Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 15 juli 2016
gepubliceerd op 14 september 2016

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 oktober 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie, betreffende het nationaal akkoord 2015-2016

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2016202059
pub.
14/09/2016
prom.
15/07/2016
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

15 JULI 2016. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 oktober 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie, betreffende het nationaal akkoord 2015-2016 (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 28 oktober 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie, betreffende het nationaal akkoord 2015-2016.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 15 juli 2016.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie Collectieve arbeidsovereenkomst van 28 oktober 2015 Nationaal akkoord 2015-2016 (Overeenkomst geregistreerd op 5 januari 2016 onder het nummer 131064/CO/149.01) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Toepassingsgebied Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en arbeiders van de ondernemingen die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie.

Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden. HOOFDSTUK II. - Kader

Art. 2.Voorwerp Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van de wet van 28 april 2015Relevante gevonden documenten type wet prom. 28/04/2015 pub. 30/04/2015 numac 2015012133 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet tot instelling van de maximale marge voor loonkostenontwikkeling voor de jaren 2015 en 2016 type wet prom. 28/04/2015 pub. 19/11/2015 numac 2015000662 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot instelling van de maximale marge voor loonkostenontwikkeling voor de jaren 2015 en 2016. - Duitse vertaling sluiten tot instelling van de maximale marge voor loonkostontwikkeling voor de jaren 2015 en 2016.

Art. 3.Procedure Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt neergelegd op de Griffie van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 7 november 1969Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/11/1969 pub. 06/04/2007 numac 2007000224 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit nr. 2 met betrekking tot de vaststelling van forfaitaire grondslagen van aanslag voor de belasting over de toegevoegde waarde. - Duitse vertaling sluiten tot vaststelling van de modaliteiten van neerlegging van de collectieve arbeidsovereenkomsten.

De ondertekenende partijen vragen de algemeen bindend verklaring bij koninklijk besluit van deze collectieve arbeidsovereenkomst, inclusief de bijlage. HOOFDSTUK III. - Inkomenszekerheid

Art. 4.Verhoging van de lonen Vanaf 1 januari 2016 worden alle minimumuurlonen en effectieve uurlonen verhoogd met 0,5 pct..

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake uurlonen van 20 oktober 2011 zal in die zin worden aangepast vanaf 1 januari 2016, en dit voor onbepaalde duur.

Art. 5.Fonds voor bestaanszekerheid § 1. Vanaf 1 oktober 2015 worden de aanvullende vergoedingen bij tijdelijke werkloosheid verhoogd tot 11,00 EUR per werkloosheidsuitkering en tot 5,50 EUR per halve werkloosheidsuitkering. § 2. Vanaf 1 oktober 2015 worden de aanvullende vergoedingen voor oudere zieken verhoogd tot 8,00 EUR per ziekte-uitkering en tot 4,00 EUR per halve ziekte-uitkering. § 3. Partijen engageren zich om de verhogingen van de aanvullende vergoedingen bij tijdelijke werkloosheid vanaf de onderhandelingsperiode 2017-2018 bij voorkeur toe te passen vanaf de 61ste werkloosheidsdag. § 4. Partijen engageren zich om tegen 30 november 2015 een aantal maatregelen uit te werken in de schoot van het fonds voor bestaanszekerheid : - voorzien van incentives voor zowel werkgevers als werknemers voor instroom en opleiding van jongeren; - promoten van werkbaar werk voor oudere werknemers, onder meer via het peterschapsprincipe; - voorzien van een incentive voor (oudere) werknemers die ontslagen zijn.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten van het fonds voor bestaanszekerheid van 25 februari 2015 zal vanaf 1 oktober 2015 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur.

Art. 6.Sectoraal pensioenfonds Vanaf 1 januari 2016 wordt de bijdrage van 1,80 pct. van de brutolonen aan 108 pct. van de arbeiders voor het sectoraal pensioenstelsel verhoogd tot 2,10 pct.

Partijen komen uitdrukkelijk overeen dat er met meerdere verzekeringsinstellingen kan gewerkt worden.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake wijziging en coördinatie van het sociaal sectoraal pensioenstelsel van 23 november 2011, gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2014 zal vanaf 1 januari 2016 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur.

