Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 21 juni 1999
gepubliceerd op 09 december 1999

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de beslissing van 12 januari 1999 genomen in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Franse Gemeenschap, in uitvoering van de wet van 19 augustus 1948 betreffende de prestaties van algemeen belang in vredestijd

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1999012458
pub.
09/12/1999
prom.
21/06/1999
ELI
eli/besluit/1999/06/21/1999012458/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

21 JUNI 1999. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de beslissing van 12 januari 1999 genomen in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Franse Gemeenschap, in uitvoering van de wet van 19 augustus 1948 betreffende de prestaties van algemeen belang in vredestijd (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 19 augustus 1948 betreffende de prestaties van algemeen belang in vredestijd, inzonderheid op artikel 1, eerste lid en artikel 2, tweede lid, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 1 maart 1971;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Franse Gemeenschap;

Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen beslissing van 12 januari 1999, genomen in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Franse Gemeenschap, in uitvoering van de wet van 19 augustus 1948 betreffende de prestaties van algemeen belang in vredestijd.

Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 21 juni 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 19 augustus 1948, Belgisch Staatsblad van 21 augustus 1948. Koninklijk besluit van 1 maart 1971, Belgisch Staatsblad van 11 maart 1971.

Bijlage Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Franse Gemeenschap Beslissing van 12 januari 1999 genomen in uitvoering van de wet van 19 augustus 1948 betreffende de prestaties van algemeen belang in vredestijd.

Artikel 1.Deze beslissing is van toepassing op de werknemers en op de werkgevers van de instellingen en diensten die vallen onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Franse Gemeenschap.

Onder « werknemers » wordt verstaan de vrouwelijke en mannelijke bedienden en werklieden en werksters.

Art. 2.Indien de verschillende onderhandelingspogingen bepaald bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 januari 1999 betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging geen resultaat hebben opgeleverd, en de vakorganisaties van plan zijn om hun toevlucht te nemen tot een staking, moeten zij een aanzegging van veertien kalenderdagen indienen bij de voorzitter van het paritair subcomité en bij de werkgever.

Art. 3.Bij toepassing van de bepalingen betreffende het statuut van de vakbondsafvaardiging, en indien de stakingsaanzegging naar behoren is betekend, wordt de minimale dienst tussen de partijen vastgelegd om te beantwoorden aan de levensnoodzakelijke behoeften van de personen die ten laste worden genomen door gekwalificeerde functies die onontbeerlijk zijn. Het aantal vereiste personeelsleden per erkende dienst mag het aantal niet overschrijden van het moment waarop het minste personeel in normale dienst is geweest.

Het aantal mag niet minder zijn dan : a) opvoedend, residentieel : 1 opvoeder per 10 ten laste genomen personen;b) opvoedend, niet residentieel : 1 opvoeder per 20 ten laste genomen personen;c) 1 lid van het administratief personeel;d) 1 lid van het technisch personeel.

Art. 4.Als de partijen niet tot een akkoord kunnen komen, zijn ze verplicht om deze zaak ter beoordeling voor te leggen aan het verzoeningsbureau van het paritair subcomité, vóór het aflopen van de stakingsaanzegging.

Art. 5.Deze beslissing treedt in werking op 12 januari 1999.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 21 juni 1999.

De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET

^