Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 21 januari 2013
gepubliceerd op 06 mei 2013

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 november 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2013200060
pub.
06/05/2013
prom.
21/01/2013
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

21 JANUARI 2013. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 november 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 8 november 2011, gesloten in het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap, betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 21 januari 2013.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap Collectieve arbeidsovereenkomst van 8 november 2011 Statuut van de syndicale afvaardiging (Overeenkomst geregistreerd op 22 december 2011 onder het nummer 107538/CO/327.01) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied en algemene bepalingen

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers van de beschutte werkplaatsen die erkend zijn door het "Vlaams subsidieagentschap voor Werk en Sociale Economie" die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap.

Art. 2.De ondertekenende organisaties bevestigen navolgende beginselen : De werknemers erkennen de noodzakelijkheid van een wettig gezag van de ondernemingshoofden en zij maken er een erepunt van hun werk plichtsgetrouw uit te voeren.

De werkgevers eerbiedigen de waardigheid der werknemers en zij maken ervan een erepunt hen met rechtvaardigheid te behandelen. Zij verbinden zich ertoe hun vrijheid van vereniging en de vrije ontplooiing van hun organisatie in de onderneming direct noch indirect te hinderen, in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

De ondertekenende werkgeversorganisaties verbinden zich ertoe aan hun aangeslotenen aan te bevelen op het personeel geen enkele druk uit te oefenen om hen te beletten bij een vakbond aan te sluiten en aan de niet-aangesloten werknemers geen andere voorrechten dan aan de aangesloten werknemers toe te kennen.

De ondertekenende werknemersorganisaties verbinden zich ertoe, onder eerbiediging van de vrijheid van vereniging, aan hun organisaties, waaruit zij zijn samengesteld, aan te bevelen in de ondernemingen de praktijken van paritaire verhoudingen, die met de geest van deze overeenkomst stroken, na te leven.

De ondertekenende organisaties verbinden zich ertoe aan hun aangesloten leden aan te bevelen : - respectievelijk de ondernemingshoofden en de syndicale afgevaardigden te verzoeken in alle omstandigheden blijk te geven van zin voor rechtvaardigheid, billijkheid en verzoening die bepalend zijn voor de goede sociale verhoudingen in de onderneming; - er over te waken dat dezelfde personen de sociale wetgeving, de collectieve arbeidsovereenkomsten en het arbeidsreglement naleven en hun inspanningen bundelen teneinde de naleving ervan te verzekeren.

Art. 3.1. De ondertekenende werknemersorganisaties verbinden zich ertoe zich onderling akkoord te stellen voor het aanwijzen of het verkiezen van een gemeenschappelijke syndicale afvaardiging in de ondernemingen.

De werknemersorganisaties zien erop toe dat de beschikbare mandaten billijk worden verdeeld.

De werkgevers erkennen dat het bij een vakbond aangesloten personeel bij hen vertegenwoordigd is door een syndicale afvaardiging, waarvan de leden onder de werknemers van de onderneming worden aangewezen of verkozen, door de werknemersorganisaties.

De werknemersorganisaties verbinden zich ertoe de vakbondsafgevaardigden aan te wijzen onder vertegenwoordigers van de werknemers die verkozen zijn voor de ondernemingsraad of het comité voor preventie en bescherming op het werk.

Ingeval een syndicale organisatie geen verkozen leden heeft in de ondernemingsraad of het comité voor preventie en bescherming op het werk, dan mag een werknemer die kandidaat is geweest bij de sociale verkiezingen voor ondernemingsraad of comité als syndicaal afgevaardigde worden aangeduid zonder dat evenwel het aantal syndicaal afgevaardigden zoals vastgesteld in de aanbeveling en in artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst, mag overschreden worden.

Daar waar geen ondernemingstraat of comité voor preventie en bescherming op het werk bestaat, mag een ander personeelslid worden voorgedragen als kandidaat. 2. Indien een effectief mandaat van de syndicale afvaardiging van een werknemersorganisatie niet meer kan worden ingevuld omdat de effectieve én alle plaatsvervangende syndicaal afgevaardigden van de werknemersorganisatie uit dienst zijn, kan de werknemersorganisatie desgevallend 1 persoon aanduiden die het effectief mandaat zal voleindigen. De werknemersorganisatie verbindt zich ertoe deze persoon aan te wijzen onder vertegenwoordigers van de werknemers die verkozen zijn voor de ondernemingsraad of het comité voor preventie en bescherming op het werk.

