Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 22 februari 2005
gepubliceerd op 28 februari 2005

Koninklijk besluit betreffende de wijze van voordracht en aanstelling van de leden van het Nationaal Sociaal-Economisch Comité voor de Distributie

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2005011108
pub.
28/02/2005
prom.
22/02/2005
ELI
eli/besluit/2005/02/22/2005011108/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

22 FEBRUARI 2005. - Koninklijk besluit betreffende de wijze van voordracht en aanstelling van de leden van het Nationaal Sociaal-Economisch Comité voor de Distributie


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 13 augustus 2004 betreffende de vergunning van handelsvestigingen, inzonderheid op de artikelen 4, § 3, 1° en 20;

Gelet op het advies nr. 38.027/1 van de Raad van State, gegeven 10 februari 2005, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Economie en Onze Minister van Middenstand, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° de wet : de wet van 13 augustus 2004 betreffende de vergunning van handelsvestigingen;2° het Comité : het Nationaal Sociaal-Economisch Comité voor de Distributie.

Art. 2.De leden van het Comité worden benoemd voor een periode van zes jaar. Hun mandaat is hernieuwbaar.

Ingeval het mandaat van een lid vroegtijdig wordt beëindigd, voltooit zijn opvolger dit mandaat.

Art. 3.De leden van het Comité worden voorgedragen door : 1° de gewestregeringen voor wat betreft de leden bedoeld in artikel 4, § 2, 2°, van de wet;2° de Raad voor het Verbruik voor wat betreft de leden bedoeld in artikel 4, § 2, 3° en 5°, van de wet;3° de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven voor wat betreft de leden bedoeld in artikel 4, § 2, 4°, van de wet; 4° de Hoge Raad voor de Zelfstandigen en de K.M.O. voor wat betreft de leden bedoeld in artikel 4, § 2, 6°, van de wet.

De voordrachten van de kandidaten van de hierboven vermelde leden, alsmede de leden bedoeld in artikel 4, § 2, 7° van de wet, worden gedaan op dubbele lijsten gericht aan de minister van Economie.

Art. 4.§ 1. Wanneer een lid van het Comité de hoedanigheid verliest op grond waarvan het is voorgedragen, neemt zijn mandaat onmiddellijk een einde. De betrokken instantie of organisatie stelt de secretaris van het Comité daarvan onverwijld in kennis en draagt een nieuwe titularis voor. § 2. Wanneer een lid van het Comité ontslag neemt, draagt de instantie of organisatie die hem had voorgedragen, onverwijld een nieuwe titularis voor. § 3. De voordrachten tot aanduiding van een nieuwe titularis worden gedaan volgens de bepalingen van artikel 3 van dit besluit.

Art. 5.Dit besluit treedt in werking op 1 maart 2005.

Art. 6.Onze Minister van Economie en Onze Minister van Middenstand zijn belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 22 februari 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Economie, M. VERWILGHEN De Minister van Middenstand, Mevr. S. LARUELLE

^