Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 19 december 2018
gepubliceerd op 24 januari 2019

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juni 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier, tot instelling van maatregelen ten voordele van de vorming en opleiding van risicogroepen ten laste van het "Sociaal Fonds voor de ondernemingen voor recuperatie van papier"

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2014205429
pub.
24/01/2019
prom.
19/12/2018
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

19 DECEMBER 2018. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juni 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier, tot instelling van maatregelen ten voordele van de vorming en opleiding van risicogroepen ten laste van het "Sociaal Fonds voor de ondernemingen voor recuperatie van papier" (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juni 2009, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier, tot instelling van maatregelen ten voordele van de vorming en opleiding van risicogroepen ten laste van het "Sociaal Fonds voor de ondernemingen voor recuperatie van papier".

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 19 december 2018.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier Collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juni 2009 Instelling van maatregelen ten voordele van de vorming en opleiding van risicogroepen ten laste van het "Sociaal Fonds voor de ondernemingen voor recuperatie van papier" (Overeenkomst geregistreerd op 12 augustus 2009 onder het nummer 93654/CO/142.03) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de terugwinning van papier.

Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden. HOOFDSTUK II. - Principe

Art. 2.De bij artikel 1 bedoelde werkgevers die in de loop van 2009 en/of 2010 initiatieven nemen of genomen hebben die gericht zijn op het laten volgen van een omscholings- of bijscholingsprogramma door : - risicogroepen zoals omschreven in hoofdstuk III, afdeling VI, artikel 105 van de wet van 26 maart 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/03/1999 pub. 01/04/1999 numac 1999012205 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Wet betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen sluiten; - de laaggeschoolde werknemers die geconfronteerd worden met collectief ontslag, herstructurering of de invoering van nieuwe technologieën; kunnen ten laste van het "Sociaal Fonds voor de onderneming voor recuperatie van papier" genieten van een forfaitaire tegemoetkoming.

Art. 3.Onder "risicogroepen" wordt begrepen : 1. de langdurige werkloze : a) de werkloze die, gedurende de zes maanden voorafgaand aan zijn indienstneming, zonder onderbreking werkloosheids- of wachtuitkeringen heeft genoten voor alle dagen van de week;b) de werkzoekende die, gedurende de zes maanden voorafgaand aan zijn indienstneming, uitsluitend deeltijds heeft gewerkt om aan de werkloosheid te ontsnappen en/of als uitzendkracht;2. de laaggeschoolde werkloze : a) de werkzoekende van meer dan 18 jaar die geen houder is van : - ofwel een universitair diploma; - ofwel een diploma of een getuigschrift van het hoger technisch onderwijs van het lange of korte type; - ofwel een getuigschrift van het hoger secundair onderwijs; 3. de gehandicapte werkloze : de werkzoekende die, op het ogenblik van zijn indienstneming bij het Rijksfonds voor sociale reclassering van de mindervaliden is ingeschreven;4. de deeltijds leerplichtige : de werkzoekende van minder dan 18 jaar die nog onder de leerplicht valt en die het secundair onderwijs met volledig leerplan niet meer volgt;5. de herintreder : a) de werkzoekende die tegelijk aan de volgende voorwaarden voldoet : - geen werkloosheidsuitkeringen of loopbaan- onderbrekinguitkering hebben genoten gedurende de periode van drie jaar voorafgaand aan de indiensttreding; - geen beroepsactiviteit hebben uitgeoefend gedurende de periode van drie jaar die zijn indienstneming voorafgaat; - voor de periode van drie jaar, bedoeld in de twee vorige punten, zijn beroepsactiviteit hebben onderbroken, ofwel nooit een dergelijke activiteit begonnen zijn; 6. de werkzoekende die op het ogenblik van zijn indienstneming een bestaansminimum geniet;7. de oudere werkloze : de werkzoekende van 50 jaar en ouder;8. de werkzoekende die een begeleidingsplan heeft gevolgd;9. de laaggeschoolde werknemer die geen houder is van : - ofwel een universitair diploma; - ofwel een diploma of getuigschrift van het hoger technisch onderwijs van het lange of korte type; - ofwel een getuigschrift van het hoger secundair technisch onderwijs; 10. de werknemer met een onaangepaste of een ontoereikende beroepsbekwaamheid : - de werknemer die naar een andere functie moet worden geheroriënteerd; - de werknemer waarvan de beroepsbekwaamheid onaangepast of ontoereikend is geworden tengevolge van de technische evolutie.

Art. 4.Het bedrag van de forfaitaire tegemoetkoming wordt door de raad van bestuur van voormeld fonds vastgesteld naargelang de jaarlijkse budgettaire besteding.

Art. 5.Het totaal van de jaarlijkse besteding zal in ieder geval 0,15 pct. bedragen op de lonen voor de jaren 2009-2010.

Bovenop de hierboven genoemde bijdrage doet de sector een bijkomende inspanning op het vlak van vorming en opleiding.

Deze bijkomende inspanning wordt gerealiseerd door een sectorale bijdrage van 0,15 pct. op de lonen voor de jaren 2009-2010.

Art. 6.Bij brugpensioen zal de vervangingsplicht bij voorrang worden ingevuld met personen behorend tot de risicogroepen, zoals omschreven in artikel 3.

Art. 7.De raad van bestuur van het fonds wordt belast met de uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst en met het toezicht op de aanvragen, de opleidingsprogramma's en de afrekening van de gevraagde financiële tussenkomsten.

Art. 8.De raad van bestuur maakt jaarlijks een evaluatie van de gedane inspanningen die bij het verslag van het fonds aan het paritair subcomité wordt gevoegd. HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 9.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 januari 2009 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2010.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 19 december 2018.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^