Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 21 februari 2010
gepubliceerd op 14 april 2010

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juni 2009, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, betreffende de syndicale vorming in de subsector voor verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2010200457
pub.
14/04/2010
prom.
21/02/2010
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

21 FEBRUARI 2010. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juni 2009, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, betreffende de syndicale vorming in de subsector voor verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juni 2009, gesloten in het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, betreffende de syndicale vorming in de subsector voor verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 21 februari 2010.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 juni 2009 Syndicale vorming in de subsector voor verhuisondernemingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten (Overeenkomst geregistreerd op 17 september 2009 onder het nummer 94386/CO/140) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die ressorteren onder het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek behoren tot de subsector voor de verhuisondernemingen, de meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten alsook op hun werklieden. § 2. Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt bedoeld onder : "verhuizing" : elke overbrenging van installaties van de ene plaats naar de andere, onder meer : privé, kantoren, magazijnen, werkplaatsen, beurzen, fabrieken, tentoonstellingen, enz... met inbegrip van alle begeleidende werkzaamheden, zoals inpak, uitpak, monteren, demonteren zonder dat deze opsomming limitatief is; "meubelbewaring" : de opslagplaatsen voor meubelen en andere voorwerpen die dezelfde of gelijkaardige speciale bewaringsinstallaties vergen; "aanverwante activiteiten" : elk goederenvervoer dat het gebruik vereist van voertuigen die speciaal uitgerust zijn zoals voor het vervoer van meubelen en om de beschadiging tijdens het vervoer te voorkomen van diverse goederen zoals nieuwe meubelen, kunstvoorwerpen, elektrische huishoudapparaten, archieven, enz...; "voertuigen speciaal uitgerust voor het vervoer van meubelen" : elk voertuig met vast of beweegbaar koetswerk, niet buigzaam, waterdicht, binnenin voorzien van vastsnoeringsmateriaal, van een stuwinrichting, behoorlijk gebouwd voor het vervoer van verhuizingen en uitgerust met klein stuw- en beschermingsmaterieel, zoals dekens, kisten, elk ander soortgelijk materieel, enz... § 3. Onder "werklieden" wordt bedoeld : de werklieden en werksters. HOOFDSTUK II. - Sociaal fonds

Art. 2.Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt bedoeld onder "sociaal fonds" : het "Sociaal Fonds voor de ondernemingen van verhuizingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten" opgericht bij collectieve arbeidsovereenkomst van 23 december 1970 tot oprichting van een fonds van bestaanszekerheid, genaamd "Sociaal Fonds voor de ondernemingen van verhuizingen, meubelbewaring en hun aanverwante activiteiten" en tot vaststelling van zijn statuten, algemeen bindend verklaard bij koninklijk besluit van 24 juni 1971 (Belgisch Staatsblad van 25 augustus 1971), gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 april 1978, algemeen bindend verklaard bij koninklijk besluit van 19 juli 1978 (Belgisch Staatsblad van 14 september 1978), gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst van 25 januari 1985, algemeen bindend verklaard bij koninklijk besluit van 22 april 1985 (Belgisch Staatsblad van 30 mei 1985), gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst 21 maart 2001, algemeen bindend verklaard bij koninklijk besluit van 25 april 2002 (Belgisch Staatsblad van 2 augustus 2002) en gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst 26 november 2003, algemeen bindend verklaard bij koninklijk besluit van 15 juli 2004 (Belgisch Staatsblad van 20 augustus 2004). HOOFDSTUK III. - Syndicale vorming

Art. 3.Elk effectief en plaatsvervangend lid van de ondernemingsraden, van de comités voor preventie en bescherming op het werk en van de vakbondsafvaardigingen heeft in principe jaarlijks per mandaat recht op twee dagen door zijn werkgever betaalde afwezigheid, om deel te nemen aan de vormingscursussen die worden ingericht door de vakbonden.

Het aantal dagen afwezigheid voor syndicale vorming, waarop de effectieve en plaatsvervangende leden van de ondernemingsraden, van de comités voor preventie en bescherming op het werk en van de vakbondsafvaardigingen per mandaat recht hebben, wordt getotaliseerd op sectorniveau en dit per syndicale organisatie. In functie van dit getotaliseerd aantal kunnen bijkomende dagen toegekend worden aan effectieve en plaatsvervangen- de leden, die nood hebben aan meer dan twee dagen syndicale vorming per mandaat. Dit tot uitputting van het getotaliseerde aantal afwezigheidsdagen voor syndicale vorming per organisatie.

Art. 4.De aanvragen zullen door de vakorganisatie worden ingediend bij de werkgever, tenminste twee weken vóór het begin van de geplande afwezigheid.

Art. 5.Het loon per dag gevolgde syndicale vorming wordt als volgt bepaald : - voor de voltijds tewerkgestelde werklieden : zeven of acht uren arbeidstijd afhankelijk van de voorziene uurrooster; - voor de deeltijds tewerkgestelde werklieden gebeurt de berekening van het loon per dag gevolgde syndicale vorming op dezelfde wijze als voor de voltijdse werklieden, maar proportioneel aan de wekelijkse duur van hun arbeidsprestaties.

Art. 6.De werkgevers kunnen de loonkosten van hun werknemers die afwezig zijn wegens syndicale vorming, terugvorderen bij het sociaal fonds.

De praktische modaliteiten voor de uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst, zullen uitgewerkt worden door de raad van beheer van het sociaal fonds van de sector. HOOFDSTUK VI. - Geldigheidsduur

Art. 7.§ 1. Deze arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2009 en is gesloten voor onbepaalde duur. § 2. Zij kan door elk van de contracterende partijen worden opgezegd.

Deze opzegging moet minstens drie maanden op voorhand geschieden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het vervoer en de logistiek, die zonder verwijl de betrokken partijen in kennis zal stellen. De termijn van drie maanden begint te lopen vanaf de datum van verzending van bovengenoemde aangetekende brief.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 21 februari 2010.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET

^