De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten van het fonds voor bestaanszekerheid van 25 februari 2015 zal vanaf 1 januari 2016 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur. HOOFDSTUK IV. - Werkzekerheid

Art. 7.Beëindiging van de arbeidsovereenkomst van een arbeider in moeilijkheden § 1. Definitie "arbeider in moeilijkheden" In uitvoering van huidig artikel is een arbeider in moeilijkheden een arbeider waarvan de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd omwille van medische overmacht of bij een individueel ontslag vanaf de leeftijd van 55 jaar. § 2. Partijen bevelen de werkgever aan dat hij bij de beëindiging van de arbeidsovereenkomst van een arbeider in moeilijkheden bij de start van de procedure aan de betrokken arbeider meedeelt dat hij zich kan laten bijstaan door een vakbondsafgevaardigde en/of door een vakbondssecretaris.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake representatieve functie van 10 juli 2001 zal vanaf 1 januari 2016 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur.

Art. 8.Economische werkloosheid De sociale partners vragen aan de Koning om, voor een periode van 2 jaar, de maximumduur van de volledige schorsing van de uitvoering van de arbeidsovereenkomst voor tijdelijke werkloosheid om economische redenen van de arbeider op 8 weken te brengen.

Art. 9.Onderaanneming De sociale partners engageren zich om de problematiek van de onderaanneming aan te pakken, met het oog op een bespreking van de problematiek van de loyale concurrentie en sociale dumping.

Om deze problematiek aan te pakken dient er te worden samengewerkt met andere sectoren en met de betrokken instanties. HOOFDSTUK V. - Vorming en innovatie

Art. 10.Algemene bepalingen § 1. De sociale partners engageren zich de nodige maatregelen te treffen inzake vorming en opleiding om de participatiegraad van arbeiders jaarlijks met 5 pct. te verhogen. § 2. Partijen engageren zich om tegen 31 oktober 2015 de criteria omtrent het opleidingsaanbod te herzien. De verdere uitwerking hiervan dient te gebeuren binnen de bestaande organen van Vormelek.

Art. 11.Individueel recht op opleiding § 1. Vanaf 1 januari 2016 heeft elke arbeider een individueel en afdwingbaar recht op één dag scholing en permanente vorming per jaar, op voorwaarde dat de arbeider het voorbije kalenderjaar geen opleiding heeft gevolgd bij de betrokken werkgever. § 2. Het individueel recht op vorming komt bovenop het bestaande collectief recht op vorming. § 3. Door dit individueel recht wordt het bestaande premiekrediet niet afgebouwd.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake vorming en innovatie van 18 december 2014, gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 2015 inzake ingroeibanen, zal vanaf 1 januari 2016 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur.

Art. 12.Premiekrediet In ondernemingen met een vakbondsafvaardiging kan het premiekrediet slechts worden toegekend op basis van paritair goedgekeurde opleidingsplannen. Ook alle latere aanpassingen aan de opleidingsplannen moeten paritair worden goedgekeurd.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake vorming en innovatie van 18 december 2014, gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 juni 2015 inzake ingroeibanen, zal vanaf 1 januari 2016 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur.

Art. 13.Outplacement Opmerking De bestaande collectieve arbeidsovereenkomst inzake outplacement, sectorale tewerkstellingscel en informatie/oriëntatie van 18 december 2014 (nr. 125604/CO/149.01) wordt verlengd van 1 juli 2015 tot en met 30 juni 2017.

Bovendien dient deze collectieve arbeidsovereenkomst te worden aangepast aan de nieuwe regelgeving omtrent outplacement. HOOFDSTUK VI. - Loopbaanplanning

Art. 14.Stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag § 1. In uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nummers 115 en 116 van de Nationale Arbeidsraad wordt voor de periode 2015-2016 een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag ingevoerd voor arbeiders vanaf 58 jaar na 40 jaar loopbaan. § 2. In uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nummer 114 van de Nationale Arbeidsraad wordt voor de periode 2015-2016 een medisch stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag ingevoerd vanaf 58 jaar na 35 jaar loopbaan. § 3. In uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nummers 111 en 112 van de Nationale Arbeidsraad wordt voor de periode 2015-2016 een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag ingevoerd voor arbeiders vanaf 58 jaar na 33 jaar loopbaan, waarvan 20 jaar in een regeling van nachtarbeid. § 4. In uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomsten nummers 111 en 112 van de Nationale Arbeidsraad wordt voor de periode 2015-2016 een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag ingevoerd voor arbeiders vanaf 58 jaar na 33 jaar loopbaan in een zwaar beroep.

