Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 21 december 2013
gepubliceerd op 30 december 2013

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 17 juli 2012 betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2013003431
pub.
30/12/2013
prom.
21/12/2013
ELI
eli/besluit/2013/12/21/2013003431/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

21 DECEMBER 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 17 juli 2012Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/07/2012 pub. 01/08/2012 numac 2012003211 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België


VERSLAG AAN DE KONING Sire, De regels volgens dewelke de Nationale Bank van België (hierna : de Bank) haar werkingskosten die betrekking hebben op het toezicht op financiële instellingen ten laste legt van die instellingen, worden vastgelegd in het koninklijk besluit van 17 juli 2012Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/07/2012 pub. 01/08/2012 numac 2012003211 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België.

Artikel 13 van voormeld koninklijk besluit bepaalt de verschuldigde bijdragen in hoofde van de verrekeningsinstellingen en de vereffeningsinstellingen en artikel 14 de verschuldigde bijdragen in hoofde van de betalingsinstellingen.

De bedoeling van het besluit dat U ter ondertekening wordt voorgelegd, is tweeledig.

Ten eerste strekken de nieuwe paragrafen 1 en 2 van artikel 13 ertoe de verrekeningsinstellingen en de vereffeningsinstellingen aan een uniforme regeling te onderwerpen. Voortaan is elke instelling onder toezicht een forfaitaire bijdrage van 200.000 EUR verschuldigd aan de Bank tenzij die instelling aan de Bank een bijdrage van minstens 200.000 EUR betaalt in haar hoedanigheid van kredietinstelling.

Ten tweede strekt het nieuwe artikel 14 ertoe de betalingsinstellingen en instellingen voor elektronisch geld aan een uniforme regeling te onderwerpen. De noodzaak tot het uitwerken van een dergelijke uniforme regeling vloeit voort uit de wet van 27 november 2012Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/11/2012 pub. 30/11/2012 numac 2012003357 bron federale overheidsdienst financien en federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot wijziging van de wet van 21 december 2009 betreffende het statuut van de betalingsinstellingen, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en de toegang tot betalingssystemen, en van andere wetgeving die betrekking heeft op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld en van de kredietverenigingen uit het net van het Beroepskrediet sluiten, tot wijziging van de wet van 21 december 2009Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2009 pub. 19/01/2010 numac 2009003476 bron federale overheidsdienst financien Wet betreffende het statuut van de betalingsinstellingen, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en de toegang tot betalingssystemen sluiten betreffende het statuut van de betalingsinstellingen, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en de toegang tot betalingssystemen, en van andere wetgeving die betrekking heeft op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld en van de kredietverenigingen uit het net van het Beroepskrediet, die het statuut van instellingen voor elektronisch geld heeft herzien.

In antwoord op de opmerking van de Raad van State dat voorliggend koninklijk besluit ter advies moet worden voorgelegd aan de Europese Centrale Bank wordt opgemerkt dat het niet raadzaam wordt geacht om ontwerpen van regelgevende bepalingen die een beperkte wijziging aanbrengen aan een koninklijk besluit tot uitvoering van een wet voor te leggen aan de ECB wanneer zowel het koninklijk besluit in kwestie als de wettelijke basis reeds positief door de ECB werden beoordeeld (zie CON/2012/35 en CON/2011/5). Het overmatig consulteren van de ECB overbelast de administraties van de Belgische overheid en van de ECB en dreigt bovendien de effectiviteit van de Europese consultatieprocedure uit te hollen.

Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer trouwe dienaar, De Minister van Financiën, K. GEENS

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving Advies 54.560/2 van 9 december 2013 over een ontwerp van koninklijk besluit `tot wijziging van het koninklijk besluit van 17 juli 2012Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/07/2012 pub. 01/08/2012 numac 2012003211 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België'.

Op 22 november 2013 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Minister van Financiën verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot wijziging van het koninklijk besluit van 17 juli 2012Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/07/2012 pub. 01/08/2012 numac 2012003211 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België'.

Het ontwerp is door de tweede kamer onderzocht op 9 december 2013.

De kamer was samengesteld uit Yves Kreins, kamervoorzitter, Pierre Vandernoot en Martine Baguet, staatsraden, Christian Behrendt en Jacques Englebert, assessoren, en Anne-Catherine Van Geersdaele, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Jean-Luc Paquet, eerste auditeur.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 9 december 2013.

Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, zoals het vervangen is bij de wet van 2 april 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 02/04/2003 pub. 14/05/2003 numac 2003000376 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van sommige aspecten van de wetgeving met betrekking tot de inrichting en de werkwijze van de afdeling wetgeving van de Raad van State type wet prom. 02/04/2003 pub. 16/04/2003 numac 2003000298 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 4 juli 1989 betreffende de beperking en de controle van de verkiezingsuitgaven voor de verkiezingen van de federale Kamers, de financiering en de open boekhouding van de politieke partijen, en van het Kieswetboek type wet prom. 02/04/2003 pub. 02/05/2003 numac 2003000309 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet tot wijziging van de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle en tot regeling van de overdracht van sommige personeelsleden van de Dienst Veiligheid van de Staat op het gebied van de kernenergie sluiten, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voormelde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.

Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.

Voorafgaande vormvereisten In de inleiding van haar advies van 10 mei 2012 'inzake werkingskosten verband houdend met toezicht' (CON.2012/35) over het ontwerp dat het koninlijk besluit van 17 juli 2012 'betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België' is geworden en waarvan voorliggend ontwerp de wijziging beoogt, verklaart de Europese Centrale Bank, in verband met de indiening van het verzoek en de rechtsgrondslag ervan het volgende : "Op 23 maart 2012 ontving de Europese Centrale Bank (ECB) een verzoek van de Nationale Bank van België (BBB), handelend namens de Belgische Minister van Financiën, om een Advies betreffende een ontwerp van koninklijk besluit betreffende de werkingskosten van de Nationale Bank van België in verband met toezicht op financiële instellingen, ter uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België (hierna : het 'ontwerp van koninklijk besluit').

De adviesbevoegdheid van de ECB is gebaseerd op artikel 127, lid 4 en artikel 282, lid 5 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie (VWEU) en het derde streepje van artikel 2, lid 1 van Beschikking 98/415/EG van de Raad van 29 juni 1998 betreffende de raadpleging van de Europese Centrale Bank door de nationale autoriteiten over ontwerpen van wettelijke bepalingen, aangezien het ontwerp KB bepalingen betreffende de NBB omvat." Het voormelde derde streepje van artikel 2, lid 1, van de beschikking 98/415/EG van 29 juni 1998 bepaald het volgende : "De autoriteiten van de lidstaten raadplegen de ECB over elk ontwerp van wettelijke bepaling op de gebieden die krachtens het Verdrag onder de bevoegdheid van de ECB vallen, met name : (...) centrale banken".

Net zoals over het besluit van 17 juli 2012, waarvan het voorliggende ontwerp de wijziging beoogt, moet de Europese Centrale Bank over dit ontwerp worden geraadpleegd en dient in de aanhef naar haar advies te worden verwezen.

De griffier Anne-Catherine Van Geersdaele De voorzitter Yves Kreins

21 DECEMBER 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 17 juli 2012Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/07/2012 pub. 01/08/2012 numac 2012003211 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, artikel 12bis, § 4, ingevoegd bij artikel 187 van het koninklijk besluit van 3 maart 2011 betreffende de evolutie van de toezichtsarchitectuur voor de financiële sector;

Gelet op het koninklijk besluit van 17 juli 2012Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/07/2012 pub. 01/08/2012 numac 2012003211 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België;

Gelet op advies 54.560/2 van de Raad van State, gegeven op 9 december 2013, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 13 van het koninklijk besluit van 17 juli 2012Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 17/07/2012 pub. 01/08/2012 numac 2012003211 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998 tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten betreffende de dekking van de werkingskosten van de Nationale Bank van België verbonden aan het toezicht op financiële instellingen, tot uitvoering van artikel 12bis, § 4, van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, worden paragrafen 1 en 2, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 1 oktober 2012, vervangen als volgt : " § 1. De Belgische verrekeningsinstellingen en de in België gevestigde bijkantoren van buitenlandse verrekeningsinstellingen die op 1 januari over een vergunning beschikken krachtens artikel 36/25, § 2, van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, betalen jaarlijks een bijdrage van 200.000 EUR. De in België gevestigde bijkantoren van buitenlandse kredietinstellingen, die voor hun diensten als verrekeningsinstelling op 1 januari onderworpen zijn aan het toezicht bedoeld in artikel 36/25 van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, betalen jaarlijks een bijdrage van 200.000 EUR. De niet in België gevestigde buitenlandse verrekeningsinstellingen, die voor hun diensten als verrekeningsinstelling op 1 januari onderworpen zijn aan het toezicht bedoeld in artikel 36/25 van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, betalen jaarlijks een bijdrage van 200.000 EUR. Geen bijdrage is verschuldigd indien de betrokken instelling een bijdrage aan de Bank betaalt voor een bijkantoor in België.

