Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 23 april 1999
gepubliceerd op 12 mei 1999

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 71 van 10 februari 1999, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het behoud van het normaal loon van de werknemers voor de afwezigheidsdagen ter gelegenheid van het overlijden van overgrootouders en achterkleinkinderen

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1999012197
pub.
12/05/1999
prom.
23/04/1999
ELI
eli/besluit/1999/04/23/1999012197/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 APRIL 1999. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 71 van 10 februari 1999, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het behoud van het normaal loon van de werknemers voor de afwezigheidsdagen ter gelegenheid van het overlijden van overgrootouders en achterkleinkinderen (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op de artikelen 18 en 28;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 augustus 1963 betreffende het behoud van het normaal loon van de werklieden, de dienstboden, de bedienden en de werknemers aangeworven voor de dienst op binnenschepen, voor afwezigheidsdagen ter gelegenheid van familiegebeurtenissen of voor de vervulling van staatsburgerlijke verplichtingen of van burgelijke opdrachten;

Gelet op het verzoek van de Nationale Arbeidsraad;

Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst nr. 71 gesloten op 10 februari 1999 in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het behoud van het normaal loon van de werknemers voor de afwezigheidsdagen ter gelegenheid van het overlijden van overgrootouders en achterkleinkinderen.

Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 april 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET _______ Nota's (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Koninklijk besluit van 28 augustus 1963, Belgisch Staatsblad van 11 september 1963.

Bijlage Nationale Arbeidsraad Collectieve arbeidsovereenkomst nr. 71 van 10 februari 1999, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het behoud van het normaal loon van de werknemers voor de afwezigheidsdagen ter gelegenheid van het overlijden van overgrootouders en achterkleinkinderen Geregistreerd op 25 februari 1999 onder het nr. 50.148/CO/300 Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités;

Gelet op het advies nr. 1.261 van 10 februari 1999 betreffende de toekenning van klein verlet bij het overlijden van overgrootouders en achterkleinkinderen;

Overwegende dat ingevolge de stijging van de levensduur van de Belgische bevolking de werknemers meer en meer geconfronteerd worden met het overlijden van hun overgrootouders of hun achterkleinkinderen terwijl het koninklijk besluit van 28 augustus 1963 betreffende het behoud van het normaal loon van de werklieden, de dienstboden, de bedienden en de werknemers aangeworven voor de dienst op binnenschepen, voor afwezigheidsdagen ter gelegenheid van familiegebeurtenissen of voor de vervulling van staatsburgerlijke verplichtingen of van burgerlijke opdrachten, aan dit fenomeen niet is aangepast;

Overwegende dat het geraden is voornoemd koninklijk besluit te wijzigen en, in afwachting daarvan, die aangelegenheid bij collectieve arbeidsovereenkomst te regelen;

Hebben de navolgende interprofessionele organisaties van werkgevers en van werknemers : - het Verbond van Belgische Ondernemingen; - de nationale middenstandsorganisaties erkend overeenkomstig de wetten betreffende de organisatie van de Middenstand, gecoördineerd op 28 mei 1979; - de Belgische Boerenbond; - "la Fédération nationale des Unions professionnelles agricoles"; - "l'Alliance agricole belge"; - het Algemeen Christelijk Vakverbond van België; - het Algemeen Belgisch Vakverbond; - de Algemene Centrale der Liberale Vakbonden van België, in de Nationale Arbeidsraad op 10 februari 1999 navolgende collectieve arbeidsovereenkomst gesloten :

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werknemers met een arbeidsovereenkomst, bedoeld bij de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten of bij de wet van 1 april 1936 op de arbeidsovereenkomsten wegens dienst op binnenschepen en op de werkgevers die hen tewerkstellen.

Art. 2.Zij is niet van toepassing op de werkgevers en de werknemers die gebonden zijn door een collectieve arbeidsovereenkomst waarbij aan de werknemers gelijkwaardige of gunstiger voordelen worden toegekend dan voorzien bij deze overeenkomst.

Art. 3.Ter gelegenheid van het overlijden van een overgrootvader, een overgrootmoeder of een achterkleinkind hebben de in artikel 1 bedoelde werknemers het recht, met behoud van het normaal loon, van het werk afwezig te zijn voor een als volgt bepaalde duur : - in geval van overlijden van een bij de werknemer inwonende overgrootvader, overgrootmoeder of achterkleinkind : twee dagen door de werknemer te kiezen in de periode die begint met de dag van het overlijden en eindigt met de dag van de begrafenis; - in geval van overlijden van een niet bij de werknemer inwonende overgrootvader, overgrootmoeder of achterkleinkind : de dag van de begrafenis.

Art. 4.Voor de toepassing van artikel 3 worden de overgrootouders van de echtgeno(o)t(e) van de werknemer gelijkgesteld met de overgrootouders van de werknemer.

Art. 5.De deeltijdse werknemers hebben het recht, met behoud van het normaal loon, van het werk afwezig te zijn gedurende de dagen bedoeld in het artikel 3, die samenvallen met de dagen waarop zij normaal gewerkt zouden hebben.

Zij mogen de afwezigheidsdagen kiezen in dezelfde beperkingen als deze bedoeld in het voornoemd artikel 3.

