Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 15 april 2018
gepubliceerd op 09 mei 2018

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 juni 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het sectoraal georganiseerd outplacement

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2017206531
pub.
09/05/2018
prom.
15/04/2018
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

15 APRIL 2018. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 juni 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het sectoraal georganiseerd outplacement (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 21 juni 2017, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het sectoraal georganiseerd outplacement.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 15 april 2018.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking Collectieve arbeidsovereenkomst van 21 juni 2017 Sectoraal georganiseerd outplacement (Overeenkomst geregistreerd op 4 augustus 2017 onder het nummer 140864/CO/126)

Art. 3.Toepassingsgebied en doel Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders tewerkgesteld in de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking.

Waar sprake is van arbeiders worden steeds ook de arbeidsters bedoeld.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers sluiten tot verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers, hoofdstuk V, afdelingen 1 en 2, en van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 82, gesloten op 10 juli 2002 in de schoot van de Nationale Arbeidsraad.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel aan bepaalde categorieën van arbeiders die werden ontslagen, het recht te verlenen op een sectorale outplacementbegeleiding.

Art. 4.Toegang tot het sectoraal georganiseerd outplacement § 1. Outplacement in de algemene regeling, conform afdeling 1 van hoofdstuk V van de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers sluiten tot verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers De arbeider van wie de arbeidsovereenkomst door de werkgever wordt beëindigd door middel van een opzeggingstermijn van minstens 30 weken, of een vergoeding die gelijk is aan het lopend loon dat overeenstemt hetzij met de duur van een opzeggingstermijn van minstens 30 weken, hetzij met het resterende gedeelte van die termijn, heeft recht op outplacement. § 2. Outplacement in de bijzondere regeling, conform afdeling 2 van hoofdstuk V van de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers sluiten tot verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers De arbeider die niet voldoet aan de voorwaarden van het outplacement in de algemene regeling ( § 1) heeft recht op outplacement, mits gelijktijdig voldaan is aan de volgende voorwaarden : - hij is niet ontslagen om dringende redenen; - op het ogenblik van het ontslag is hij minstens 45 jaar; - op het ogenblik van het ontslag heeft hij ten minste één jaar ononderbroken dienstanciënniteit bij de werkgever die ontslaat.

Dit recht op outplacement wordt in de sector als volgt versoepeld : - hij is niet ontslagen om dringende redenen; - op het ogenblik van het ontslag is hij minstens 40 jaar; - op het ogenblik van het ontslag heeft hij ten minste 5 jaar ononderbroken dienstanciënniteit bij de werkgever die ontslaat. § 3. Herstructurering, sluiting of faillissement Het sectoraal georganiseerd outplacement is, voor de arbeiders die vallen onder § 1 of § 2, ook van toepassing in het geval van herstructurering, sluiting of faillissement.

Het recht op een sectorale outplacementbegeleiding kan in dit geval worden uitgebreid tot andere arbeiders dan deze gevat door § 1 of § 2, op voorwaarde dat outplacementbegeleiding het voorwerp heeft uitgemaakt van een akkoord op ondernemingsvlak in het raam van een herstructurering of bij sluiting of faillissement van een onderneming.

Voor deze uitbreiding is de goedkeuring vereist van het beheerscomité van het fonds voor bestaanszekerheid, op vraag van de partijen betrokken bij de opmaak van het herstructureringsplan.

De eerste opvang en begeleiding van de arbeiders betrokken bij een herstructurering, sluiting of faillissement gebeuren in de tewerkstellingscellen die daartoe worden opgericht. Woodwize duidt ook het outplacementbureau aan conform artikel 7 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. In dit kader worden tussen Woodwize en de gewestelijke overheden de nodige samenwerkingsovereenkomsten gesloten.

Art. 5.Procedure Voor de onder artikel 2, § 1 en § 2 vermelde vormen van outplacement volstaat het dat de ontslaggevende werkgever aan de arbeider meldt dat hij recht heeft op het sectoraal georganiseerd outplacement, en dat hij zich daarvoor dient te richten tot Woodwize, het opleidingscentrum van de houtsector. De werkgever dient de contactgegevens van Woodwize aan de betrokken arbeider te bezorgen, evenals de manier waarop en de timing waarbinnen hij contact met Woodwize dient op te nemen.

