Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 15 april 2016
gepubliceerd op 17 mei 2016

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 april 2003 betreffende de vergoedingen waartoe de prestaties van het Rijksregister van de natuurlijke personen aanleiding geven

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2016000206
pub.
17/05/2016
prom.
15/04/2016
ELI
eli/besluit/2016/04/15/2016000206/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

15 APRIL 2016. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 april 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/04/2003 pub. 19/05/2003 numac 2003000311 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de vergoedingen waartoe de prestaties van het Rijksregister van de natuurlijke personen aanleiding geven sluiten betreffende de vergoedingen waartoe de prestaties van het Rijksregister van de natuurlijke personen aanleiding geven


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het ontwerp van koninklijk besluit dat wij de eer hebben aan Uwe Majesteit ter ondertekening voor te leggen beoogt de aanvulling van het tarief van de prestaties van het Rijksregister.

Nieuwe diensten worden immers aangeboden aan de gebruikers van het Rijksregister. Het blijkt dus noodzakelijk dat de vergoeding van deze diensten opgenomen wordt in het tarief van de prestaties.

Met de dienst « Checkdoc - Checking Belgian Documents » (www.checkdoc.be) kan momenteel kosteloos en in real time nagegaan worden of een Belgisch identiteitsdocument (paspoort, identiteitskaart, verblijfstitel met chip) bij de overheidsdiensten bekend staat als gestolen, verloren, vervallen, ongeldig of niet uitgereikt.

Dank zij deze dienst wordt het resultaat van de bevraging na enkele seconden meegedeeld onder de vorm van « HIT/NO HIT ». Een antwoord « HIT » betekent dat het document waarop de bevraging betrekking heeft bij de Belgische administratieve overheden bekend staat als gestolen, verloren, vervallen of ongeldig of dat het document waarvoor het nummer werd ingegeven, niet werd uitgereikt door deze overheden (er wordt geen informatie gegeven betreffende de reden van deze "HIT". Een "NO HIT" wordt gegeven in de andere gevallen.

Deze operatie gebeurt op individuele wijze door het nummer van het identiteitsdocument waarvan men de geldigheid wil controleren in te geven.

In het kader van de strijd tegen de identiteitsfraude die één van de prioriteiten van de Regering vormt, is het van belang aan sommige operatoren de mogelijkheid te bieden om de verificatie van identiteitsdocumenten op grote schaal uit te voeren met het oog op het verhogen van de veiligheid van hun transacties. Dit is bijvoorbeeld het geval voor operatoren uit de telecom- of banksector. Het nazicht via individuele consultatie vergt immers een aanzienlijk werk voor deze operatoren en verhindert een doeltreffende fraudebestrijding.

Om hieraan tegemoet te komen werd een toepassing via web services ontwikkeld die een snelle en gelijktijdige verificatie van meerdere nummers van identiteitsdocumenten mogelijk maakt. Via deze applicatie wordt eveneens een antwoord « HIT/NO HIT » (waarbij evenmin informatie wordt verstrekt inzake de redenen van de « HIT »), meegedeeld.

Het nieuw voorziene tarief 24. dat in het koninklijk besluit van 2 april 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/04/2003 pub. 19/05/2003 numac 2003000311 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de vergoedingen waartoe de prestaties van het Rijksregister van de natuurlijke personen aanleiding geven sluiten wordt toegevoegd inzake informatie betreffende de geldigheid van identiteitsdocumenten beoogt deze snelle en gelijktijdige opvragingen zoals in voorgaand lid beschreven.

De huidige on line dienst « Checkdoc » waarmee individuele opvragingen kunnen worden uitgevoerd blijft uiteraard bestaan en blijft kosteloos.

Dit ontwerp van wet werd ter advies voorgelegd aan de Raad van State.

Er werd rekening gehouden met alle door dit Hoog College geformuleerde opmerkingen.

Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, J. JAMBON

ADVIES 58.951/2 VAN 9 MAART 2016 VAN DE RAAD VAN STAT OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT `TOT WIJZIGING VAN HET KONINKLIJK BESLUIT VAN 2 APRIL 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/04/2003 pub. 19/05/2003 numac 2003000311 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de vergoedingen waartoe de prestaties van het Rijksregister van de natuurlijke personen aanleiding geven sluiten BETREFFENDE DE VERGOEDINGEN WAARTOE DE PRESTATIES VAN HET RIJKSREGISTER VAN DE NATUURLIJKE PERSONEN AANLEIDING GEVEN' Op 10 februari 2016 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Vice Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 april 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/04/2003 pub. 19/05/2003 numac 2003000311 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de vergoedingen waartoe de prestaties van het Rijksregister van de natuurlijke personen aanleiding geven sluiten betreffende de vergoedingen waartoe de prestaties van het Rijksregister van de natuurlijke personen aanleiding geven'.