Indien een werknemersorganisatie geen verkozen leden meer heeft in de ondernemingsraad of het comité voor preventie en bescherming op het werk, dan mag een werknemer die kandidaat is geweest bij de sociale verkiezingen voor ondememingsraad of comité als syndicale afgevaardigde worden aangeduid.

Indien een werknemersorganisatie geen niet-verkozen kandidaten meer heeft voor de ondernemingsraad of het comité voor preventie en bescherming op het werk, dan mag een ander personeelslid worden aangeduid.

De aanduiding gebeurt per aangetekend schrijven. Ingeval de werkgever bezwaren heeft tegen de voorgestelde kandidaat, kan hij dat binnen een termijn van 15 dagen aan de betrokken werknemersorganisatie melden, per aangetekend schrijven met het verzoek daarover een gesprek te hebben binnen de 15 dagen.

Indien de werkgever deze formaliteiten binnen de gestelde termijn niet nakomt, wordt de instemming verondersteld van de aanduiding van de syndicale afgevaardigde.

Wanneer de werkgever zich heeft verzet tegen een kandidatuur met inachtneming van de vorm en de termijn, heeft de werknemersorganisatie die de kandidaat heeft voorgedragen, de mogelijkheid het geschil aanhangig te maken bij het paritair subcomité met het oog op een verzoening binnen 30 kalenderdagen te rekenen vanaf de aanduiding per aangetekend schrijven. HOOFDSTUK II. - Oprichting en samenstelling

Art. 4.In elke onderneming of instelling kan een syndicale delegatie aangeduid of verkozen worden op vraag van een van de werknemersorganisaties.

Het aantal mandaten wordt bepaald volgens het aantal tewerkgestelde werknemers, op basis van het volgende rooster : - Vanaf 35 werknemers : 2 effectieve mandaten; - Vanaf 50 werknemers : 2 effectieve en 2 plaatsvervangende mandaten; - Vanaf 100 werknemers : 3 effectieve en 3 plaatsvervangende mandaten; - Vanaf 300 werknemers : 4 effectieve en 4 plaatsvervangende mandaten.

Ingeval een onderneming of instelling meerdere bedrijfszetels heeft, mag een gemeenschappelijke vakbondsafvaardiging worden opgericht waarvan het aantal mandaten tenminste gelijk is aan het aantal bedrijfszetels.

Art. 5.1. De syndicale afgevaardigden worden aangeduid door de werknemersorganisatie waarbij zij aangesloten zijn.

De werknemersorganisaties verbinden er zich toe de verdeling te doen op basis van het aantal behaalde zetels bekomen bij de sociale verkiezingen. 2. De namen van de kandidaten syndicale afgevaardigden worden door de werknemersorganisatie voorgesteld aan het onderneming- of instellingshoofd bij een ter post aangetekend schrijven. In geval slechts één werknemersorganisatie een aanduiding indient, verwittigd zij gelijktijdig de andere ervan. In de kennisgeving moeten de werknemersorganisaties naar de beschikkingen van de collectieve arbeidsovereenkomst verwijzen. 3. Binnen de 15 kalenderdagen, te rekenen vanaf de derde dag die volgt op de datum van afstempeling door de post van het schrijven vermeld in 2., bevestigt de werkgever aan de betrokken werknemersorganisatie de ontvangst van het schrijven en worden de kandidaten als syndicaal afgevaardigde aanvaard op datum van het aangetekend schrijven.

Ingeval de werkgever bezwaren heeft tegen de voorgestelde kandidaten, kan hij dat binnen dezelfde termijn aan betrokken werknemersorganisatie melden, per aangetekend schrijven met het verzoek daarover een gesprek te hebben binnen de 14 dagen.

Indien de werkgever deze formaliteiten binnen de gestelde termijn niet nakomt, wordt de instemming verondersteld van de aanduiding van de syndicale afgevaardigden. 4. Wanneer de werkgever zich heeft verzet tegen een kandidatuur met inachtneming van de vorm en de termijn bepaald in 3., heeft de werknemersorganisatie die de kandidaat heeft voorgedragen, de mogelijkheid het geschil aanhangig te maken bij het paritair subcomité met het oog op een verzoening binnen 30 kalenderdagen te rekenen vanaf de datum van afstempeling door de post van de in 2. genoemde aangetekende brief.