De volgende standaardzin kan daartoe in de ontslagbrief worden opgenomen : "Wij melden u dat u recht heeft op outplacement en dat u daarvoor gebruik kan maken van het sectorale aanbod. U dient zich daarvoor te richten tot : Woodwize vzw Hof ter Vleestdreef 3 1070 Brussel Tel. 02 558 15 51 info@woodwize.be U heeft er in dit kader alle belang bij zo spoedig mogelijk contact op te nemen met Woodwize.".

De daarvoor aangestelde consulenten van Woodwize zullen de betrokken arbeider op zijn vraag verder begeleiden en hem in contact brengen met één van de erkende outplacementkantoren waarmee de sector samenwerkt.

Voor het collectief outplacement ingeval van herstructurering (artikel 2, § 3) wordt de aanvraag en de uitvoering van het outplacementproject gecentraliseerd in uitvoering van het herstructureringsplan.

Art. 6.Inhoud van de outplacementbegeleiding De ontslagen arbeider heeft recht op een outplacementbegeleiding in drie fasen.

De eerste fase (een termijn van 2 maanden ten belope van in het totaal 20 uur begeleiding) houdt in : - kennismaking en psychologische begeleiding voor het verwerken van het ontslag en het opmaken van een balans voor de arbeider; - sollicitatietraining en het geven van hulp bij het zoeken naar een nieuwe dienstbetrekking; - opvolging en ondersteuning bij sollicitaties.

Indien de arbeider binnen de eerste fase geen betrekking heeft gevonden of geen zelfstandige activiteit heeft aangevat, wordt de begeleiding voortgezet gedurende een tweede fase (de daaropvolgende termijn van vier maanden) ten belope van in het totaal 20 uur.

Indien de arbeider op het einde van de tweede fase geen nieuwe betrekking heeft gevonden of geen zelfstandige activiteit heeft aangevat, wordt de begeleiding voortgezet gedurende een derde fase (de daaropvolgende termijn van 6 maanden), opnieuw ten belope van in het totaal 20 uur.

Wanneer de outplacementbegeleiding plaatsheeft tijdens de opzeggingstermijn, worden de begeleidingsuren aangerekend op de tijd dat de arbeider/ster op grond van artikel 41 van de wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/1978 pub. 03/07/2008 numac 2008000527 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten type wet prom. 03/07/1978 pub. 12/03/2009 numac 2009000158 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten sluiten op de arbeidsovereenkomsten afwezig mag zijn om een nieuwe betrekking te zoeken.

Art. 7.Engagementen van de arbeider die een beroep doet op outplacement Om recht te hebben op de outplacementbegeleiding verbindt de ontslagen arbeider zich ertoe, zich bij de VDAB, Actiris of Forem in te schrijven als werkzoekende en hiervan het bewijs te leveren.

Om in fase 2 en 3 recht te hebben op verdere opvolging en begeleiding, verbindt de ontslagen arbeider zich ertoe te goeder trouw mee te werken aan de begeleiding en de aangeboden opleidingen te volgen.

Zodra de arbeider zonder voldoende rechtvaardiging afwezig is, vervalt het recht op verdere ontslagbegeleiding van de sector.

De begeleiding wordt eveneens stopgezet zodra de arbeider een nieuwe betrekking in loondienst of als zelfstandige heeft gevonden. Wanneer de arbeider een nieuwe betrekking heeft gevonden, doch die verliest binnen drie maanden na de indiensttreding, kan op zijn verzoek de outplacementbegeleiding worden hervat in de fase waarin ze was onderbroken.

Art. 8.Engagement van de werkgever De werkgever dient de ontslagen arbeider te informeren over diens recht op het sectoraal outplacement en zal hem de nodige gegevens daartoe mededelen, zoals omschreven in artikel 3.

