Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 18 juni 1998
gepubliceerd op 01 augustus 1998

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juli 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden voor de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1998012514
pub.
01/08/1998
prom.
18/06/1998
ELI
eli/besluit/1998/06/18/1998012514/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

18 JUNI 1998. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juli 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden voor de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid;

Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juli 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden voor de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen.

Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 18 juni 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET _______ (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 16 juli 1997 Vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden voor de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen (Overeenkomst geregistreerd op 18 november 1997 onder het nummer 46043/CO/116) Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen die gelegen zijn in de provincie West-Vlaanderen en ressorteren onder het Paritair Comité van de scheikundige nijverheid uit hoofde van hun bedrijvigheid inzake verwerking van kunststoffen.

Algemene bepaling

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst doet generlei afbreuk aan de algemene collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid.

Werkzekerheid Art 3. Tijdens de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst zullen de werkgevers alles in het werk stellen om ontslag wegens economische redenen te vermijden. Eventuele problemen in dit verband zullen vooreerst en in de mate van de mogelijkheid, worden opgevangen door het invoeren van een regeling van gedeeltelijke werkloosheid.

Uitsluitend tijdens de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst zullen ontslagen wegens economische redenen eerst mogelijk zijn na het bereiken van een som van dagen gedeeltelijke werkloosheid naar rato van 15 dagen per arbeider in de getroffen afdeling van de betrokken onderneming.

Indien deze voorwaarde niet vervuld is op het ogenblik van een ontslag wegens economische redenen, wordt, bij dit ontslag, de wettelijke opzeggingstermijn of de wettelijke verbrekingsvergoeding verdubbeld.

Alvorens tot ontslag wegens economische redenen over te gaan, zal de werkgever hierover met de vakbondsorganisaties overleg plegen.

Brugpensioen collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad

Art. 4.Het bestaand stelsel van brugpensioen, waarbij de leeftijd van 60 jaar, voorzien door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974, verlaagd werd tot 58 jaar, wordt verlengd voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

De procedures en modaliteiten zijn deze die door voormelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 voorzien zijn.

Art. 5.In toepassing van de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité van de scheikundige nijverheid en voor de periode beperkt tussen 1 april 1997 en 31 december 1998, wordt de brugpensioenregeling, zoals voorzien in hogervermelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, uitgebreid tot de arbeiders die : 1. a) de leeftijd van 55 jaar of meer hebben bereikt of zullen bereiken uiterlijk op 31 december 1997;b) de leeftijd van 56 jaar of meer hebben bereikt of zullen bereiken uiterlijk op 31 december 1998.2. voldoen aan de terzake geldende voorwaarden voorzien door de wet van 26 juli 1996, evenals door het koninklijk besluit van 21 maart 1997 : bijgevolg zullen de betrokken arbeiders een beroepsverleden als loontrekkende van 33 jaar moeten kunnen rechtvaardigen evenals minstens 20 jaar gewerkt te hebben in een arbeidsregime zoals bedoeld in artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.46 gesloten op 23 maart 1990 in de Nationale Arbeidsraad. De procedures en modaliteiten terzake zijn deze die door voormelde collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 voorzien zijn.

Arbeidsherverdelende maatregelen

Art. 6.Voor de duurtijd van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt het recht op volledige loopbaanonderbreking voor familiale redenen, binnen de wettelijke bepalingen, toegekend naar rato van maximum 3 pct. van het arbeidersbestand van de onderneming.

Art. 7.Voor de duurtijd van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt het recht op halftijdse arbeid met verhoudingsgewijs behoud van inkomen toegekend naar rato van maximum 3 pct. van het arbeidersbestand.

Art. 8.Voor de duurtijd van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt het recht op halftijdse loopbaanonderbreking in het raam van de wet van 22 januari 1985 toegekend vanaf de leeftijd van 50 jaar.

Art. 9.De invoering van de maatregelen voorzien in de artikelen 6 tot en met 8 hierboven mag geen verstoring van de arbeidsorganisatie met zich meebrengen en dient rekening te houden met de mogelijkheden tot vervanging.