Art. 6.Onverminderd artikel 3.2. wordt de syndicale delegatie officieel ingesteld binnen de 6 maanden na aanplakking door de werkgever van het bericht met de uitslag van de stemming van de sociale verkiezingen en de samenstelling van de ondernemingsraad of het comité voor preventie en bescherming op het werk.

In ondernemingen zonder sociale verkiezingen kan de instelling van een afvaardiging op elk ogenblik gebeuren.

Art. 7.Tenzij de syndicaal afgevaardigden aangewezen zijn onder de vertegenwoordigers van de werknemers overeenkomstig artikel 3.1., alinea 4, moeten de kandidaten om als syndicaal afgevaardigde aangeduid te kunnen worden aan de volgende voorwaarden voldoen op datum van de brief vermeld in artikel 5.2. : - tenminste 21 jaar oud zijn; - sinds tenminste 12 maanden tewerkgesteld zijn in de onderneming; - de burgerlijke rechten genieten; - de pensioengerechtigde leeftijd niet hebben bereikt; - niet behoren tot het leidinggevend personeel (zoals voorzien in wetgeving sociale verkiezingen). HOOFDSTUK III. - Bevoegdheid van de syndicale afvaardiging

Art. 8.De bevoegdheden van de syndicale afvaardiging hebben onder meer betrekking op : - de arbeidsverhoudingen; - de onderhandelingen met het oog op het sluiten van collectieve overeenkomsten of akkoorden in de schoot van de onderneming, zonder dat daarbij afbreuk wordt gedaan aan de collectieve arbeidsovereenkomsten of akkoorden die op andere vlakken zijn gesloten; - de toepassing in de onderneming van de sociale wetgeving, van de collectieve arbeidsovereenkomsten, van het arbeidsreglement en van de individuele arbeidsovereenkomsten; - de naleving van de algemene beginselen bepaald in artikel 2 van deze overeenkomst.

De syndicale afvaardiging heeft het recht door het ondernemingshoofd of door zijn vertegenwoordiger te worden gehoord naar aanleiding van elk geschil of betwisting van collectieve aard die zich in de onderneming voordoet, zij heeft hetzelfde recht, wanneer dergelijke geschillen of betwistingen dreigen te ontstaan.

Elke individuele klacht wordt langs de gewone hiërarchische weg ingediend door de belanghebbende werknemer, die op zijn verzoek wordt bijgestaan door zijn syndicale afgevaardigde. De syndicale afvaardiging heeft het recht te worden gehoord naar aanleiding van elk individueel geschil of betwisting die langs deze weg niet kon worden opgelost.

Teneinde de geschillen of betwistingen te voorkomen, moet de syndicale afvaardiging van het personeel voorafgaandelijk door de werkgever worden ingelicht over de veranderingen die de contractuele of gebruikelijke arbeids- en beloningsvoorwaarden kunnen wijzigen, met uitzondering van inlichtingen van individuele aard. Zij zal inzonderheid worden ingelicht over de wijzigingen welke voortvloeien uit de wet, de collectieve overeenkomsten of de beschikkingen van algemene aard die in de individuele arbeidsovereenkomsten zijn opgenomen, voornamelijk de bepalingen die een weerslag hebben op de loonschalen en de regelen van beroepsclassificatie. HOOFDSTUK IV. - Statuut van de leden van de syndicale afvaardiging

Art. 9.Duur en einde van het mandaat De duur van het mandaat van de leden van de syndicale afvaardiging komt overeen met de duur van de mandaten voor de sociale verkiezingen.

In het geval van instelling van syndicale delegatie in beschutte werkplaatsen zonder sociale verkiezingen worden de syndicale afgevaardigden aangeduid voor een periode van vier jaar.

De mandaten kunnen stilzwijgend worden vernieuwd.

Het mandaat van de syndicale afgevaardigde loopt ten einde : - bij het verstrijken van de termijn (zoals voorzien in artikel 7); - ingeval betrokkene geen deel meer uitmaakt van het personeel van de onderneming of instelling; - in geval van overlijden; - op initiatief van de organisatie die hem aangeduid heeft bijvoorbeeld : in geval betrokkene geen lid meer is van die werknemersorganisatie die haar/hem heeft aangeduid; - zodra betrokkene deel uitmaakt van het leidinggevend personeel.

Art. 10.Het plaatsvervangend lid van de syndicale afvaardiging wordt geroepen om te zetelen in vervanging van een effectief lid : - wanneer het effectief lid belet is om aan de vergadering deel te nemen; - wanneer het mandaat van het effectief lid teneinde loopt in uitvoering van artikel 9. In dit geval voleindigt het plaatsvervangend lid het mandaat van het effectief lid dat zij/hij vervangt.

