Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 15 februari 2016
gepubliceerd op 29 februari 2016

Koninklijk besluit houdende maatregelen ter bevordering van de participatie en sociale activering van de gebruikers van de dienstverlening van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor het jaar 2016

bron
programmatorische federale overheidsdienst maatschappelijke integratie, armoedebestrijding en sociale economie
numac
2016011079
pub.
29/02/2016
prom.
15/02/2016
ELI
eli/besluit/2016/02/15/2016011079/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

15 FEBRUARI 2016. - Koninklijk besluit houdende maatregelen ter bevordering van de participatie en sociale activering van de gebruikers van de dienstverlening van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn voor het jaar 2016


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn, artikel 57, § 1, al. 2;

Gelet op de wet van 22 mei 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/05/2003 pub. 03/07/2003 numac 2003003367 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole en federale overheidsdienst financien Wet houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat sluiten houdende organisatie van de begroting en van de comptabiliteit van de federale Staat, de artikelen 121 tot en met 124;

Gelet op de wet van 18 december 2015Relevante gevonden documenten type wet prom. 18/12/2015 pub. 30/12/2015 numac 2015003459 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Wet houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2016 sluiten houdende de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2016;

Gelet op het koninklijk besluit van 16 november 1994 betreffende de administratieve en begrotingscontrole;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 11 januari 2016;

Overwegende dat de uitsluiting van de mensen die in armoede leven zich op alle domeinen van het leven situeert, met inbegrip van het sociale en culturele leven en de digitale netwerken;

Overwegende dat de deelname aan de informatiemaatschappij een elementair recht is dat deel uitmaakt van de menselijke waardigheid;

Op de voordracht van Onze Minister van Maatschappelijke Integratie;

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : - het centrum : het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn; - de gebruiker : de persoon die gebruik maakt van gelijk welke vorm van de openbare dienstverlening behorend tot de opdrachten van het centrum; - de financiering : bekostiging van een activiteit, hetzij door het ten laste nemen van de kosten hetzij door het uitreiken van een cheque.

Art. 2.Een subsidie wordt toegekend aan de centra om de participatie en sociale activering van hun gebruikers te bevorderen.

Zij kunnen deze subsidie aanwenden voor : 1° de volledige of gedeeltelijke financiering van de deelname door de gebruikers aan sociale, sportieve of culturele manifestaties;2° de volledige of gedeeltelijke financiering van de deelname door de gebruikers aan sociale, culturele of sportieve verenigingen met inbegrip van lidgeld en de voor de deelname noodzakelijke benodigdheden en uitrustingen;3° de ondersteuning en de financiering van initiatieven van of voor de doelgroep op sociaal, cultureel of sportief vlak;4° de ondersteuning en de financiering van initiatieven die de toegang en de participatie van de doelgroep tot de nieuwe informatie- en communicatietechnologieën bevorderen. Het staat het centrum vrij om de prioritaire doelgroepen af te bakenen die zich in de meest achtergestelde situatie bevinden.

Art. 3.Een specifieke subsidie wordt toegekend aan de centra voor de activiteiten gelinkt aan de niet-verderzetting van de armoede bij de kinderen van gebruikers van de centra.

De centra kunnen deze subsidie aanwenden voor : 1° de volledige of gedeeltelijke financiering van maatschappelijke dienstverlening om de maatschappelijke integratie van kinderen van gebruikers via deelname aan sociale programma's te bevorderen. Worden inzonderheid bedoeld : - de maatschappelijke dienstverlening in het kader van de deelname aan sociale programma's; - de maatschappelijke dienstverlening in het kader van onderwijsondersteuning; - de maatschappelijke dienstverlening in het kader van psychologische ondersteuning voor het kind of voor de ouders in het kader van de raadpleging van een specialist; - de maatschappelijke dienstverlening in het kader van paramedische ondersteuning; - de steun bij de aankoop van pedagogisch materiaal en spellen. 2° de volledige of gedeeltelijke financiering van initiatieven met of voor kinderen van gebruikers om hun maatschappelijke integratie te bevorderen.Worden inzonderheid bedoeld de kosten voor het opzetten van acties met het oog op de sociale integratie van kansarme kinderen.