De in deze paragraaf vastgestelde bijdrage is niet verschuldigd door de in deze paragraaf bedoelde instellingen die een bijdrage van minstens 200.000 EUR aan de Bank zijn verschuldigd op basis van hoofdstuk III van dit besluit. § 2. De Belgische vereffeningsinstellingen en de in België gevestigde bijkantoren van buitenlandse vereffeningsinstellingen die voor hun diensten als vereffeningsinstelling op 1 januari onderworpen zijn aan het toezicht bedoeld in artikel 36/26 van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, betalen jaarlijks een bijdrage van 200.000 EUR. De niet in het eerste lid bedoelde in België gevestigde instellingen, die op 1 januari aan het toezicht bedoeld in artikel 36/26 van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België, zijn onderworpen, betalen jaarlijks een bijdrage van 200.000 EUR. De overeenkomstig artikel 36/26, § 7, van de wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België met vereffeningsinstellingen gelijkgestelde instellingen die voor hun diensten als vereffeningsinstelling op 1 januari onderworpen zijn aan het toezicht bedoeld in artikel 36/26 van voormelde wet van 22 februari 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/02/1998 pub. 28/03/1998 numac 1998003158 bron ministerie van financien Wet tot vaststelling van het organiek statuut van de Nationale Bank van België sluiten, betalen jaarlijks een bijdrage van 200.000 EUR. De in deze paragraaf vastgestelde bijdrage is niet verschuldigd door de in deze paragraaf bedoelde instellingen die een bijdrage van minstens 200.000 EUR aan de Bank zijn verschuldigd op basis van hoofdstuk III van dit besluit."

Art. 2.Artikel 14 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : " § 1. De op 1 januari in België gevestigde betalingsinstellingen en instellingen voor elektronisch geld naar Belgisch recht bedoeld in respectievelijk artikel 9 en artikel 64 van de wet van 21 december 2009Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2009 pub. 19/01/2010 numac 2009003476 bron federale overheidsdienst financien Wet betreffende het statuut van de betalingsinstellingen, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en de toegang tot betalingssystemen sluiten op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en tot de activiteit van uitgifte van elektronisch geld en de toegang tot betalingssystemen, betalen jaarlijks een bijdrage van 2.500 EUR. Deze bijdrage wordt verhoogd tot 10.000 EUR voor de in het eerste lid bedoelde betalingsinstellingen en instellingen voor elektronisch geld met een eigen vermogen van meer dan 1 miljoen EUR, tot 15.000 EUR voor de in het eerste lid bedoelde betalingsinstellingen en instellingen voor elektronisch geld met een eigen vermogen van meer dan 5 miljoen EUR en tot 25.000 EUR voor de in het eerste lid bedoelde betalingsinstellingen en instellingen voor elektronisch geld met een eigen vermogen van meer dan 10 miljoen EUR. Het in aanmerking genomen eigen vermogen is het eigen vermogen op 31 december van het voorafgaande jaar, berekend, voor betalingsinstellingen, overeenkomstig artikel 6 van het reglement van de CBFA van 19 januari 2010 op het eigen vermogen van de betalingsinstellingen en, voor instellingen voor elektronisch geld, overeenkomst artikel 5 van het reglement van de NBB van 18 juni 2013 op het eigen vermogen van de instellingen voor elektronisch geld en de belegging van de geldmiddelen die in ruil voor het uitgegeven elektronisch geld worden ontvangen.

