Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 15 maart 2001
gepubliceerd op 03 april 2001

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17vicies ter van 19 december 2000, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2001012184
pub.
03/04/2001
prom.
15/03/2001
ELI
eli/besluit/2001/03/15/2001012184/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

15 MAART 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17vicies ter van 19 december 2000, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen (1)


ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op de artikelen 18 en 28;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, inzonderheid op de artikelen 6 en 8, overeenkomst gesloten in het Nationale Arbeidsraad en algemeen verbindend verklaard door het koninklijk besluit van 16 januari 1975;

Gelet op het verzoek van de Nationale Arbeidsraad;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17vicies ter van 19 december 2000, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 15 maart 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 16 januari 1975, Belgisch Staatsblad van 31 januari 1975.

Bijlage Nationale Arbeidsraad Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17vicies ter van 19 december 2000, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, tot uitvoering van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen Geregistreerd op 22 januari 2001 onder het nr. 56238/CO/300.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités;

Gelet op de artikelen 6 en 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, welke artikelen bepalen dat het begrensde referteloon waarop de aanvullende vergoeding wordt berekend en het bedrag zelf van de aanvullende vergoedingen op 1 januari van ieder jaar zullen worden herzien;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomsten nrs. 17bis, 17ter, 17quater, 17quinquies, 17sexies, 17septies, 17octies, 17nonies, 17decies, 17undecies, 17duodecies, 17tredecies, 17quaterdecies, 17quindecies, 17sedecies, 17septies decies, 17duodevicies, 17undevicies, 17vicies semel en 17vicies bis respectievelijk van 29 januari 1976, van 3 maart 1977, van 27 april 1978, van 1 februari 1979, van 28 februari 1980, van 22 december 1980, van 2 februari 1982, van 7 juni 1983, van 16 december 1987, van 20 december 1988, van 19 december 1989, van 18 december 1990, van 29 januari 1991, van 17 december 1991, van 22 december 1992, van 21 december 1993, van 26 juli 1994, van 17 december 1997, van 15 december 1998 en van 20 december 1999 tot uitvoering, aanvulling of wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommigebejaarde werknemers indien zij worden ontslagen;

Overwegende dat een collectieve arbeidsovereenkomst moet worden gesloten waarbij uitvoering wordt gegeven aan de bepalingen van de artikelen 6 en 8, door het vaststellen van een herwaarderingscoëfficiënt voor het begrensde referteloon en voor het bedrag van de aanvullende vergoedingen;

Hebben de navolgende interprofessionele organisaties van werkgevers en van werknemers : - het Verbond van Belgische Ondernemingen; - de nationale middenstandsorganisaties erkend overeenkomstig de wetten betreffende de organisatie van de Middenstand, gecoördineerd op 28 mei 1979; - de Belgische Boerenbond; - "la Fédération nationale des Unions professionnelles agricoles"; - "l'Alliance agricole belge"; - het Algemeen Christelijk Vakverbond van België; - het Algemeen Belgisch Vakverbond; - de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België; op 19 december 2000 in de Nationale Arbeidsraad de volgende collectieve arbeidsovereenkomst gesloten.

Artikel 1.Overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 6 en 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van 19 december 1974 tot invoering van een regeling van aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werknemers indien zij worden ontslagen, en rekening houdend met de collectieve arbeidsovereenkomsten nr. 17bis van 29 januari 1976, nr. 17ter van 3 maart 1977, nr. 17quater van 27 april 1978, nr. 17quinquies van 1 februari 1979, nr. 17sexies van 28 februari 1980, nr. 17septies van 22 december 1980, nr. 17octies van 2 februari 1982, nr. 17nonies van 7 juni 1983, nr. 17decies van 16 december 1987, nr. 17undecies van 20 december 1988, nr. 17 duodecies van 19 december 1989, nr. 17tredecies van 18 december 1990, nr. 17quaterdecies van 29 januari 1991, nr. 17quindecies van 17 december 1991, nr. 17sedecies van 22 december 1992, nr. 17septies decies van 21 december 1993, nr. 17duodevicies van 26 juli 1994, nr. 17undevicies van 17 december 1997, nr. 17vicies semel van 15 december 1998 en nr. 17vicies bis van 20 december 1999, moeten vanaf 1 januari 2001 de volgende coëfficiënten worden toegepast : - de coëfficiënt 1,012 op het begrensde brutomaandloon dat in aanmerking wordt genomen voor de vaststelling van het nettoreferteloon; - de coëfficiënt 1,012 op het bedrag van de aanvullende vergoedingen.

Commentaar De aanvullende vergoedingen zullen pro rata temporis worden aangepast, op grond van de navolgende formule : - indien de aanvullende vergoeding wordt berekend op een referteloon van vóór 1 januari 2000, wordt de herwaarderingscoëfficiënt 1,012 toegepast; - wordt de vergoeding berekend op grond van het loon van de maanden januari, februari of maart 2000, dan wordt de herwaarderingscoëfficiënt 1,009 toegepast; - wordt de vergoeding berekend op grond van het loon van de maanden april, mei of juni 2000, dan wordt de herwaarderingscoëfficiënt 1,006 toegepast; - wordt de vergoeding berekend op grond van het loon van de maanden juli, augustus of september 2000, dan wordt de herwaarderingscoëfficiënt 1,003 toegepast.

De vergoeding die berekend wordt op grond van het loon van de maanden oktober, november of december 2000 wordt niet aangepast.

Art. 2.Deze overeenkomst treedt in werking op 1 januari 2001.

Zij kan op verzoek van de meest gerede ondertekenende partij worden herzien of opgezegd, met inachtneming van een opzeggingstermijn van zes maanden.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 15 maart 2001.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^