Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 20 november 2003
gepubliceerd op 17 december 2003

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 november 1992 betreffende de verwerking van persoonsgegevens inzake consumentenkrediet en van het koninklijk besluit van 22 april 1999 tot regeling van de registratie van de berichten van collectieve schuldenregeling door de Nationale Bank van België en van hun raadpleging door de personen bedoeld in artikel 19, § 2, van de wet van 5 juli 1998 betreffende de collectieve schuldenregeling en de mogelijkheid van verkoop uit de hand van de in beslag genomen onroerende goederen

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2003011573
pub.
17/12/2003
prom.
20/11/2003
ELI
eli/besluit/2003/11/20/2003011573/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

20 NOVEMBER 2003. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 november 1992 betreffende de verwerking van persoonsgegevens inzake consumentenkrediet en van het koninklijk besluit van 22 april 1999 tot regeling van de registratie van de berichten van collectieve schuldenregeling door de Nationale Bank van België en van hun raadpleging door de personen bedoeld in artikel 19, § 2, van de wet van 5 juli 1998 betreffende de collectieve schuldenregeling en de mogelijkheid van verkoop uit de hand van de in beslag genomen onroerende goederen


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet, inzonderheid op de artikelen 69 en 70, gewijzigd bij de wetten van 6 juli 1992, 8 december 1992, 5 juli 1998, 11 december 1998 en 10 augustus 2001;

Gelet op de wet van 5 juli 1998 betreffende de collectieve schuldenregeling en de mogelijkheid van verkoop uit de hand van de in beslag genomen onroerende goederen, inzonderheid op artikel 19;

Gelet op het koninklijk besluit van 20 november 1992 betreffende de verwerking van persoonsgegevens inzake consumentenkrediet;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 april 1999 tot regeling van de registratie van de berichten van collectieve schuldenregeling door de Nationale Bank van België en van hun raadpleging door de personen bedoeld in artikel 19, § 2, van de wet van 5 juli 1998 betreffende de collectieve schuldenregeling en de mogelijkheid van verkoop uit de hand van de in beslag genomen onroerende goederen;

Gelet op het advies van de Nationale Bank van België, gegeven op 27 januari 2003;

Gelet op het advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, gegeven op 10 februari 2003;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 6 maart 2003;

Gelet op het verzoek om spoedbehandeling gemotiveerd door de noodzaak om sommige bepalingen van de voornoemde koninklijke besluiten van 20 november 1992 en 22 april 1999 af te stemmen op het koninklijk besluit van 7 juli 2002 tot regeling van de Centrale voor Kredieten aan Particulieren dat in voege treedt op 1 juni 2003. Overwegende dat deze harmonisatie voornamelijk beoogt iedere discriminatie te vermijden bij de verwerking en bewaring van persoonsgegevens ongeacht of zij geregistreerd worden in de Centrale voor Kredieten aan Particulieren of in private bestanden. Overwegende dat het hier om gevoelige gegevens gaat die voortvloeien uit wanbetalingen inzake consumentenkrediet of inzake berichten van collectieve schuldenregeling en die rechtstreeks de bescherming van de persoonlijke levenssfeer raken. Overwegende dat het derhalve aangewezen is om al deze bepalingen op elkaar af te stemmen en de datum van inwerkingtreding van dit besluit te laten samenvallen met die van het voornoemd koninklijk besluit van 7 juli 2002, dus op 1 juni 2003;

Gelet op advies 35.205/1 van de Raad van State, gegeven op 3 april 2003, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Economie, van Onze Minister van Justitie en van Onze Minister van Financiën en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 20 november 1992 betreffende de verwerking van persoonsgegevens inzake consumentenkrediet

Artikel 1.Artikel 1 van het koninklijk besluit van 20 november 1992 betreffende de verwerking van persoonsgegevens inzake consumentenkrediet wordt vervangen als volgt : « Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit, moet worden verstaan onder : 1° de wet : de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet;2° regularisatie : de toestand van de kredietovereenkomst waarbij : a) ofwel de voorwaarden van het gebruik, van de aflossing, of de terugbetaling van het krediet opnieuw worden geëerbiedigd;b) ofwel een bedrag is terugbetaald dat overeenstemt met het verschuldigd blijvend saldo, vermeerderd met het bedrag van de vervallen en niet-betaalde totale kosten van het krediet en, in voorkomend geval, het bedrag van de nalatigheidsintrest, de straffen, de schadevergoedingen en de kosten;c) ofwel de kredietgever niet overgaat tot de uitvoering van maatregelen ter invordering van het opeisbaar gestelde krediet en aanvaardt dat de consument, die zijn betalingsachterstand heeft aangezuiverd, opnieuw het krediet volgens de oorspronkelijk overeengekomen modaliteiten terugbetaalt;d) ofwel de verbintenissen van de consument zijn tenietgegaan.»