Carensdag

Art. 10.De toekenning van het loon op de carensdag bij arbeidsongeschiktheid wordt verlengd voor de periode van 1 april 1997 tot en met 31 maart 1999.

Dit voordeel wordt uitdrukkelijk bedongen bij wijze van proef.

Een voortzetting van dit voordeel in een volgende collectieve arbeidsovereenkomst is enkel mogelijk indien verhoudingsgewijs, gerelateerd tot het aantal arbeiders, de kosten van het absenteïsme in de ondernemingen niet zijn gestegen.

Ancienniteitsverlof

Art. 11.Als voorafname op een eventueel toekomstige arbeidsduurverkorting onder welke vorm ook, wordt er naast de bestaande betaalde vrije dag toegekend per kalenderjaar aan de arbeiders vanaf 15 jaar anciënniteit in de onderneming, voorzien bij artikel 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 mei 1995 tot vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden voor de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 8 december 1995 (Belgisch Staatsblad van 6 februari 1996), met ingang van 1 januari 1998 één bijkomende betaalde vrije dag toegekend per kalenderjaar aan de arbeiders vanaf 20 jaar anciënniteit in de onderneming.

Koopkracht

Art. 12.Lonen.

De werkelijk betaalde basisuurlonen, (40-urenweek) worden eventueel na indexering, verhoogd met 7 F/uur vanaf 1 juli 1997.

De bestaande minimumuurlonen uitgedrukt in het 40-urenstelsel, worden met hetzelfde bedrag verhoogd en worden vanaf 1 juli 1997 : - Afwerking en verpakking : F 326,30/uur - Productie a) bij de aanwerving : 348,50 F/uur b) na drie maand (referentieloon) : 361,20 F/uur c) gespecialiseerden : 369,55 F/uur - Ploegbazen : 379,80 F/uur Deze bedragen worden gekoppeld aan de evolutie van het indexcijfer der consumptieprijzen, overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 maart 1991, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de koppeling der lonen aan het indexcijfer der consumptieprijzen. Bovenvermelde bedragen stemmen overeen met het spilindexcijfer 120,95 op basis van 1988 = 100.

Premies voor ploegwerk

Art. 13.De bedragen van de premies voor ploegwerk (40-urenweek) blijven behouden, voor de dagploegen op 6,60 pct. van het referentieloon en voor de nachtploegen op 21,85 pct. van het referentieloon, zoals bepaald in artikel 12, tweede lid, hierboven.

Indien de berekening per uur geschiedt, gebeurt deze tot op de derde decimaal en, zoals gebruikelijk voor de afronding, vervalt alles wat na de tweede decimaal komt. Hierdoor worden de ploegvergoedingen uitgedrukt in franken vanaf 1 juli 1997 (40-urenweek) : - morgen- en namiddagploeg : 23,83 F/uur; - nachtploeg : 78,92 F/uur.

Uitzendarbeid

Art. 14.Onverminderd de wettelijke bepalingen terzake, wordt de ondernemingsraad of, bij ontstentenis, de syndicale afvaardiging driemaandelijks ingelicht over de tewerkstelling van uitzendkrachten, beoogd door hoofdstuk II van de wet van 24 juli 1987 betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers, welke in hoofdzaak handarbeid verrichten.

De te verstrekken informatie betreft volgende punten : - het aantal uitzendkrachten per afdeling; - de reden van tewerkstelling; - de opdeling van het aantal uitzendkrachten in de onderneming volgens ononderbroken tewerkstellingsduur in de onderneming volgens het volgende schema : minder dan drie maanden, tussen drie en zes maanden, tussen zes en twaalf maanden, tussen twaalf en achttien maanden, en vanaf achttien maanden en meer.

Bestaande overeenkomsten en sociale vrede

Art. 15.Alle bepalingen van vorige collectieve arbeidsovereenkomsten, die niet eenmalig zijn of die door deze collectieve arbeidsovereenkomst niet gewijzigd of afgeschaft worden, blijven voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst verlengd.

De sociale vrede wordt gewaarborgd voor de ganse duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Geldigheidsduur

Art. 16.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 april 1997 en houdt op van kracht te zijn op 31 maart 1999.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 18 juni 1998.

De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET

^