Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 14 juni 2004
gepubliceerd op 25 juni 2004

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel en van het koninklijk besluit van 13 maart 2002 tot vaststelling van de voorwaarden voor de indienstneming bij arbeidsovereenkomst in sommige overheidsdiensten

bron
federale overheidsdienst personeel en organisatie
numac
2004002063
pub.
25/06/2004
prom.
14/06/2004
ELI
eli/besluit/2004/06/14/2004002063/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

14 JUNI 2004. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel en van het koninklijk besluit van 13 maart 2002 tot vaststelling van de voorwaarden voor de indienstneming bij arbeidsovereenkomst in sommige overheidsdiensten


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet;

Gelet op de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake ambtenarenzaken, inzonderheid op artikel 4, § 2, 1°, vervangen bij de wet van 20 mei 1997;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel, inzonderheid op artikel 16, vervangen bij het koninklijk besluit van 1 augustus 1975 en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 26 september 1994, 31 maart 1995, 13 mei 1999, 22 december 2000 en 28 januari 2002;

Gelet op het koninklijk besluit van 13 maart 2002 tot vaststelling van de voorwaarden voor de indienstneming bij arbeidsovereenkomst in sommige overheidsdiensten, inzonderheid op artikel 2;

Overwegende dat het verbod voor de houder van een diploma dat toegang verleent tot een bepaald niveau om zich voor een vergelijkende selectie voor een lager niveau in te schrijven of het verbod om bij arbeidsovereenkomst in een dergelijk niveau in dienst genomen te worden, moeilijk verenigbaar lijken met de grondwettelijke bepalingen inzake gelijke behandeling en inzake de vrije keuze van een beroepsactiviteit, en dat ze dus opgeheven moeten worden;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 1 maart 2004;

Gelet op het protocol nr. 486 van 17 maart 2004 van het Comité voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke overheidsdiensten;

Gelet op advies 36.955/1 van de Raad van State, gegeven op 22 april 2004;

Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 16 van het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende het statuut van het Rijkspersoneel, vervangen bij het koninklijk besluit van 1 augustus 1975, en gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 26 september 1994, 31 maart 1995, 13 mei 1999, 22 december 2000 en 28 janvier 2002, worden het tweede en het derde lid opgeheven.

Art. 2.In artikel 2 van het koninklijk besluit van 13 maart 2002 tot vaststelling van de voorwaarden voor de indienstneming bij arbeidsovereenkomst in sommige overheidsdiensten, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1°) in het eerste lid, 3°, worden de woorden « en tweede lid » geschrapt; 2°) in het tweede lid, worden de woorden « artikel 16, tweede lid, of » geschrapt.

Art. 3.Onze Ministers en Onze Staatssecretarissen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 14 juni 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Ambtenarenzaken, Mevr. M. ARENA

^