Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 15 november 2017
gepubliceerd op 27 november 2017

Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet van 21 juli 2017 houdende schadeloosstellingen ten voordele van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de daarmee gelijkgestelde personen die slachtoffer zijn van schade veroorzaakt door buitengewone risico's in het buitenland

bron
federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking
numac
2017031564
pub.
27/11/2017
prom.
15/11/2017
ELI
eli/besluit/2017/11/15/2017031564/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

15 NOVEMBER 2017. - Koninklijk besluit tot uitvoering van de wet van 21 juli 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/07/2017 pub. 19/09/2017 numac 2017040578 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende schadeloosstellingen ten voordele van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de daarmee gelijkgestelde personen die slachtoffer zijn van schade veroorzaakt door buitengewone risico's in het buitenland sluiten houdende schadeloosstellingen ten voordele van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de daarmee gelijkgestelde personen die slachtoffer zijn van schade veroorzaakt door buitengewone risico's in het buitenland


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 21 juli 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/07/2017 pub. 19/09/2017 numac 2017040578 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende schadeloosstellingen ten voordele van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de daarmee gelijkgestelde personen die slachtoffer zijn van schade veroorzaakt door buitengewone risico's in het buitenland sluiten houdende schadeloosstellingen ten voordele van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de daarmee gelijkgestelde personen die slachtoffer zijn van schade veroorzaakt door buitengewone risico's in het buitenland, de artikelen 4, § 10 en 5, § 7;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 3 februari 2017;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister belast met Ambtenarenzaken, d.d. 15 juni 2017;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 23 juni 2017;

Gelet op het protocol van onderhandelingen nr. 29/1 van het Sectorcomité VII-Buitenlandse Zaken, gesloten op 12 juli 2017;

Gelet op artikel 8, § 1, 4° van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging, is dit besluit vrijgesteld van een regelgevingsimpactanalyse omdat het bepalingen van autoregulering betreft;

Gelet op het advies 62.021/4 van de Raad van State, gegeven op 26 september 2017, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende de wet van 1 augustus 1985Relevante gevonden documenten type wet prom. 01/08/1985 pub. 15/11/2000 numac 2000000832 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet houdende fiscale en andere bepalingen . - hoofdstuk III, afdeling II. - Duitse vertaling sluiten houdende fiscale en andere bepalingen, de artikelen 28 tot 41;

Op de voordracht van de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister van Ontwikkelingssamenwerking, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.§ 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: 1° "de wet": de wet van 21 juli 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/07/2017 pub. 19/09/2017 numac 2017040578 bron federale overheidsdienst buitenlandse zaken, buitenlandse handel en ontwikkelingssamenwerking Wet houdende schadeloosstellingen ten voordele van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de daarmee gelijkgestelde personen die slachtoffer zijn van schade veroorzaakt door buitengewone risico's in het buitenland sluiten houdende schadeloosstellingen ten voordele van de personeelsleden van de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de daarmee gelijkgestelde personen die slachtoffer zijn van schade veroorzaakt door buitengewone risico's in het buitenland;2° "de Minister": de Minister bevoegd voor Buitenlandse Zaken. § 2. Het gebruik van de mannelijke vorm in dit besluit is gemeenslachtig.

Art. 2.De vraag om schadeloosstelling voor schade veroorzaakt door de buitengewone risico's van de oorlog, de oproer, de opzettelijke gewelddaad, het terrorisme, de ramp, de tropische ziekte en ernstige infectieziekte, zoals gedefinieerd in artikel 3, 1° van de wet, geschiedt bij verzoekschrift dat in twee exemplaren wordt neergelegd bij het secretariaat van het Directiecomité van de FOD of haar wordt toegezonden bij een ter post aangetekende brief. Het wordt ondertekend door de verzoeker of door zijn advocaat.