Art. 2.Artikel 2, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 2.§ 1. Onder gegevens betreffende de identiteit van de consument, bedoeld in artikel 69, § 3, van de wet, moet worden verstaan : 1° de naam, de eerste officiële voornaam en het geslacht;2° de geboortedatum, uitgedrukt door het nummer van de dag, van de maand en van het jaar;3° de woonplaats of, wanneer deze onbestaand of ongekend is, de verblijfplaats bepaald door de naam van de straat, het nummer van het gebouw en desgevallend het busnummer, de naam van de plaats evenals de postcode. § 2. De naam, eerste officiële voornaam en geboortedatum van de consument moeten overeenstemmen, naargelang het geval, met de gegevens vermeld op : a) de identiteitskaart bedoeld in artikel 6 van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters en de identiteitskaarten en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de natuurlijke personen;b) de verblijfsvergunning uitgereikt op het tijdstip van de inschrijving in het wachtregister bedoeld in artikel 1, eerste lid, 2°, van de hierboven vermelde wet van 19 juli 1991;c) de identiteitskaart, het paspoort of de vervangende reisvergunning, uitgereikt aan een vreemdeling die geen verblijf houdt in het Rijk, door de Staat waar hij verblijft of waarvan hij onderdaan is.»

Art. 3.In artikel 3, § 2, c), van hetzelfde besluit worden de woorden « of het registratienummer » ingevoegd tussen de woorden « erkennings-nummer » en « bij ».

Art. 4.In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in 2° a), worden de woorden « verzocht of, » vervangen door het woord « verzocht.»; 2° het 2° b), wordt opgeheven.

Art. 5.In artikel 5 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 3 wordt vervangen als volgt : « § 3.De bewaartermijnen van de gegevens betreffende de betalingsachterstanden zijn de volgende : 1° twaalf maanden vanaf de datum van regularisatie van de kredietovereenkomst;2° maximaal tien jaar vanaf de datum van de eerste registratie van een wanbetaling ongeacht of de kredietovereenkomst al dan niet werd geregulariseerd. Bij het verstrijken van deze termijnen, worden deze gegevens verwijderd. »; 2° § 4 wordt opgeheven.

Art. 6.In artikel 7 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in § 1, worden de woorden « van zijn identiteitskaart » vervangen door de woorden « van zijn identiteitsdocument zoals bedoeld in artikel 2, § 2 »;2° in § 3, worden de woorden « persoonlijk worden uitgeoefend » vervangen door de woorden « ofwel persoonlijk worden uitgeoefend, ofwel door een advocaat, een ministerieel ambtenaar of een gerechtelijk mandataris, in het raam van de uitvoering van de kredietovereenkomst ».

Art. 7.Artikel 9, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «

Art. 9.De verantwoordelijke voor de verwerking is ertoe gehouden deze verbetering mede te delen aan de personen die inlichtingen van hem hebben verkregen en die de geregistreerde persoon aanduidt. » HOOFDSTUK II. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 22 april 1999 tot regeling van de registratie van de berichten van collectieve schuldenregeling door de Nationale Bank van België en van hun raadpleging door de personen bedoeld in artikel 19, § 2, van de wet van 5 juli 1998 betreffende de collectieve schuldenregeling en de mogelijkheid van verkoop uit de hand van de in beslag genomen onroerende goederen

Art. 8.In artikel 1, 1°, van het koninklijk besluit van 22 april 1999 tot regeling van de registratie van de berichten van collectieve schuldenregeling door de Nationale Bank van België en van hun raadpleging door de personen bedoeld in artikel 19, § 2, van de wet van 5 juli 1998 betreffende de collectieve schuldenregeling en de mogelijkheid van verkoop uit de hand van de in beslag genomen onroerende goederen, worden de woorden « centrale gegevensbank bedoeld in artikel 71 van de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet » vervangen door de woorden « Centrale bepaald door de wet van 10 augustus 2001 betreffende de Centrale voor Kredieten aan Particulieren ».

Art. 9.In artikel 4, § 1, van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° het eerste streepje wordt vervangen als volgt : « - uiterlijk twintig dagen voorafgaand aan het sluiten van de kredietovereenkomst bedoeld door de wet van 12 juni 1991 op het consumentenkrediet;»; 2° het derde streepje wordt vervangen als volgt : « - uiterlijk vijftien dagen voorafgaand aan het overhandigen van het hypothecaire kredietaanbod.Deze raadpleging blijft geldig gedurende vier maanden. Indien de hypothecaire kredietovereenkomst niet werd gesloten binnen vier maanden na deze raadpleging moet de kredietgever een nieuwe raadpleging verrichten. »

Art. 10.In artikel 5, 1°, van hetzelfde besluit, worden de woorden « twee jaar » vervangen door de woorden « twaalf maanden ». HOOFDSTUK III. - Slotbepalingen

Art. 11.Dit besluit heeft uitwerking met ingang op 1 juni 2003.

Art. 12.Onze minister bevoegd voor Justitie, Onze Minister bevoegd voor Financiën en Onze Minister bevoegd voor Economie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 20 november 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Economie, Mevr. F. MOERMAN De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Financiën, D. REYNDERS

^