Art. 4.§ 1. Voor de verwezenlijking van de doelstellingen beoogd in artikel 2, tweede lid, wordt een subsidie van vijf miljoen zeshonderdvijftienduizend vierhonderd (5.615.400) euro aan de centra toegekend.

Deze subsidie wordt aangerekend op het krediet ingeschreven op de algemene uitgavenbegroting voor het jaar 2016, basisallocatie 44.55.11.43.52.01. § 2. De subsidie bedoeld in § 1 wordt onder de centra verdeeld overeenkomstig volgende verdeelsleutel : - 50 % op basis van het aantal rechthebbenden op een verhoogde verzekeringstegemoetkoming als bedoeld in artikel 37, §§ 1 en 19 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd op 14 juli 1994, in de gemeente op 1 januari 2015; - 50 % op basis van het aantal gerechtigden op maatschappelijke integratie als bedoeld door de wet van 26 mei 2002Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/05/2002 pub. 31/07/2002 numac 2002022559 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie sluiten betreffende het recht op maatschappelijke integratie, in de gemeente op datum van 1 januari 2015.

De bekomen bedragen worden afgerond op eenheden van één euro.

De verdeling per centrum wordt als bijlage aan dit besluit gevoegd.

Art. 5.§ 1. Een voorschot van 40 % van het bedrag bedoeld in artikel 4 wordt aan het centrum overgemaakt bij de inwerkingtreding van de maatregel. § 2. Onder voorbehoud van de beschikbare kredieten, zal een tweede voorschot van 10 % van het bedrag bedoeld in artikel 4 in de loop van het jaar 2016 aan het centrum overgemaakt worden. § 3. Het saldo van maximum 50 %, of van maximum 60 % in geval er conform § 2 geen tweede voorschot werd uitbetaald, van het bedrag bedoeld in artikel 4, wordt uitgekeerd aan het centrum na goedkeuring van een eindverslag ingediend zoals bepaald in artikel 10.

Art. 6.§ 1. Voor de verwezenlijking van de doelstellingen beoogd in artikel 3, wordt een subsidie van drie miljoen zevenhonderddrieënveertig duizend zeshonderd (3.743.600) euro aan de centra toegekend.

Deze subsidie wordt aangerekend op het krediet ingeschreven op de algemene uitgavenbegroting voor het jaar 2016, basisallocatie 44.55.11.43.52.01. § 2. De subsidie bedoeld in § 1 wordt onder de centra verdeeld in overeenstemming met de sleutel vermeld in artikel 4, § 2.

De bekomen bedragen worden afgerond op eenheden van één euro.

Art. 7.§ 1. Een voorschot van 40 % van het bedrag bedoeld in artikel 6 wordt aan het centrum overgemaakt bij de inwerkingtreding van de maatregel. § 2. Onder voorbehoud van de beschikbare kredieten, zal een tweede voorschot van 10 % van het bedrag bedoeld in artikel 6 in de loop van het jaar 2016 aan het centrum worden overgemaakt. § 3. Het saldo van maximum 50 %, of van maximum 60 % in geval er conform § 2 geen tweede voorschot werd uitbetaald, van het bedrag bedoeld in artikel 6, wordt uitgekeerd aan het centrum na goedkeuring van een eindverslag ingediend zoals bepaald in artikel 10.

Art. 8.In toepassing van artikel 61 van de organieke wet van 8 juli 1976Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/07/1976 pub. 18/04/2016 numac 2016000231 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Organieke wet betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn. - Officieuze coördinatie in het Duits van de versie toepasselijk op de inwoners van het Duitse taalgebied sluiten betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn kan het centrum samenwerkingsverbanden afsluiten met organisaties die de sociale, culturele en sportieve participatie en de toegang tot nieuwe informatie- en communicatietechnologieën voor mensen die in armoede leven als doelstelling hebben.