Het verzoekschrift bevat: 1° de dag, de maand en het jaar;2° de naam, de voornamen, het beroep, de woonplaats en de nationaliteit van het slachtoffer, de verzoeker en, in voorkomend geval, de wettelijke vertegenwoordiger;3° de datum, de plaats en een korte beschrijving van het buitengewoon risico zoals omschreven door artikel 3, 1° van de wet;4° voor zover dit mogelijk is in het land waar het risico zich heeft voorgedaan, de datum van het indienen van de klacht, het verwerven van de hoedanigheid van benadeelde persoon en, in voorkomend geval, de datum van de burgerlijke partijstelling;5° de middelen waarover de verzoeker beschikt om een schadeloosstelling te verkrijgen;6° de raming van de verschillende bestanddelen van de schade waarvoor een schadeloosstelling wordt gevraagd en het totale bedrag van de gevraagde schadeloosstelling. Het verzoekschrift eindigt met de woorden : "Ik bevestig op eer dat deze verklaring oprecht en volledig is." Bij het verzoekschrift worden de stukken tot staving gevoegd van de verschillende bestanddelen van de schade waarvoor een schadeloosstelling wordt gevraagd.

Het verzoekschrift wordt ingediend binnen de drie jaar nadat de schade geleden werd.

Art. 3.Om de lichamelijke schade vast te stellen, kan het Directiecomité de gerechtelijke geneeskundige dienst opdragen een deskundig onderzoek uit te voeren waarbij de letsels opgelopen door het slachtoffer worden vastgesteld. Zij kan eventueel andere deskundigen aanstellen en getuigen horen.

Het resultaat van de onderzoeksverrichtingen is uitsluitend bestemd voor het onderzoek van de vraag en blijft gedekt door het beroepsgeheim.

Art. 4.§ 1. Voor het vaststellen van de materiële schade legt de verzoeker de volgende bewijsstukken voor: 1° de inventaris van de persoonlijke bezittingen van het slachtoffer die verzekerd werden voor de verhuis naar het land van aanstelling;2° zo mogelijk, het verzekeringscontract afgesloten door het slachtoffer in het land van aanstelling om zijn persoonlijke bezittingen tegen schade te verzekeren;3° de gedateerde aankoopfacturen op naam van het slachtoffer. § 2. De materiële schade die niet in aanmerking komt voor schadeloosstellingen zijn: 1° de gemotoriseerde voertuigen;2° de vaartuigen;3° de luchtvaartuigen en drones.

Art. 5.Het Directiecomité bepaalt de morele schade op basis van alle voorgelegde bewijsstukken. Indien het Directiecomité het nodig acht, kan het zich laten bijstaan door een deskundige en de verzoeker horen.

Art. 6.De schadeloosstelling wordt toegekend voor de schade boven 1000 euro en is beperkt tot het maximumbedrag voorzien in artikel 33, § 2 van de wet van 1 augustus 1985Relevante gevonden documenten type wet prom. 01/08/1985 pub. 15/11/2000 numac 2000000832 bron ministerie van binnenlandse zaken Wet houdende fiscale en andere bepalingen . - hoofdstuk III, afdeling II. - Duitse vertaling sluiten houdende fiscale en andere bepalingen.

Art. 7.§ 1. De schadeloosstelling wordt niet toegekend : 1° als er vastgesteld is dat de schade opzettelijk veroorzaakt werd door het slachtoffer;2° aan een andere aanvrager dan het slachtoffer wanneer het slachtoffer overlijdt aan de gevolgen van schade veroorzaakt door het buitengewoon risico, nadat het zelf de schadeloosstelling ontvangen heeft. § 2. Wanneer een schadeloosstelling wordt toegekend aan de rechthebbenden zoals gedefinieerd in artikel 2, § 1, 9° van de wet en er is slechts één rechthebbende, dan krijgt deze de volledige schadeloosstelling.

Wanneer er meerdere rechthebbenden van dezelfde graad zijn, wordt de schadeloosstelling in gelijke delen aan elk van hen toegekend.

De rechthebbenden die niet bij het slachtoffer woonden of bij wie het slachtoffer zijn thuis niet had, zijn gehouden het bewijs te leveren dat zij rechtstreeks begunstigd werden door de bezoldigingen van het slachtoffer.