Opmerking In die zin zal een collectieve arbeidsovereenkomst inzake stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag worden opgemaakt vanaf 1 januari 2015 tot en met 31 december 2016. § 5. De betaling van de aanvullende vergoedingen en de werkgeversbijdragen voor de regelingen inzake stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag, zoals opgenomen in de § § 1 tot en met 4 van dit artikel wordt volledig ten laste genomen door het fonds voor bestaanszekerheid, alsook voor de regelingen inzake stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag die van toepassing waren, met name stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag vanaf 60 jaar enerzijds en vanaf 58 jaar zwaar beroep anderzijds.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake statuten van het fonds voor bestaanszekerheid van 25 februari 2015 zal vanaf 1 januari 2015 tot en met 31 december 2016 in die zin worden aangepast. § 6. Op vlak van stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag bevelen de partijen in het kader van de arbeidsherverdelende maatregelen op ondernemingsvlak volgende procedure aan : minstens 3 maand vóór het bereiken van de brugpensioenleeftijd nodigt de werkgever de betrokken arbeider bij aangetekende brief uit tot een onderhoud tijdens de werkuren op de zetel van de onderneming. Bij dit onderhoud kan de arbeider zich laten bijstaan door zijn vakbondsafgevaardigde. Bij dit onderhoud zullen zowel naar timing van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag als naar opleiding van de vervanger sluitende afspraken gemaakt worden.

Art. 15.Tijdskrediet en landingsbanen § 1. In uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nummer 118 van de Nationale Arbeidsraad heeft een arbeider vanaf 55 jaar in de periode 2015-2016 recht op een 1/5de landingsbaan na 35 jaar loopbaan of in een zwaar beroep. § 2. Artikel 6 van de bestaande collectieve arbeidsovereenkomst inzake recht op tijdskrediet en loopbaanvermindering van 25 juni 2014 dient te worden aangepast aan de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nummer 103 van de Nationale Arbeidsraad.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst van 25 juni 2014 inzake recht op tijdskrediet en loopbaanvermindering zal vanaf 1 januari 2015 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur. De bepalingen van § 1 van dit artikel daarentegen hebben een duurtijd van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2016.

Art. 16.Loopbaanverlof § 1. Vanaf 1 januari 2016 heeft elke arbeider vanaf het kalenderjaar waarin hij de leeftijd van 60 jaar bereikt, recht op 1 bijkomende verlofdag per jaar, en dit bovenop de reeds bestaande extra loopbaanverlofdag vanaf de leeftijd van 58 jaar. § 2. De berekening van de verloning voor deze bijkomende verlofdag dient te gebeuren conform de wettelijke bepalingen omtrent feestdagen.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst van 20 oktober 2011 inzake loopbaanverlof zal vanaf 1 januari 2016 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur. HOOFDSTUK VII. - Arbeidstijd en flexibiliteit

Art. 17.Stand-by regeling Partijen engageren zich om tegen 30 juni 2016 een inventaris te maken van bestaande ondernemingsregelingen inzake wachtdiensten.

Art. 18.Tewerkstellingsbevorderende maatregel De ondernemingen kunnen in het geval van herstructurering of indien de arbeidsorganisatie kan versoepeld worden, via een collectieve arbeidsovereenkomst de tewerkstelling bevorderen door onder meer collectieve arbeidsduurvermindering toe te passen.

Ze kunnen hiervoor gebruik maken van de bestaande wettelijke en decretale aanmoedigingspremies en de omzetting van de loonsverhogingen.

Art. 19.Flexibiliteit Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake flexibiliteit van 18 december 2014 (nr. 125603/CO/149.01) wordt verlengd van 1 juli 2015 tot en met 30 juni 2017.

