Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 april 1999
gepubliceerd op 26 mei 1999

Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen, gelegen op het grondgebied van de stad Antwerpen van algemeen nut wordt verklaard

bron
ministerie van verkeer en infrastructuur
numac
1999014135
pub.
26/05/1999
prom.
19/04/1999
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 APRIL 1999. - Koninklijk besluit waarbij de onmiddellijke inbezitneming van sommige percelen, gelegen op het grondgebied van de stad Antwerpen van algemeen nut wordt verklaard


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 23 juli 1926 houdende oprichting van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen inzonderheid op artikel 1bis, vervangen door de wet van 21 maart 1991;

Gelet op de wet van 26 juli 1962 gewijzigd bij de wet van 7 juli 1978 betreffende de onteigeningen ten algemenen nutte en de concessies voor de bouw van de autosnelwegen, inzonderheid op artikel 5;

Gelet op de wet van 21 maart 1991 betreffende de hervorming van sommige economische overheidsbedrijven, inzonderheid op artikel 10, § 2, 2°;

Overwegende dat het HST-project een antwoord biedt op de huidige en verwachte mobiliteitsgroei en een belangrijke schakel vormt in het Europese hogesnelheidsnet;

Overwegende dat de Noordse-Zuidverbinding Antwerpen een essentiële schakel is in het binnenlands net om tot een performante spoorwegexploitatie in de regio Antwerpen te komen;

Overwegende dat de federale Regering op 23 januari 1990 geopteerd heeft voor de integratie van de Noord-Zuidverbinding Antwerpen in het HST-project;

Overwegende dat de inbezitneming van de op het plan nr.

NA/0250/045,6/T1 aangeduide percelen, gelegen op het grondgebied van de stad Antwerpen tussen Antwerpen Dam en het Albertkanaal nodig is voor de verbreding van de spoorbedding en de bouw van nieuwe kunstwerken met het oog op de aanleg van de hogesnelheidslijn ten westen van de bestaande lijn 12;

Overwegende dat de federale Regering op 5 juli 1996 het tienjarenplan 1996-2005 der spoorweginvesteringen heeft goedgekeurd en in dit kader een aangepaste kalender ter verwezenlijking van het HST-project heeft aangenomen;

Overwegende dat de planning voor de realisatie van de Noord-Zuidverbinding gekoppeld is aan internationale afspraken inzake de treindienst;

Overwegende dat ingevolge deze planning de Noord-Zuidverbinding Antwerpen tegen 2005 in gebruik dient te worden genomen;

Overwegende dat wegens de vooropstaande duurtijd van de vereiste werkzaamheden derhalve de onmiddellijke inbezitneming van de bedoelde percelen ten algemene nutte onontbeerlijk is;

Op de voordracht van Onze Minister van Vervoer, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het algemeen nut vordert voor de uitvoering van de werken, kaderend in de Noord-Zuidverbinding Antwerpen de onmiddellijke inbezitneming van de percelen, gelegen op het grondgebied van de stad Antwerpen en opgenomen in het plan nr. NA/0250/045,6/T1, gevoegd bij dit besluit.

Art. 2.Bij gebrek aan afstand in der minne, worden de voor de werken benodigde en op voormeld plan aangewezen percelen ingenomen en bezet overeenkomstig de wet van 26 juli 1962 betreffende de onteigeningen ten algemenen nutte en de concessies voor de bouw van de autosnelwegen, inzonderheid artikel 5.

Art. 3.Onze Minister van Vervoer is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 april 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Vervoer, M. DAERDEN

Bijlage bij het koninklijk besluit van 19 april 1999 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^