels van onderbreking van de beroepsloopbaan tot verhoging van de leeftijd van het gehandicapte kind inzake ouderschapsverlof

bron
federale overheidsdienst personeel en organisatie, federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking, federale overheidsdienst justitie en federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2012204930
pub.
25/04/2013
prom.
14/04/2013
ELI
eli/besluit/2013/04/14/2012204930/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

14 APRIL 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van sommige koninklijke besluiten betreffende de stelsels van onderbreking van de beroepsloopbaan tot verhoging van de leeftijd van het gehandicapte kind inzake ouderschapsverlof


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de herstel wet van 22 januari 1985Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/01/1985 pub. 12/08/2013 numac 2013000511 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Herstelwet houdende sociale bepalingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende sociale bepalingen, artikel 105, opnieuw ingevoegd bij de wet van 22 december 1995, vervangen bij de wet van 26 maart 1999 en gewijzigd bij de wet van 10 augustus 2001;

Gelet op de wet van 13 april 2011Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/04/2011 pub. 10/05/2011 numac 2011202019 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet tot afschaffing van de beperkingen op de leeftijd van het gehandicapte kind inzake ouderschapsverlof sluiten tot afschaffing van de beperkingen op de leeftijd van het gehandicapte kind inzake ouderschapsverlof;

Gelet op het koninklijk besluit van 12 augustus 1991 betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen aan de personeelsleden van het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra;

Gelet op het koninklijk besluit van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/11/1998 pub. 28/11/1998 numac 1998002123 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen sluiten betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen;

Gelet op het koninklijk besluit van 7 mei 1999Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/05/1999 pub. 29/05/1999 numac 1999012413 bron ministerie van ambtenarenzaken en ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van het personeel van de besturen sluiten betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van het personeel van de besturen;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 maart 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/03/2001 pub. 03/04/2001 numac 2001009191 bron ministerie van justitie Koninklijk besluit betreffende de verloven en de afwezigheden toegestaan aan sommige personeelsleden van de diensten die de rechterlijke macht terzijde staan sluiten betreffende de verloven en de afwezigheden toegestaan aan sommige personeelsleden van de diensten die de rechterlijke macht terzijde staan;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 juni 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/06/2002 pub. 18/06/2002 numac 2002012710 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen aan de personeelsleden van de overheidsbedrijven die in toepassing van de wet van 21 maart 1991 houdende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven bestuursautonomie verkregen hebben sluiten betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen aan de personeelsleden van de overheidsbedrijven die in toepassing van de wet van 21 maart 1991 houdende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven bestuursautonomie verkregen hebben;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 2009Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/11/2009 pub. 07/12/2009 numac 2009204878 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg en federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Koninklijk besluit houdende toekenning aan de personeelsleden van de Belgische Technische Coöperatie van het recht op ouderschapsverlof en loopbaanonderbreking voor het verlenen van bijstand aan een zwaar ziek gezins- of familielid sluiten houdende toekenning aan de personeelsleden van de Belgische Technische Coörperatie van het recht op ouderschapsverlof en loopbaanonderbreking voor het verlenen van bijstand aan een zwaar ziek gezins- of familielid;

Gelet op voorgaand onderzoek volgens de wet van 5 mei 1997Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/05/1997 pub. 18/06/1997 numac 1997021155 bron diensten van de eerste minister 5 MEI 1997 Wet betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling sluiten betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling, artikel 19/1, § 1;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 11 augustus 2011;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening, gegeven op 6 oktober 2011;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris van Begroting, gegeven op 20 december 2011;

Gelet op het protocol nr. 176/4 van 21 maart 2012 van het Gemeenschappelijk Comité voor alle overheidsdiensten;

Gelet op het advies nr. 51.593/1 van de Raad van State, gegeven op 9 augustus 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister, belast met Ambtenarenzaken, de Minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking, de Minister van Justitie, de Minister van Werk, de Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken en op het advies van de in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 4quater van het koninklijk besluit van 12 augustus 1991 betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen aan de personeelsleden van het onderwijs en de psycho-medisch-sociale centra, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 4 juni 1999 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 maart 2010 en 20 juli 2012, worden het derde en het vierde lid vervangen door de volgende bepalingen : "Het personeelslid heeft recht op het ouderschapsverlof : - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt; - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar het personeelslid zijn verblijfplaats heeft, tot het kind twaalf jaar wordt.

Wanneer het kind voor ten minste 66 % getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of een aandoening heeft, die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag, wordt de leeftijdsgrens vastgesteld op 21 jaar.

Aan de voorwaarden van de twaalfde en de eenentwintigste verjaardag moet voldaan zijn uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof."

Art. 2.In artikel 35, § 1, van het koninklijk besluit van 19 november 1998Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/11/1998 pub. 28/11/1998 numac 1998002123 bron ministerie van ambtenarenzaken Koninklijk besluit betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen sluiten betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen, vervangen bij het koninklijk besluit van 18 januari 2006 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 maart 2010 en 20 juli 2012, worden het vierde en het vijfde lid vervangen door de volgende bepalingen : "De ambtenaar heeft recht op het ouderschapsverlof : - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt; - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar de ambtenaar zijn verblijfplaats heeft, tot het kind twaalf jaar wordt.

Wanneer het kind voor ten minste 66 % getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of een aandoening heeft, die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag, wordt de leeftijdsgrens vastgesteld op 21 jaar.

