Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 23 juni 2003
gepubliceerd op 08 augustus 2003

Koninklijk besluit betreffende de slotcoördinatie op de luchthaven Brussel-Nationaal

bron
federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer
numac
2003014180
pub.
08/08/2003
prom.
23/06/2003
ELI
eli/besluit/2003/06/23/2003014180/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 JUNI 2003. - Koninklijk besluit betreffende de slotcoördinatie op de luchthaven Brussel-Nationaal


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Het ontwerp van koninklijk besluit dat ter ondertekening aan Uwe Majesteit wordt voorgelegd werd genomen ter uitvoering van de Verordening (EEG) nr. 95/93 van de Raad van 18 januari 1993 betreffende gemeenschappelijke regels voor de toewijzing van « slots » op communautaire luchthavens. Op grond van de bepalingen van deze tekst kan een Lid-Staat een luchthaven op zijn grondgebied, op grond van een capaciteitsanalyse verricht volgens algemeen erkende methodes, bestempelen als volledig gecoördineerd om zo een optimaal gebruik van beschikbare capaciteit mogelijk te maken.

Toen luchtvaartmaatschappijen zich beklaagden over capaciteitsproblemen op de luchthaven Brussel-Nationaal heeft in 1999 het toenmalige Bestuur van de Luchtvaart, nu Directoraat-generaal Luchtvaart geheten, Eurocontrol verzocht een analyse van de capaciteit aan de luchtzijde van de luchthaven Brussel-Nationaal te verrichten.

Conform de bepalingen van de bovenvermelde verordening werden de resultaten van deze analyse besproken met alle betrokkenen, met name de luchthavenexploitant BIAC, de luchtverkeersleiding BELGOCONTROL, het Bestuur van de Luchtvaart en in het al opgerichte coördinatiecomité waarin naast vertegenwoordigers van de luchthavenexploitant en de luchtverkeersleiding ook vertegenwoordigers van de luchtvaartmaatschappijen en hun representatieve organisaties en van de algemene luchtvaart zitting hebben. Al de betrokkenen waren het er toen over eens dat de bestempeling van de luchthaven als volledig gecoördineerd noodzakelijk was.

De resultaten van de analyse en de conclusie van alle betrokkenen werden meegedeeld aan de Europese Commissie die echter aandrong op de uitvoering van een capaciteitsanalyse aan de landzijde van de luchthaven. Deze analyse werd zonder verwijl uitgevoerd.

Ondertussen zorgden de dramatische gebeurtenissen van 11 september 2001 wereldwijd voor een drastische daling van het luchtverkeer. Wat Brussel-Nationaal betreft, werd deze daling nog verergerd door de faling van City Bird en van de grootste Belgische luchtvaartmaatschappij, SABENA, die tot dan toe volledig instond voor de slotcoördinatie van de luchthaven volgens de IATA-regels. Dat daardoor de nationale luchtvaartmaatschappij instond voor de slotcoördinatie was een verspreide praktijk in de Lid-Staten van de Europese Unie. In het licht van de aan gang zijnde herziening van de verordening, wordt voorzien dat de Europese regelgeving echter de de facto onafhankelijkheid van de coördinator zal eisen. Het koninklijk besluit dat U nu wordt voorgelegd, komt tegemoet aan deze eis.

Door deze achteruitgang van het luchtverkeer was het evenwel aangewezen de oorspronkelijke capaciteitsanalyses aan de lucht- en landzijde van Brussel-Nationaal te toetsen aan de gewijzigde verkeersintensiteit. Daarom heeft het Directoraat-generaal Luchtvaart (voorheen Bestuur van de Luchtvaart) EUROCONTROL verzocht om de vorige capaciteitsanalyse aan de luchtzijde te updaten, terwijl de luchthavenexploitant hetzelfde deed wat betreft de capaciteit aan de landzijde. Deze bijgewerkte analyses werden zopas beëindigd en net als de oorspronkelijke analyses besproken met de betrokkenen tijdens een vergadering bij het Directoraat-generaal Luchtvaart op 13 januari 2003. Door de vaststelbare heropleving van de vraag voor het komende zomerseizoen op de luchthaven Brussel-Nationaal en de verwachte heropleving van het luchtverkeer wereldwijd, blijkt dat het capaciteitsaanbod op de luchthaven Brussel-Nationaal, althans tijdens de piekperiodes, onvoldoende is om hieraan te voldoen.De conclusie van de betrokken partijen is dan ook dat de bestempeling van de luchthaven Brussel-Nationaal als volledig gecoördineerd nodig blijft.