Het ontwerp is door de tweede kamer onderzocht op 9 maart 2016.

De kamer was samengesteld uit Pierre VANDERNOOT, kamervoorzitter, Luc DETROUX en Wanda VOGEL, staatsraden, Sébastien VAN DROOGHENBROECK, assessor, en Anne Catherine VAN GEERSDAELE, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Laurence VANCRAYEBECK, eerste auditeur.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Pierre VANDERNOOT. Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 9 maart 2016.

Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.

Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.

Onderzoek van het ontwerp Dispositief Artikelen 2 en 3 De volgorde van de artikelen 2 en 3 moet worden omgekeerd. Het ontwerp moet immers eindigen met de uitvoeringsbepaling.

Artikel 2 (dat artikel 3 wordt) De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken moet worden vermeld als de minister die belast is met de uitvoering van het ontworpen besluit.

De redactie van artikel 2 (dat artikel 3 wordt) moet in die zin worden aangepast.

Artikel 3 (dat artikel 2 wordt) Luidens het ontworpen artikel 3 (dat artikel 2 wordt) moet het besluit onmiddellijk in werking treden op de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Tenzij er een specifieke reden bestaat om af te wijken van de gangbare termijn van inwerkingtreding, bepaald bij artikel 6, eerste lid, van de wet van 31 mei 1961 `betreffende het gebruik der talen in wetgevingszaken, het opmaken, bekendmaken en inwerkingtreden van wetten en verordeningen', moet in beginsel worden afgezien van de onmiddellijke inwerkingtreding teneinde elkeen een redelijke termijn te geven om kennis te nemen van de nieuwe regels.

De griffier, A.-C. Van Geersdaele.

De voorzitter, P. Vandernoot.

15 APRIL 2016. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 april 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/04/2003 pub. 19/05/2003 numac 2003000311 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de vergoedingen waartoe de prestaties van het Rijksregister van de natuurlijke personen aanleiding geven sluiten betreffende de vergoedingen waartoe de prestaties van het Rijksregister van de natuurlijke personen aanleiding geven FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen, artikel 7;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 april 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/04/2003 pub. 19/05/2003 numac 2003000311 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de vergoedingen waartoe de prestaties van het Rijksregister van de natuurlijke personen aanleiding geven sluiten betreffende de vergoedingen waartoe de prestaties van het Rijksregister van de natuurlijke personen aanleiding geven;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 28 oktober 2015;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 21 december 2015;

Gelet op het advies nr. 58.951/2 van de Raad van State, gegeven op 9 maart 2016;

Overwegende dat nieuwe diensten aangeboden worden aan de gebruikers van het Rijksregister en dat de vergoeding ervan dient opgenomen te worden in het tarief van de prestaties;

Op de voordracht van Onze Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In het tarief gevoegd bij het koninklijk besluit van 2 april 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 02/04/2003 pub. 19/05/2003 numac 2003000311 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit betreffende de vergoedingen waartoe de prestaties van het Rijksregister van de natuurlijke personen aanleiding geven sluiten betreffende de vergoedingen waartoe de prestaties van het Rijksregister van de natuurlijke personen aanleiding geven wordt volgende rubriek toegevoegd : « VI. Diverse informatie 24. Informatie betreffende de geldigheid van identiteitsdocumenten - per transactie : Schijf van de eerste 2 000 transacties per jaar .. . . . 0,4958 EUR Schijf tussen 2 001 en 5 000 transacties per jaar . . . . . 0,3966 EUR Schijf tussen 5 001 en 10 000 transacties per jaar . . . . . 0,2975 EUR Schijf tussen 10 001 en 50 000 transacties per jaar . . . . . 0,2479 EUR Schijf van meer dan 50 000 transacties per jaar . . . . . 0,1488 EUR

Art. 2.De minister bevoegd voor Binnenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 15 april 2016.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, J. JAMBON

^