Aan de voorwaarden van de twaalfde en de eenentwintigste verjaardag moet voldaan zijn uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof."

Art. 3.In artikel 12 van het koninklijk besluit van 7 mei 1999Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/05/1999 pub. 29/05/1999 numac 1999012413 bron ministerie van ambtenarenzaken en ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van het personeel van de besturen sluiten betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van het personeel van de besturen, vervangen bij het koninklijk besluit van 18 januari 2007 en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 4 maart 2010 en 20 juli 2012, wordt paragraaf 3 vervangen door de volgende bepalingen : " § 3. De ambtenaar heeft recht op het ouderschapsverlof : - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt; - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar de ambtenaar zijn verblijfplaats heeft, tot het kind twaalf jaar wordt.

Wanneer het kind voor ten minste 66 % getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of een aandoening heeft, die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag, wordt de leeftijdsgrens vastgesteld op 21 jaar.

Aan de voorwaarden van de twaalfde en de eenentwintigste verjaardag moet zijn voldaan uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof."

Art. 4.In artikel 32, § 1, van het koninklijk besluit van 16 maart 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/03/2001 pub. 03/04/2001 numac 2001009191 bron ministerie van justitie Koninklijk besluit betreffende de verloven en de afwezigheden toegestaan aan sommige personeelsleden van de diensten die de rechterlijke macht terzijde staan sluiten betreffende de verloven en de afwezigheden toegestaan aan sommige personeelsleden van de diensten die de rechterlijke macht terzijde staan, vervangen bij het koninklijk besluit van 3 december 2006 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 4 maart 2010 en 20 juli 2012, worden het vierde en vijfde lid vervangen door de volgende bepalingen : Het personeelslid heeft recht op het ouderschapsverlof : - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt; - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar het personeelslid zijn verblijfplaats heeft, tot het kind twaalf jaar wordt.

Wanneer het kind voor ten minste 66 % getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of een aandoening heeft, die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag, wordt de leeftijdsgrens vastgesteld op 21 jaar.

Aan de voorwaarden van de twaalfde en de eenentwintigste verjaardag moet voldaan zijn uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof."

Art. 5.In artikel 13 van het koninklijk besluit van 10 juni 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/06/2002 pub. 18/06/2002 numac 2002012710 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen aan de personeelsleden van de overheidsbedrijven die in toepassing van de wet van 21 maart 1991 houdende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven bestuursautonomie verkregen hebben sluiten betreffende de toekenning van onderbrekingsuitkeringen aan de personeelsleden van de overheidsbedrijven die in toepassing van de wet van 21 maart 1991 houdende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven bestuursautonomie verkregen hebben, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 20 november 2006, 4 maart 2010 en 20 juli 2012, worden het vierde en het vijfde lid vervangen door de volgende bepalingen : "Het personeelslid heeft recht op het ouderschapsverlof : - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt; - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar het personeelslid zijn verblijfplaats heeft, tot het kind twaalf jaar wordt.

Wanneer het kind voor ten minste 66 % getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of een aandoening heeft, die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag, wordt de leeftijdsgrens vastgesteld op 21 jaar.

Aan de voorwaarden van de twaalfde en de eenentwintigste verjaardag moet voldaan zijn uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof."

Art. 6.In artikel 3 van het koninklijk besluit van 16 november 2009Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/11/2009 pub. 07/12/2009 numac 2009204878 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg en federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Koninklijk besluit houdende toekenning aan de personeelsleden van de Belgische Technische Coöperatie van het recht op ouderschapsverlof en loopbaanonderbreking voor het verlenen van bijstand aan een zwaar ziek gezins- of familielid sluiten houdende toekenning aan de personeelsleden van de Belgische Technische Coörperatie van het recht op ouderschapsverlof en loopbaanonderbreking voor het verlenen van bijstand aan een zwaar ziek gezins- of familielid, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 juli 2012, worden de eerste en tweede paragraaf vervangen door de volgende bepalingen : " § 1. Het personeelslid heeft recht op het ouderschapsverlof : - naar aanleiding van de geboorte van zijn kind tot het kind twaalf jaar wordt; - in het kader van de adoptie van een kind, gedurende een periode die loopt vanaf de inschrijving van het kind als deel uitmakend van zijn gezin in het bevolkingsregister of in het vreemdelingenregister van de gemeente waar het personeelslid zijn verblijfplaats heeft, tot het kind twaalf jaar wordt.

Wanneer het kind voor ten minste 66 % getroffen is door een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid of een aandoening heeft, die tot gevolg heeft dat ten minste 4 punten toegekend worden in pijler I van de medisch-sociale schaal in de zin van de regelgeving betreffende de kinderbijslag, wordt de leeftijdsgrens vastgesteld op 21 jaar. § 2. Aan de voorwaarden van de twaalfde en de eenentwintigste verjaardag moet voldaan zijn uiterlijk gedurende de periode van het ouderschapsverlof."

Art. 7.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 20 mei 2011.

Art. 8.De Minister bevoegd voor Ambtenarenzaken, de Minister bevoegd voor Justitie, de Minister bevoegd voor Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking en de Minister bevoegd voor Werk zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 14 april 2013.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Financiën, belast met Ambtenarenzaken, K. GEENS De Minister van Overheidsbedrijven en Ontwikkelingssamenwerking, J.-P. LABILLE De Minister van Justitie, Mevr. A. TURTELBOOM De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK De Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken, H. BOGAERT

^