Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 23 juni 2003
gepubliceerd op 24 september 2003

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 februari 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de handel in brandstoffen van Oost-Vlaanderen, betreffende de risicogroepen 2001-2002

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2003012489
pub.
24/09/2003
prom.
23/06/2003
ELI
eli/besluit/2003/06/23/2003012489/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

23 JUNI 2003. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 februari 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de handel in brandstoffen van Oost-Vlaanderen, betreffende de risicogroepen 2001-2002 (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de handel in brandstoffen van Oost-Vlaanderen;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 6 februari 2002, gesloten in het Paritair Subcomité voor de handel in brandstoffen van Oost-Vlaanderen, betreffende de risicogroepen 2001-2002.

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 juni 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de handel in brandstoffen van Oost-Vlaanderen Collectieve arbeidsovereenkomst van 6 februari 2002 Risicogroepen 2001-2002 (Overeenkomst geregistreerd op 14 februari 2002 onder het nummer 61232/CO/127.02)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de handel in brandstoffen van Oost-Vlaanderen.

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten in toepassing van afdeling 1 van de wet van 5 september 2001 tot verbetering van de werkgelegenheidsgraad van de werknemers (Belgisch Staatsblad van 15 september 2001).

Art. 3.De in artikel 1 van deze collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde werkgevers zijn een bijzondere bijdrage van 0,15 pct. verschuldigd, berekend op basis van het volledige loon van de door hen tewerkgestelde werklieden en werksters voor de jaren 2001 en 2002.

Art. 4.De in artikel 2 van deze collectieve arbeidsovereenkomst bedoelde bijzondere bijdrage wordt geïnd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid, ten bate van het "Sociaal Fonds voor de ondernemingen van handel in brandstoffen".

Art. 5.De middelen die aldus ter beschikking gesteld worden, zullen worden aangewend voor de opleiding en tewerkstelling van personen, behorende tot de risicogroepen.

Als risicogroepen in de sector worden beschouwd : 1. personen bedoeld in artikel 173 van de wet van 29 december 1990 houdende sociale bepalingen (Belgisch Staatsblad van 9 januari 1991) en in artikel 1 van het uitvoeringsbesluit van 12 april 1991;2. alle arbeiders, ongeacht hun opleidingsniveau, die door de steeds sneller evoluerende eisen gesteld aan het beroep, onvoldoende vertrouwd zijn met de veiligheids- en milieuaspecten;arbeiders die onvoldoende het contact met de klant kunnen verzorgen door een gebrek aan commercieel inzicht; arbeiders die het risico lopen hun A.D.R.-attest te verliezen.

Art. 6.De raad van beheer van hoger genoemd sociaal fonds zal nadere regelen bepalen ter uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor een bepaalde tijd. Zij treedt in werking op 1 januari 2001 en houdt op van kracht te zijn op 31 december 2002.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 23 juni 2003.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^