Art. 11.Het mandaat van syndicaal afgevaardigde mag geen aanleiding geven tot enig nadeel of speciale voordelen voor diegene die het uitoefent. Dit betekent dat de afgevaardigden recht hebben op de normale promoties en bevorderingen van de categorie werknemers waartoe zij behoren.

Art. 12.Bescherming tegen afdanking 1. Een syndicale afgevaardigde kan niet worden afgedankt omwille van de uitvoering van zijn taak als syndicaal afgevaardigde.2. Syndicale afgevaardigden die aangewezen of verkozen zijn onder de leden of de kandidaten van de ondernemingsraad of het comité voor preventie en bescherming op het werk overeenkomstig artikel 3, alinea's 4 en 5, kunnen slechts worden afgedankt volgens de procedure voorzien in de bescherming van de verkozen personeelsafgevaardigden in de ondernemingsraad en/of comité voor preventie en bescherming op het werk.3. Voor de andere leden van de vakbondsafvaardiging die aangewezen of verkozen zijn op grond van artikelen 3, alinea 6, bedraagt de forfaitaire vergoeding in geval van ontslag, één jaar loon. De werkgever die voornemens is een syndicale afgevaardigde om gelijk welke reden, met uitzondering van dringende redenen af te danken, verwittigt voorafgaandelijk de syndicale afvaardiging evenals de syndicale organisatie die de kandidatuur van deze afgevaardigde heeft voorgedragen. Deze verwittiging gebeurt bij aangetekend schrijven dat uitwerking heeft op de derde dag volgende op de datum van de verzending.

De betrokken syndicale organisatie beschikt over een termijn van zeven dagen om mee te delen dat zij de geldigheid van de voorgenomen afdanking weigert te aanvaarden. Deze mededeling zal gebeuren bij aangetekend schrijven; de periode van zeven dagen neemt een aanvang op de dag waarop het door de werkgever toegezonden schrijven uitwerking heeft.

Het uitblijven van reactie van de syndicale organisatie moet beschouwd worden ais een aanvaarding van de geldigheid van de voorgenomen afdanking.

Indien de syndicale organisatie weigert de geldigheid van de voorgenomen afdanking te aanvaarden, heeft de meeste gerede partij de mogelijkheid het geval aan het oordeel van het verzoeningsbureau van het paritair comité voor te leggen : de maatregel tot afdanking mag niet worden uitgevoerd gedurende de duur van de procedure.

Indien het verzoeningsbureau tot geen éénparige beslissing is kunnen komen binnen de dertig dagen na de aanvraag tot tussenkomst, wordt het geschil betreffende de geldigheid van de redenen die door de werkgever werden ingeroepen om de afdanking te verantwoorden, aan de arbeidsrechtbank voorgelegd.

In geval van afdanking van een syndicale afgevaardigde wegens zware fout, moet de syndicale organisatie daarvan onmiddellijk worden op de hoogte gebracht.

De forfaitaire vergoeding is door de werkgever verschuldigd in navolgende gevallen : 1. indien hij een syndicale afgevaardigde afdankt, zonder de in voornoemd artikel 12, punt 3.bepaalde procedure na te leven; 2. indien, op het einde van deze procedure, de geldigheid van de redenen van afdanking, rekening houdend met de bepaling van artikel 12, punt 1., door het verzoeningsbureau of door de arbeidsrechtbank niet wordt erkend; 3. indien de werkgever een afgevaardigde heeft ontslagen wegens dringende redenen en de arbeidsrechtbank het ontslag ongegrond heeft verklaard.

Art. 13.1. De leden van de syndicale afvaardiging beschikken over de nodige tijd en de nodige faciliteiten voor de uitvoering van hun syndicale opdrachten. Deze moeten op het niveau van de lokale paritaire organen worden bepaald. Zij gebruiken deze tijd en faciliteiten zonder evenwel de werknemersorganisatie in de instelling te verstoren.

De leden van de syndicale afvaardiging kunnen mondeling of schriftelijk overgaan tot alle mededelingen welke nuttig zijn voor het personeel, zonder dat zulks de organisatie van het werk mag verstoren, en na de directie te hebben ingelicht, bijvoorbeeld tijdens de pauzes.