Art. 6.Deze overeenkomst houdt op uitwerking te hebben op de datum van de inwerkingtreding van het koninklijk besluit, waarbij het overlijden van overgrootouders en achterkleinkinderen opgenomen wordt in het koninklijk besluit van 28 augustus 1963 betreffende het behoud van het normaal loon van de werklieden, de dienstboden, de bedienden en de werknemers aangeworven voor de dienst op binnenschepen, voor afwezigheidsdagen ter gelegenheid van familiegebeurtenissen of voor de vervulling van staatsburgerlijke verplichtingen of van burgerlijke opdrachten.

Deze overeenkomst zal op verzoek van de meest gerede ondertekenende partij kunnen herzien of opgezegd worden, met een opzeggingstermijn van zes maanden.

De organisatie die het initiatief tot herziening of opzegging neemt, moet de redenen aangeven en amendementsvoorstellen indienen; de andere organisaties gaan de verbintenis aan deze, binnen de termijn van een maand na de ontvangst ervan, in de Nationale Arbeidsraad te bespreken.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 april 1999.

De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET

Nationale Arbeidsraad Advies nr. 1261 betreffende de toekenning van klein verlet bij het overlijden van overgrootouders en achterkleinkinderen De Nationale Arbeidsraad heeft uit eigen beweging een onderzoek gewijd aan het vraagstuk van de toekenning van klein verlet bij het overlijden van overgrootouders en achterkleinkinderen.

Tot besluit van dit onderzoek heeft de Raad op 10 februari 1999 dienaangaande een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten.

Terzelfder tijd heeft de Raad navolgend advies uitgebracht : 1. Inleiding De Nationale Arbeidsraad herinnert eraan dat volgens de huidige wetgeving de werknemer het recht heeft om met behoud van het loon afwezig te zijn voor bepaalde persoonlijke aangelegenheden of familiegebeurtenissen zoals het huwelijk, de geboorte of het overlijden, of voor het vervullen van bepaalde verplichtingen. Hij wijst erop dat dit afwezigheidsrecht, klein verlet genoemd, geregeld is bij het koninklijk besluit van 28 augustus 1963 betreffende het behoud van het normaal loon van de werklieden, de dienstboden, de bedienden en de werknemers aangeworven voor de dienst op binnenschepen, voor afwezigheidsdagen ter gelegenheid van familiegebeurtenissen of voor de vervulling van staatsburgerlijke verplichtingen of van burgerlijke opdrachten.

Genoemd besluit is genomen op grond van het artikel 30 van de arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978 en op basis van het artikel 25quinquies van de wet van 1 april van 1936 op de arbeidsovereenkomsten wegens dienst op binnenschepen, waarin bepaald wordt dat gebeurtenissen die voor klein verlet in aanmerking komen alsmede het aantal dagen per gebeurtenis vastgesteld worden door de Koning, wat artikel 30 betreft na advies van de Nationale Arbeidsraad. 2. Voorstel. De Raad stelt vast dat krachtens het voornoemd koninklijk besluit van 28 augustus 1963 onder meer klein verlet wordt toegekend bij het overlijden van grootouders en kleinkinderen, die al dan niet bij de werknemer inwonen.

De Raad laat opmerken dat als gevolg van de stijging van de levensduur van de Belgische bevolking de werknemers meer en meer geconfronteerd worden met het overlijden van hun overgrootouders of hun achterkleinkinderen.

De Raad is van oordeel dat ook in die hypothese klein verlet aan de werknemers moet worden toegekend en vindt dan ook dat voornoemde reglementering aan dit fenomeen moet worden aangepast.

Derhalve acht de Raad het geboden om in het koninklijk besluit van 1963 het overlijden van overgrootouders en achterkleinkinderen op te nemen in de opsomming van de gebeurtenissen, die voor klein verlet in aanmerking komen. Hij stelt voor dat dit klein verlet wordt toegekend onder dezelfde voorwaarden en modaliteiten als deze die bij het overlijden van grootouders en kleinkinderen van toepassing zijn.

Dit betekent concreet : - in geval van overlijden van overgrootouders of achterkleinkinderen, die bij de werknemer inwonen : twee dagen door de werknemer te kiezen in de periode die begint met de dag van het overlijden en eindigt met de dag van de begrafenis; - in geval van overlijden van overgrootouders of achterkleinkinderen, die niet bij de werknemer inwonen : de dag van de begrafenis; - de overgrootouders van de echtgeno(o)t(e) van de werknemer worden met de overgrootouders van de werknemer gelijkgesteld; - de deeltijdse werknemers hebben het recht van het werk afwezig te zijn gedurende de voornoemde dagen, die samenvallen met de dagen waarop zij normaal gewerkt zouden hebben; zij mogen de afwezigheidsdagen kiezen in dezelfde beperkingen als hiervoor bedoeld.

In afwachting dat aan voornoemd advies gevolg wordt gegeven, heeft de Raad een collectieve arbeidsovereenkomst gesloten, die tot doel heeft bij het overlijden van overgrootouders en achterkleinkinderen klein verlet toe te kennen onder dezelfde voorwaarden en modaliteiten als deze die hiervoor worden voorgesteld. Die cao zal ophouden uitwerking te hebben op de dag dat de voorgestelde aanpassing van het koninklijk besluit van 1963 in werking zal treden.

^