De op 1 januari in België gevestigde betalingsinstellingen en instellingen voor elektronisch geld die geheel of gedeeltelijk zijn vrijgesteld op basis van respectievelijk artikel 48 en artikel 105 van de wet van 21 december 2009Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2009 pub. 19/01/2010 numac 2009003476 bron federale overheidsdienst financien Wet betreffende het statuut van de betalingsinstellingen, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en de toegang tot betalingssystemen sluiten op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en tot de activiteit van uitgifte van elektronisch geld en de toegang tot betalingssystemen, betalen jaarlijks een bijdrage van 1.500 EUR. De op 1 januari in België gevestigde bijkantoren van betalingsinstellingen en instellingen voor elektronisch geld die ressorteren onder een andere lidstaat van de EER bedoeld in respectievelijk artikel 39 en artikel 91 van de wet van 21 december 2009Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2009 pub. 19/01/2010 numac 2009003476 bron federale overheidsdienst financien Wet betreffende het statuut van de betalingsinstellingen, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en de toegang tot betalingssystemen sluiten op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en tot de activiteit van uitgifte van elektronisch geld en de toegang tot betalingssystemen, betalen jaarlijks een bijdrage van 2.500 EUR. § 2. De Bank stelt de instellingen bedoeld in § 1 jaarlijks uiterlijk op 1 september in kennis van het bedrag dat zij overeenkomstig die paragraaf verschuldigd zijn. De instellingen in kwestie betalen deze bijdragen ten laatste op 30 september van hetzelfde jaar. § 3. De instellingen die een aanvraag doen in de zin van artikel 7 van de wet van 21 december 2009Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2009 pub. 19/01/2010 numac 2009003476 bron federale overheidsdienst financien Wet betreffende het statuut van de betalingsinstellingen, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en de toegang tot betalingssystemen sluiten op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en tot de activiteit van uitgifte van elektronisch geld en de toegang tot betalingssystemen, betalen naar aanleiding van die aanvraag een bijdrage van 1.500 EUR. Wanneer de Bank een vergunning verleent in de zin van artikel 8 van voormelde wet van 21 december 2009Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2009 pub. 19/01/2010 numac 2009003476 bron federale overheidsdienst financien Wet betreffende het statuut van de betalingsinstellingen, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en de toegang tot betalingssystemen sluiten, vordert zij naar aanleiding van die vergunning een bijdrage van 1.500 EUR per betalingsdienst waarvoor een vergunning is verleend, zonder dat het bedrag van 4.500 EUR mag worden overschreden.

De instellingen die een aanvraag doen in de zin van artikel 62 van de wet van 21 december 2009Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2009 pub. 19/01/2010 numac 2009003476 bron federale overheidsdienst financien Wet betreffende het statuut van de betalingsinstellingen, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en de toegang tot betalingssystemen sluiten op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en tot de activiteit van uitgifte van elektronisch geld en de toegang tot betalingssystemen, betalen naar aanleiding van die aanvraag een bijdrage van 1.500 EUR. Wanneer de Bank een vergunning verleent in de zin van artikel 63 van voormelde wet van 21 december 2009Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2009 pub. 19/01/2010 numac 2009003476 bron federale overheidsdienst financien Wet betreffende het statuut van de betalingsinstellingen, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en de toegang tot betalingssystemen sluiten, vordert zij naar aanleiding van die vergunning een bijdrage van 1.500 EUR per voorgenomen betalingsdienst, zonder dat het bedrag van 4.500 EUR mag worden overschreden.

De instellingen die van de Bank een kennisgeving ontvangen in de zin van artikel 39 of artikel 91 van de wet van 21 december 2009Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/2009 pub. 19/01/2010 numac 2009003476 bron federale overheidsdienst financien Wet betreffende het statuut van de betalingsinstellingen, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en de toegang tot betalingssystemen sluiten op het statuut van de betalingsinstellingen en van de instellingen voor elektronisch geld, de toegang tot het bedrijf van betalingsdienstaanbieder en tot de activiteit van uitgifte van elektronisch geld en de toegang tot betalingssystemen, betalen naar aanleiding van die kennisgeving een bijdrage van 1.500 EUR. De krachtens deze paragraaf verschuldigde bijdragen worden betaald binnen een termijn van één maand na het verzoek tot betaling door de Bank."

Art. 3.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 4.De minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 21 december 2013.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Financiën, K. GEENS

^