Deze mededelingen moeten van professionele of syndicale aard zijn. 2. In de onderneming of instelling, én tijdens de werkuren, kunnen - met de instemming van de werkgever - voorlichtingsvergaderingen voor het personeel worden belegd door de syndicale afvaardiging.De aanvraag dient daags voor de geplande vergadering in de loop van de morgen gemeld te worden aan de werkgever. De werkgever kan zijn akkoord niet arbitrair weigeren. 3. De syndicale afgevaardigden kunnen, naargelang de omstandigheden en met akkoord van de werkgever, een voorbereidende vergadering houden voor de problemen welke met de werkgever worden behandeld.4. Ten einde de syndicale afgevaardigden in de gelegenheid te stellen hun opdracht passend te vervullen, kunnen zij beschikken over een lokaal met telefoon.De werkgevers verbinden zich ertoe alle fysische en materiële problemen die de uitoefening van het syndicaal mandaat belasten, in de mate van het mogelijke op te lossen. 5. De syndicale afgevaardigden die voor de uitoefening van hun opdracht hun arbeidsplaats moeten verlaten, zijn verplicht hun rechtstreekse chef hiervan in te lichten.6. De syndicale afgevaardigden kunnen beroep doen op de plaatselijke vakbondssecretarissen.De werkgever kan zich steeds laten bijstaan door een vertegenwoordiging van de werkgeversorganisaties. 7. De werknemersorganisaties zullen erover waken dat de uitvoering van de syndicale opdrachten en activiteiten zonder overdrijving, en steunend op het statuut, gebeurt. In geval er vanwege de ene of de andere partij misbruiken worden vastgesteld, zullen de partijen met elkaar contact opnemen en tezamen naar de juiste oplossingen zoeken.

Art. 14.1. Wanneer de syndicale afgevaardigden hun opdracht vervullen tijdens de normale dagtaak, wordt de hieraan bestede tijd vergoed als normale arbeidsprestatie, dit wil zeggen dat zij het loon ontvangen alsof zij normaal zouden gewerkt hebben. 2. Wanneer de vergaderingen met de werkgever plaatsvinden buiten de normale dagtaak worden de syndicale afgevaardigden hiervoor vergoed volgens hun basisloon. De normale verplaatsingskosten voor het bijwonen van de vergaderingen, bijeengeroepen door de werkgever, worden terugbetaald op basis van de regeling inzake de verplaatsingskosten welke gewoonlijk in de onderneming wordt toegepast. 3. De syndicale afgevaardigden die deelnemen aan officiële vergaderingen van het paritair subcomité of van het verzoeningsbureau, mogen geen loonverlies lijden wegens hun afwezigheid op het werk. Voor deze vergadertijden ontvangen de syndicale afgevaardigden het loon zoals bepaald in punten 1. en 2., zonder dat de in dit kader gewerkte uren mogen worden beschouwd als overuren. HOOFDSTUK V. - Conflictregeling

Art. 15.Elk conflict over de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst kan ter verzoening voorgelegd worden aan het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap.

Elk conflict zal onderhandeld worden : 1. eerst met de syndicale delegees op het bedrijfsvlak;2. daarna met de syndicale vrijgestelden indien geen oplossing gevonden werd;3. uiteindelijk in verzoening voor het paritair subcomité. In geval van proces-verbaal van niet verzoening tijdens de ultieme procedure kan een stakingsaanzeg ingediend worden die voorziet dat de staking effectief kan worden na een periode van minimum 7 kalenderdagen, die begint op de volgende maandag. HOOFDSTUK VI. - Eindbepalingen

Art. 16.Geldigheid 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 8 november 2011 en is afgesloten voor onbepaalde tijd.Zij kan door elk van de partijen worden opgezegd mits een opzegging van drie maanden, te betekenen bij aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de beschutte werkplaatsen gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap of door de Vlaamse Gemeenschapscommissie en de sociale werkplaatsen erkend en/of gesubsidieerd door de Vlaamse Gemeenschap. 2. De partij welke het initiatief neemt tot opzegging verbindt zich ertoe de redenen van haar beslissing bekend te maken en onmiddellijk voorstellen tot wijziging van het statuut in te dienen.3. Ondergetekende partijen verbinden zich ertoe deze voorstellen binnen de 30 kalenderdagen na datum van afstempeling van het aangetekend schrijven te bespreken in het paritair subcomité. Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 februari 2005 betreffende het statuut van de syndicale afvaardiging (reg. nr. 74126).

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 21 januari 2013.

De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK

^