Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 21 mei 2013
gepubliceerd op 01 juli 2013

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 oktober 2004 betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2013203272
pub.
01/07/2013
prom.
21/05/2013
ELI
eli/besluit/2013/05/21/2013203272/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

21 MEI 2013. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 18 oktober 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/10/2004 pub. 25/11/2004 numac 2004022871 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten sluiten betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 24 december 1976 betreffende de budgettaire voorstellen 1976-1977, artikel 82, vierde lid, ingevoegd bij de wet van 21 december 1994 en gewijzigd bij de wet van 28 maart 2003;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 oktober 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/10/2004 pub. 25/11/2004 numac 2004022871 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten sluiten betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 22 augustus 2011;

Gelet op advies 52.536/1 van de Raad van State, gegeven op 19 december 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Binnenlandse Zaken, de Minister van Volksgezondheid, de Minister van Landbouw en de Staatssecretaris van Leefmilieu, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 2 van het koninklijk besluit van 18 oktober 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/10/2004 pub. 25/11/2004 numac 2004022871 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten sluiten betreffende de organisatie, de samenstelling en de werkwijze van de Raad van het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten wordt vervangen als volgt : «

Art. 2.De Raad wordt opgericht bij het Directoraat Generaal Dier, Plant en Voeding (DG4) - Dienst Pesticiden en Meststoffen van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. »

Art. 2.Artikel 3 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 december 2007, wordt vervangen als volgt : «

Art. 3.De Raad bestaat uit drieëntwintig leden en is als volgt samengesteld : 1° tien ambtenaren van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu : a) de directeur-generaal van het Directoraat generaal - Dier, Plant, en Voeding;b) zes ambtenaren van het directoraat-generaal Dier, Plant, en Voeding, waarvan vier van de Dienst Pesticiden en Meststoffen, één van de Dienst Voedingsmiddelen, Dierenvoeders en andere consumptieproducten en één van de Dienst Inspectie Consumptieproducten, Dierenwelzijn en CITES;c) drie ambtenaren van het directoraat-generaal Leefmilieu waarvan twee van de dienst Risicobeheersing en één van de dienst Multilaterale en Strategische Zaken;2° één ambtenaar van het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen;3° één afgevaardigde van de minister bevoegd voor Begroting;4° twee vertegenwoordigers van PHYTOFAR VZW;5° één vertegenwoordiger van ESSENSCIA VZW;6° twee vertegenwoordigers van NAREDI VZW;7° één vertegenwoordiger van DETIC VZW;8° één vertegenwoordiger van BIOPLUS VZW;9° één vertegenwoordiger van PROBOIS VZW;10° twee vertegenwoordigers van de landbouwsector;11° één vertegenwoordiger van het geheel van de verenigingen waarvan de leden de retributies verschuldigd zijn zoals bedoeld in artikel 13, § 1, van het koninklijk besluit van 13 november 2011Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/11/2011 pub. 29/11/2011 numac 2011024326 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu Koninklijk besluit tot vaststelling van de retributies en bijdragen verschuldigd aan het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten sluiten tot vaststelling van de retributies en bijdragen verschuldigd aan het Begrotingsfonds voor de grondstoffen en de producten.»

Art. 3.Artikel 4 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 december 2007, wordt vervangen als volgt : «

Art. 4.De leden bedoeld bij artikel 3, 1°, c) en hun plaatsvervangers worden voorgedragen door de minister bevoegd voor Leefmilieu.

Het lid bedoeld bij artikel 3, 2° en zijn plaatsvervanger worden voorgedragen door de minister bevoegd voor de Veiligheid van de Voedselketen.

Het lid bedoeld bij artikel 3, 3° en zijn plaatsvervanger worden voorgedragen door de minister bevoegd voor Begroting.

De leden bedoeld bij artikel 3, 4° tot 11° en hun plaatsvervangers worden voorgedragen door de betrokken beroepsverenigingen. »

Art. 4.Artikel 5 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 december 2007, wordt vervangen als volgt : « Art. 5..De leden worden aangewezen door de Minister.

De Minister wijst voor de leden bedoeld bij artikel 3, 1°, b) en c) en in artikel 3, 2° tot 11°, een plaatsvervanger aan die het lid bij afwezigheid kan vervangen. De plaatsvervanger heeft dezelfde bevoegdheden als het lid en voldoet aan dezelfde bepalingen inzake voordracht en aanwijzing. »

Art. 5.In artikel 6 van hetzelfde besluit worden de woorden "de ambtenaar vernoemd in artikel 3, 1°, 1" vervangen door de woorden "het lid bedoeld bij artikel 3, 1°, a°,".

Art. 6.In artikel 7 van hetzelfde besluit worden de woorden "de directeur-generaal van de DG4" vervangen door de woorden "het lid bedoeld bij artikel 3, 1°, a),".

Art. 7.In artikel 14 van hetzelfde besluit worden de woorden "de ambtenaren van DG4" vervangen door de woorden "de leden bedoeld bij artikel 3, 1°, b),".

Art. 8.De minister bevoegd voor Leefmilieu, de minister bevoegd voor Volksgezondheid, en de minister bevoegd voor Landbouw zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 21 mei 2013.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Binnenlandse Zaken, Mevr. J. MILQUET De Minister van Volksgezondheid, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Landbouw, Mevr. S. LARUELLE De Staatssecretaris voor Leefmilieu, M. WATHELET

^