Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 23 januari 1998
gepubliceerd op 27 januari 1998

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 juli 1997 houdende diverse bepalingen betreffende de reorganisatie van het Ministerie van Ambtenarenzaken

bron
ministerie van justitie
numac
1998009061
pub.
27/01/1998
prom.
23/01/1998
ELI
eli/besluit/1998/01/23/1998009061/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 JANUARI 1998. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 juli 1997 houdende diverse bepalingen betreffende de reorganisatie van het Ministerie van Ambtenarenzaken


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 26 april 1962 tot verlening van de bevoegdheid van de gerechtelijke politie aan sommige personeelsleden van het Hoog Comité van Toezicht, gewijzigd bij de wet van 8 juli 1969;

Gelet op het koninklijk besluit van 29 juli 1970 houdende organiek reglement van het Hoog Comité van Toezicht;

Gelet op het koninklijk besluit van 10 juli 1997 houdende diverse bepalingen betreffende de reorganisatie van het Ministerie van Ambtenarenzaken;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3 § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat het voormeld koninklijk besluit van 10 juli 1997 in werking is getreden op 1 januari 1998 en dat het dringend noodzakelijk is om elke misvatting over de hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie hulpofficier van de procureur des Konings van sommige personeelsleden van het Hoog Comité van toezicht uit te sluiten;

Overwegende dat het daarom noodzakelijk is in de bepaling betreffende de overplaatsing van de personeelsleden van het Hoog Comité van Toezicht van het Ministerie van Ambtenarenzaken naar het Ministerie van Justitie aan te geven dat de personeelsleden, die ingevolge Onze aanwijzing aan de dienst "enquêtes" van het Hoog Comité van Toezicht zijn verbonden, op 1 januari 1998 overgeplaatst worden met hun hoedanigheid van officier van gerechtelijke politie, hulpofficier van de procureur des Konings en van de krijgsauditeur welke hen krachtens de voormelde wet van 26 april 1962 werd verleend ingevolge die aanwijzing;

Op de voordracht van Onze Minister van Justitie en van Onze Minister van Ambtenarenzaken en op advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 3, § 3, van het koninklijk besluit van 10 juli 1997 houdende diverse bepalingen betreffende de reorganisatie van het Ministerie van Ambtenarenzaken wordt vervangen door de volgende bepaling : « § 3. Worden ambtshalve overgeplaatst naar het Ministerie van Justitie : - de personeelsleden van het Hoog Comité van Toezicht die, in toepassing van de wet van 26 april 1962 tot verlening der bevoegdheden van de gerechtelijke politie aan sommige personeelsleden van het Hoog Comité van Toezicht, de dienst enqûetes in de zin van artikel 1 van die wet vormen en die niet zijn aangewezen bij de in §2. bedoelde cel; - de andere personeelsleden van dat Comité die niet bij die cel zijn aangewezen.

In toepassing van dezelfde wet, duidt de Koning tussen de overgeplaatste rijksambtenaren in toepassing van het eerste lid een en die titularis zijn van de graad van hoofdcommissaris, afdelingscommissaris, commissaris, afdelingsenquêteur of enquêteur, diegene aan die deel uitmaken van de dienst enquêtes in de zin van artikel een van die wet.

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1998.

Art. 3.Onze Minister van Justitie en Onze Minister van Ambtenarenzaken zijn ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 januari 1998.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Justitie, S. DE CLERCK De Minister van Ambtenarenzaken, A. FLAHAUT

^