Zij kunnen de verwezenlijking van een deel of het geheel van de doelstellingen bedoeld in artikelen 2 en 3 toevertrouwen aan deze partner, die voor de gemaakte kosten wordt vergoed.

De beheerskosten vertegenwoordigen ten hoogste 10 % van deze vergoeding.

In voorkomend geval is de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en op de aanwending van sommige toelagen van toepassing.

Art. 9.§ 1. De centra die volgens artikelen 4, § 2 en 6, § 2, een subsidie genieten gelijk aan of hoger dan 25.000 euro, kunnen de kosten van hun personeel dat direct betrokken is bij de verwezenlijking van de doelstellingen beoogd in artikelen 2 en 3, voor ten hoogste 10 % van het verantwoorde bedrag op deze subsidie aanrekenen.

Worden hiermee gelijkgesteld : de centra die onderling een samenwerkingsovereenkomst afsluiten om de subsidie op gecoördineerde wijze aan te wenden, en van wie de gecumuleerde subsidies volgens artikelen 4, § 2 en 6, § 2, gelijk zijn aan of hoger dan 25.000 euro. § 2. De vergoedingen voor de personen die niet als personeelslid van het centrum zijn ingeschakeld bij de verwezenlijking van de doelstellingen worden beschouwd als werkingskosten en zijn als dusdanig aanvaardbaar om op deze subsidie te worden aangerekend. § 3. Een eventuele deelname in de kosten door de gebruikers of andere deelnemers dient van de verantwoorde kosten te worden verminderd. § 4. Investeringen en duurzame aankopen vanaf 500 euro exclusief btw kunnen in geen geval worden ten laste genomen. § 5. De vereffening van de kosten gedekt door dit besluit dient plaats te vinden tijdens de looptijd van dit besluit.

Art. 10.Om het gebruik van de subsidies te verantwoorden dient het centrum vóór 28 februari 2017 een elektronisch verslag in, bestaande uit een activiteitenoverzicht en een financieel overzicht. Dit rapport dient via de webapplicatie "Uniek Jaarverslag" te worden overgemaakt.

De originele bewijsstukken blijven ter beschikking met het oog op de controle op het gebruik van de subsidie.

Het centrum mag in zijn elektronisch verslag alle activiteiten opnemen die binnen de doelstellingen van de subsidie vallen, zelfs indien uit het financieel overzicht blijkt dat de som van deze activiteiten, voor één of meerdere van de doelstellingen, de aan het centrum toegekende subsidie overschrijdt.

Art. 11.§ 1. De POD Maatschappelijke Integratie zal de ingediende elektronische verslagen controleren en de volgende twee berekeningen maken : - de bedragen van de subsidies die niet gebruikt werden optellen tot één samengevoegd totaalbedrag voor alle centra. Dit bedrag wordt hierna "het subsidie-overschot" genoemd; - de bedragen van de activiteiten die gebruikt en correct verantwoord werden, maar die de aan het centrum toegekende subsidie overschrijden, optellen tot één samengevoegd totaalbedrag voor alle centra. Dit bedrag wordt hierna "het activiteitenoverschot" genoemd. § 2. Indien het subsidie-overschot groter is dan of gelijk is aan het activiteitenoverschot zal het activiteitenoverschot volledig vergoed worden aan het centrum. § 3. Indien het subsidie-overschot kleiner is dan het activiteitenoverschot zal het subsidie-overschot worden verdeeld onder de centra met een activiteitenoverschot overeenkomstig de verdeelsleutel voorzien in de artikelen 4, § 2 en 6, § 2, waarbij het aandeel dat elk centrum maximaal kan ontvangen, beperkt is tot het bedrag van de activiteiten, die gebruikt en correct verantwoord werden, en dat de aan het centrum reeds toegekende subsidie overschrijdt.

Art. 12.De subsidieperiode van dit besluit loopt van 1 januari 2016 tot en met 31 december 2016.

Art. 13.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2016.

Art. 14.De minister bevoegd voor Maatschappelijke Integratie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 15 februari 2016.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Middenstand, Zelfstandigen, KMO's, Landbouw en Maatschappelijke Integratie, W. BORSUS

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^