Art. 9.Organisatie Woodwize vzw is aangesteld om de coördinatie van het sectoraal georganiseerd outplacement te verzorgen.

Het doet daarvoor een beroep op erkende outplacementkantoren die door het fonds voor bestaanszekerheid worden aangesteld. Het paritair beheerscomité van het fonds voor bestaanszekerheid bevraagt daartoe om de 2 jaar de outplacementkantoren die hun interesse tot (vernieuwing van) samenwerking hebben laten blijken. Deze bevraging resulteert in samenwerkingsovereenkomsten voor een bepaalde duur van 2 jaar, met maximaal 6 outplacementkantoren. Het beheerscomité beslist tot samenwerking op basis van het dossier dat daartoe door de outplacementkantoren wordt ingediend, en desgevallend op basis van een rapportering door Woodwize vzw over de voorbije samenwerkingsperiode.

Samenwerking is enkel mogelijk met outplacementkantoren die door de gewesten zijn erkend en die de verbintenissen naleven die hen krachtens de wetgeving en de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 82 worden opgelegd.

Eénmaal per jaar zal de evaluatie van het sectoraal outplacement op de agenda van het paritair comité worden gebracht.

Art. 10.Financiering De kosten aangerekend door de outplacementkantoren worden ten laste genomen door het fonds voor bestaanszekerheid en aangerekend op zijn balansprovisie "vormingsactiviteiten".

Indien de werkgever bij toepassing van artikel 81 van de wet van 26 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013012289 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet betreffende de invoering van een eenheidsstatuut tussen arbeiders en bedienden inzake de opzeggingstermijnen en de carenzdag en begeleidende maatregelen sluiten de vermindering van 4 weken loon toepast op de verbrekingsvergoeding en voor het outplacement een beroep doet op artikel 2, § 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, is hij hiervoor een vergoeding ten belope van 4 weken loon verschuldigd. Deze bijdrage wordt geïnd door het fonds voor bestaanszekerheid, waar ze zal worden toegevoegd aan de balansprovisie "vormingsactiviteiten".

Tussen Woodwize en het fonds zullen voor het innen van deze bijdrage de nodige afspraken worden gemaakt.

Ingeval van versoepeling van de voorwaarden tot outplacement, zoals mogelijk op basis van artikel 2, § 3, kan een evenredige inspanning van de werkgever worden gevraagd, te bepalen door het beheerscomité van het fonds voor bestaanszekerheid. In voorkomend geval wordt ook deze bijdrage toegevoegd aan de balansprovisie "vormingsactiviteiten" van het fonds voor bestaanszekerheid.

Waar mogelijk zal een beroep worden gedaan op de publieke middelen die voor herplaatsing en outplacement ter beschikking worden gesteld, zo bijvoorbeeld via het sociaal interventiefonds bij de VDAB, voor ontslagen ten gevolge van een faillissement.

Art. 11.Conformiteit met de wetgeving en de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 82 De ondertekenaars van deze overeenkomst verklaren dat de werkgevers die een beroep doen op het sectoraal georganiseerd outplacement, voldoen aan de wettelijke en conventionele verplichtingen ten aanzien van de doelgroep zoals omschreven in artikelen 1 en 2.

Ten aanzien van artikel 11/5, § 1 van de wet van 5 september 2001Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/09/2001 pub. 15/09/2001 numac 2001012802 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet tot de verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers sluiten verklaren de sectorale sociale partners dat de waarde van het sectoraal aangeboden outplacement overeenstemt met minstens 1/12de van het jaarloon van het kalenderjaar dat het ontslag voorafgaat.

Toekenning van deze outplacementbegeleiding doet geen afbreuk aan de bepalingen van de wet op de arbeidsovereenkomsten in verband met het ontslag, noch aan de aanvullende voordelen die door de andere sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten worden verleend.

Art. 12.Duur van de overeenkomst Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2017 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2019.

Deze overeenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 oktober 2016 (nummer 135696).

Art. 13.De ondertekenende partijen vragen dat deze collectieve arbeidsovereenkomst algemeen verbindend zou verklaard worden per koninklijk besluit.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 april 2018.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^