Art. 8.De verzoeker wordt door het Directiecomité gehoord indien hij daar schriftelijk heeft om verzocht of indien het Directiecomité dit noodzakelijk acht. Hij kan zich hiervoor laten bijstaan of vertegenwoordigen door zijn advocaat.

Art. 9.Op een met redenen omkleed voorstel van het Directiecomité, kan de Minister, de schadeloosstelling toekennen en bepaalt er op basis van de stukken tot staving vermeld in artikel 2 en, desgevallend, het advies van de gerechtelijke geneeskundige dienst, het bedrag van.

Het Directiecomité maakt binnen de acht dagen na de uitspraak ervan, de beslissing van de Minister bekend bij een ter post aangetekende brief aan de verzoeker, en per gewone post aan de advocaat van de verzoeker.

Art. 10.De vraag om schadeloosstelling voor het buitengewone risico van uitsluiting van de waarborgen van de levensverzekering of de schuldsaldoverzekering zoals gedefinieerd in artikel 3, 2° van de wet geschiedt, bij verzoekschrift dat in twee exemplaren wordt neergelegd bij het secretariaat van het Directiecomité van de FOD of haar wordt toegezonden bij een ter post aangetekende brief. Het wordt ondertekend door de verzoeker of door zijn advocaat.

Het verzoekschrift bevat : 1° de dag, de maand en het jaar;2° de naam, de voornamen, het beroep, de woonplaats en de nationaliteit van het slachtoffer, de verzoeker en, in voorkomend geval, de wettelijke vertegenwoordiger;3° de datum, de plaats en een korte beschrijving van de omstandigheden die aanleiding hebben gegeven tot het overlijden van het slachtoffer;4° de data en een korte beschrijving van de pogingen ondernomen door de verzoeker om bij de verzekeringsmaatschappij uitbetaling van de verzekerde bedragen te bekomen. Het verzoekschrift eindigt met de woorden : "Ik bevestig op eer dat deze verklaring oprecht en volledig is."

Art. 11.Bij het verzoekschrift worden de volgende stukken tot staving gevoegd: 1° de overlijdensakte van het slachtoffer;2° een lijst van de levensverzekeringen en schuldsaldoverzekeringen afgesloten door het slachtoffer en de verzekerde bedragen;3° de notificatie van het slachtoffer aan zijn verzekeringsmaatschappij over zijn vertrek naar het land van aanstelling of van dienstreis;4° het antwoord van de verzekeraar dat het slachtoffer uitsluit van de waarborgen van zijn levensverzekering of schuldsaldoverzekering ten gevolge van de aanstelling of de dienstreis in dit land en dit, zonder de mogelijkheid te geven verzekerd te blijven mits het betalen van een bijpremie;5° een kopie van het levensverzekeringscontract en/of van het schuldsaldoverzekeringscontract waarvoor een schadeloosstelling wordt gevraagd;6° een verklaring van de verzekeraar met het bedrag dat zou uitbetaald zijn indien het slachtoffer niet uitgesloten was;7° de documenten die de doodsoorzaak van het slachtoffer vaststellen of de omstandigheden die aanleiding gaven tot het overlijden kunnen staven. Het verzoekschrift wordt ingediend binnen de twee jaar na het overlijden van het slachtoffer.

Art. 12.De verzoeker wordt door het Directiecomité gehoord indien hij daar schriftelijk heeft om verzocht of indien het Directiecomité dit noodzakelijk acht. Hij kan zich hiervoor laten bijstaan of vertegenwoordigen door zijn advocaat.

Art. 13.De Minister kan de schadeloosstelling toekennen, op een met redenen omkleed voorstel van het Directiecomité en op basis van de stukken tot staving vermeld onder artikel 11.

Het Directiecomité maakt binnen de acht dagen na de uitspraak ervan, de beslissing van de Minister bekend bij een ter post aangetekende brief aan de verzoeker, en per gewone post aan de advocaat van de verzoeker.

Art. 14.De minister bevoegd voor Buitenlandse Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 15 november 2017.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Buitenlandse Zaken, D. REYNDERS De Minister van Ontwikkelingssamenwerking, A. DE CROO

^