Art. 20.Arbeidsorganisatie Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst inzake arbeidsorganisatie van 18 december 2014 (nr. 125602/CO/149.01) wordt verlengd vanaf 1 juli 2015 tot en met 30 juni 2017.

Art. 21.Nieuwe arbeidsregelingen Op ondernemingsvlak kunnen afspraken worden gemaakt omtrent nieuwe arbeidstijdstelsels, rekening houdend met de principes en regels van collectieve arbeidsovereenkomst nummer 42 van 2 juni 1987, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende de invoering van nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen. HOOFDSTUK VIII. - Eéngemaakt werknemersstatuut

Art. 22.Uitbouw loopbaanfonds Het sectorfonds voor vorming en opleiding, met name Vormelek, dient een actor te zijn in de uitbouw van een loopbaantraject voor arbeiders. Om dit loopbaantraject te kunnen uitbouwen zullen sociale partners onder meer nagaan in hoeverre Vormelek een meer actievere rol kan spelen binnen het outplacementaanbod.

De verdere uitwerking hiervan dient te gebeuren binnen de bestaande organen van Vormelek.

Art. 23.Inventaris loon- en arbeidsvoorwaarden arbeiders-bedienden § 1. De sociale partners engageren zich om de werkzaamheden inzake het opmaken van een inventaris van de loon- en arbeidsvoorwaarden van arbeiders en bedienden die behoren tot de sector elektriciens (PSC 149.01, PC 200 en PC 218) voort te zetten. § 2. De sociale partners bevelen de ondernemingen aan om een inventaris op te maken van de loon- en arbeidsvoorwaarden van arbeiders en bedienden die behoren tot de sector elektriciens (PSC 149.01, PC 200 en PC 218), en dit op het vlak van de onderneming. HOOFDSTUK IX. - Inspraak en overleg

Art. 24.Vakbondsvorming § 1. Vanaf 1 januari 2016 wordt het aantal dagen vakbondsvorming vastgelegd op 12 dagen per periode van 4 jaar per effectief mandaat. § 2. De terugbetaling van deze dagen vakbondsvorming gebeurt door het fonds voor bestaanszekerheid, zoals opgenomen in artikel 19 van de collectieve arbeidsovereenkomst inzake wijziging en coördinatie van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid van 25 juni 2014.

Opmerking De collectieve arbeidsovereenkomst van 18 oktober 1999 inzake vakbondsvorming zal vanaf 1 januari 2016 in die zin worden aangepast, en dit voor onbepaalde duur. HOOFDSTUK X. - Sociale vrede en duurtijd van het akkoord

Art. 25.Sociale vrede De sociale vrede zal verzekerd zijn in de sector tijdens de duurtijd van onderhavige overeenkomst. Bijgevolg zal op nationaal of regionaal vlak of op ondernemingsvlak geen enkele eis van algemene of collectieve aard gesteld, aangemoedigd of ondersteund worden die van aard zou zijn de verbintenissen van de ondernemingen voorzien in deze overeenkomst uit te breiden of die van aard zou zijn de loonkosten van de ondernemingen te verhogen.

Art. 26.Duur Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten voor bepaalde duur, gaande van 1 januari 2015 tot en met 31 december 2016, tenzij anders bepaald.

De artikels die van toepassing zijn voor onbepaalde duur kunnen worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van drie maanden, betekend per aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie en aan de ondertekenende organisaties.

De artikelen die van toepassing zijn op het fonds voor bestaanszekerheid voor onbepaalde duur kunnen worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van zes maanden, betekend per aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie en aan de ondertekenende organisaties.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 juli 2016.

De Minister van Werk, K. PEETERS Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 oktober 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie, betreffende het nationaal akkoord 2015-2016 Premies van het Vlaamse Gewest De ondertekenende partijen verklaren dat de arbeiders ressorterend onder het Paritair Subcomité voor de elektriciens : installatie en distributie en die inzake domicilie en tewerkstelling voldoen aan de omschrijving van het Vlaamse Gewest gebruik kunnen maken van de aanmoedigingspremies van kracht in het Vlaamse Gewest, namelijk : - zorgkrediet; - opleidingskrediet; - ondernemingen in moeilijkheden of herstructurering.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 juli 2016.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^