Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 16 juni 2005
gepubliceerd op 03 augustus 2005

Koninklijk besluit tot vaststelling van het bijzonder reglement van de rechtbank van koophandel te Mechelen

bron
federale overheidsdienst justitie
numac
2005009502
pub.
03/08/2005
prom.
16/06/2005
ELI
eli/besluit/2005/06/16/2005009502/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

16 JUNI 2005. - Koninklijk besluit tot vaststelling van het bijzonder reglement van de rechtbank van koophandel te Mechelen


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, inzonderheid op artikel 84, gewijzigd bij de wet van 17 juli 1997, op artikel 85, gewijzigd bij de wet van 15 juli 1970, op artikel 86, op artikel 88, gewijzigd door de wet van 15 juli 1970, op artikel 89, gewijzigd door de wet van 17 februari 1997, op artikel 90, gewijzigd bij de wet van 22 december 1998, op artikel 91, gewijzigd bij de wetten van 3 augustus 1992, 11 juli 1994 en 28 maart 2000, op artikel 92, gewijzigd bij de wetten van 3 augustus 1992 en 28 november 2000 en op de artikelen 93, 95 en 96;

Gelet op het koninklijk besluit van 30 oktober 1970 tot vaststelling van het bijzonder reglement van de rechtbank van koophandel te Mechelen, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 14 juni 1979, 10 april 1990, 11 april 1999 en 25 mei 1999;

Gelet op de adviezen van de eerste voorzitter van het hof van beroep te Antwerpen, van de eerste voorzitter van het arbeidshof te Antwerpen, van de procureur-generaal bij het hof van beroep te Antwerpen, van de voorzitter van de rechtbank van koophandel te Mechelen, van de procureur des Konings te Mechelen, van de hoofdgriffier van de rechtbank van koophandel te Mechelen en van de stafhouder van de Orde van advocaten te Mechelen;

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De rechtbank van koophandel te Mechelen bestaat uit zes kamers.

Art. 2.De inleiding van de zaken geschiedt op woensdag voor de eerste kamer, met uitzondering van de betwistingen inzake faillissement en gerechtelijk akkoord, die worden ingeleid op maandag voor de tweede kamer en de zaken in kort geding die worden ingeleid op dinsdag voor de vijfde kamer.

De inleiding voor het bureau van rechtsbijstand geschiedt op maandag voor de tweede kamer.

Art. 3.De kamers houden zitting als volgt : de eerste kamer : op woensdag; de tweede kamer : op maandag; de derde kamer : op vrijdag; de vierde kamer : de eerste, tweede en vierde dinsdag van de maand; de vijfde kamer : op dinsdag; de zesde kamer : op donderdag.

Art. 4.De kamers kunnen, naar gelang van de behoeften van de dienst, buitengewone zittingen houden, waarvan zij zelf de dagen en de uren bepalen in overeenstemming met de voorzitter van de rechtbank.

Art. 5.Indien de behoeften van de dienst het vergen kan de voorzitter van de rechtbank, na het advies van de procureur des Konings te hebben ingewonnen, beslissen dat één of meer kamers bijkomende zittingen zullen houden op de dagen en de uren dat hij vaststelt.

Art. 6.De voorzitter van de rechtbank kan ook, na het advies van de procureur des Konings te hebben ingewonnen, voorlopig het aantal en de bevoegdheden van de kamers wijzigen.

In dit geval alsmede in het geval van artikel 5, wordt zijn beschikking ter griffie aangeplakt en onmiddellijk ter kennis gebracht van de eerste voorzitter van het hof van beroep.

Art. 7.De zittingen van de eerste, tweede, derde en zesde kamer beginnen om 9 uur. De zittingen van de vierde kamer beginnen om 15 uur. De zittingen van de vijfde kamer beginnen om 9 u. 30 m.; ze duren ten minste drie uren, rolregeling en uitspraak van vonnissen niet inbegrepen.

Art. 8.De voorzitter van de rechtbank bepaalt, na het advies van de procureur des Konings te hebben ingewonnen, dag en uur van de vakantiezittingen en wijst de magistraten aan die er zitting dienen te nemen.

Art. 9.Het koninklijk besluit van 30 oktober 1970 tot vaststelling van het bijzonder reglement voor de rechtbank van koophandel te Mechelen, gewijzigd door de koninklijke besluiten van 14 juni 1979, 10 april 1990, 11 april 1999 en 25 mei 1999, wordt opgeheven.

Art. 10.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 11.Onze Minister van Justitie wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 16 juni 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX

^