Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 20 december 2020
gepubliceerd op 08 februari 2021

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 april 2020, gesloten in het Paritair Subcomité voor de haven van Gent, betreffende de storting voor wat het Gentse havengebied betreft van de bijzondere bijdrage voor de scholing van laaggeschoolde en/of met langdurige werkloosheid bedreigde havenarbeiders

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2020044087
pub.
08/02/2021
prom.
20/12/2020
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

20 DECEMBER 2020. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 april 2020, gesloten in het Paritair Subcomité voor de haven van Gent, betreffende de storting voor wat het Gentse havengebied betreft van de bijzondere bijdrage voor de scholing van laaggeschoolde en/of met langdurige werkloosheid bedreigde havenarbeiders (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de haven van Gent;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 23 april 2020, gesloten in het Paritair Subcomité voor de haven van Gent, betreffende de storting voor wat het Gentse havengebied betreft van de bijzondere bijdrage voor de scholing van laaggeschoolde en/of met langdurige werkloosheid bedreigde havenarbeiders.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 20 december 2020.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Paritair Subcomité voor de haven van Gent Collectieve arbeidsovereenkomst van 23 april 2020 Storting voor wat het Gentse havengebied betreft van de bijzondere bijdrage voor de scholing van laaggeschoolde en/of met langdurige werkloosheid bedreigde havenarbeiders (Overeenkomst geregistreerd op 25 mei 2020 onder het nummer 158571/CO/301.02)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werknemers die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de haven van Gent.

De artikelen 2, 3 en 4 werden gesloten in toepassing van onderafdeling 1 - "Inspanningen ten voordele van de werklozen", van afdeling VI, hoofdstuk III van de wet van 26 maart 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/03/1999 pub. 01/04/1999 numac 1999012205 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Wet betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen sluiten betreffende het Belgische actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen.

Art. 2.De bijzondere bijdrage van 0,10 pct. in 2019 en 2020 bestemd voor integratie van personen uit risicogroepen, berekend op het volledige loon van de werknemer, wordt geïnd door het "Fonds voor bestaanszekerheid voor de haven van Gent". Dit fonds voor bestaanszekerheid, zoals bedoeld bij de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, zal de ontvangen gelden boeken op een afzonderlijke rekening.

Art. 3.Het fonds voor bestaanszekerheid zal de aldus beschikbare gelden aanwenden om jongere en oudere havenarbeiders met plaatsingsmoeilijkheden opnieuw te integreren in het havengebeuren.

Rekening houdende met de evolutie van het technologisch gebeuren in de haven en de noodzaak om van laaggeschoolde arbeiders naar meer technisch gevormde en onderlegde arbeiders over te stappen, zullen de "laaggeschoolde" en/of "met langdurige volledige werkloosheid" bedreigde havenarbeiders een aangepaste scholing ontvangen.

Dit zal onder meer geschieden door het verzekeren van een opleiding en/of bijscholing tot bediener van mechanische tuigen en andere technische taken binnen het havenbedrijf.

Tevens wordt rekening gehouden met het koninklijk besluit van 19 februari 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/02/2013 pub. 08/04/2013 numac 2013200746 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 189, vierde lid, van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (1) type koninklijk besluit prom. 19/02/2013 pub. 08/04/2013 numac 2013200932 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot uitvoering van de artikelen 189, tweede lid, en 194 van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen (1) sluiten tot uitvoering van artikel 189, lid 4 van de wet van 27 december 2006 houdende diverse bepalingen.

Art. 4.Het fonds voor bestaanszekerheid zal 0,05 pct. van de inspanning voorbehouden aan één of meerdere van de volgende risicogroepen : 1° de werknemers van minstens 50 jaar oud die in de sector werken;2° de niet-werkenden en de personen die sinds minder dan een jaar werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding;3° de jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden. Van voornoemde inspanning zal minstens de helft besteed worden aan initiatieven ten gunste van niet-werkende jongeren onder de 26 jaar die een opleiding volgen of een verminderde arbeidsgeschiktheid hebben.

Art. 5.Het fonds voor bestaanszekerheid houdt alle nodige documenten ter beschikking met het oog op het toezicht.

Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang vanaf 1 januari 2019 en geldt voor de jaren 2019 en 2020.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 20 december 2020.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE

^