Het voorliggende koninklijk besluit komt tegemoet aan de eisen van de Europese regelgeving qua de facto onafhankelijkheid van de coördinator. Door de oprichting van een v.z.w. die zal worden aangesteld als coördinator staat deze los van elke beïnvloeding.

Bovendien werd geopteerd voor een financieringssysteem dat onheuse beïnvloeding door enige betrokken partij voorkomt. Immers, alle luchtvaartmaatschappijen, zowel Belgische als buitenlandse, worden op voet van gelijkheid behandeld en storten per toegewezen slot een coördinatievergoeding aan de luchthavenexploitant. Deze laatste stort deze vergoeding integraal, zonder verwijl en kosteloos door aan de coördinator ter financiering van diens werking. De financiering van de slotcoördinatie op Brussel-Nationaal heeft op die manier geen enkele budgettaire weerslag, noch voor mijn departement, noch voor het Rijk.

Commentaar bij de artikelen : Artikel 1 Dit artikel voorziet in de bestempeling van de luchthaven Brussel-Nationaal als volledig gecoördineerde luchthaven overeenkomstig de bepalingen van de Verordening 95/93.

Artikel 2 Artikel 2 machtigt de Minister belast met het Directoraat-generaal Luchtvaart om de coördinator aan te stellen.

Artikel 3 Dit artikel belast de coördinator met het uitvoeren van de taken waarin de verordening en dit besluit voorzien.

Artikel 4 Dit artikel regelt de financiering van de slotcoördinatie op een billijke en transparante manier zonder discriminatie ten aanzien van buitenlandse luchtvaartmaatschappijen aangezien per slot een coördinatievergoeding wordt geheven die integraal ten goede komt aan de werking van de coördinator. Doordat de coördinator bovendien de vorm van een vereniging zonder winstoogmerk aanneemt, staat dit garant voor een minimale coördinatievergoeding.

Artikel 5 Om rekening te houden met milieuaspecten bepaalt dit artikel dat ingeval niet alle slotaanvragen ingewilligd kunnen worden, bij gelijke prioriteit, een vlucht uitgevoerd met het akoestisch meest doeltreffende vliegtuig de voorrang krijgt, hetgeen ten goede moet komen aan de beperking van de lawaaihinder.

Artikel 6 Dit artikel bevat de nadere regelen die worden gehanteerd in geval van tekortkomingen van de coördinator bij het verrichten van zijn taken.

Artikel 7 Om te voorkomen dat een vacuüm zou ontstaan in de slotcoördinatie bepaalt dit artikel de nadere regels ingeval de coördinator zelf zijn functie wenst te beëindigen.

Artikel 8 Artikel 8 bepaalt dat de coördinator op verzoek van de Minister hem alle nodige inlichtingen dient te verstrekken.

Artikel 9 Dit artikel bevat een opsomming van feiten die door de coördinator onverwijld aan de Minister meegedeeld dienen te worden.

Artikel 10 Dit artikel voorziet in de mededeling aan de Minister van iedere wijziging van de statuten of de samenstelling van de beheersorganen wanneer de coördinator een rechtspersoon is. Tevens dienen alle verslagen van de vergaderingen van zijn beheersorganen onverwijld aan de Minister bezorgd te worden.

Artikel 11 Verplichting voor de coördinator om aan het einde van elke dienstregelingsperiode een omstandig activiteitenverslag aan de Minister te bezorgen.

Artikel 12 Artikel 12 betreft de instelling en de taken van het coördinatiecomité conform de bepalingen van de verordening. Het lidmaatschap van dit comité staat open voor alle betrokken partijen met dien verstande dat de coördinator en een vertegenwoordiger van het Directoraat-generaal Luchtvaart op alle vergaderingen worden uitgenodigd als waarnemer.

Bovendien is de tekst aan de Raad van State voorgelegd om binnen een maand advies te verstrekken en werden de opmerkingen van de Afdeling Wetgeving gevolgd.

Wij hebben de eer te zijn, Sire, van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaars.

De Minister belast met Mobiliteit en Vervoer, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, R. DAEMS

23 JUNI 2003. - Koninklijk besluit betreffende de slotcoördinatie op de luchthaven Brussel-Nationaal ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 27 juni 1937 houdende herziening van de wet van 16 november 1919 betreffende de regeling der luchtvaart, inzonderheid op artikel 5, § 1, gewijzigd door de wet van 2 januari 2001;

Gelet op het besluit van de Ministerraad van 24 januari 2003 over het verzoek om advies door de Raad van State binnen een termijn van een maand;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 10 maart 2003, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Overwegende dat de prioriteiten tussen luchtvaartmaatschappijen voor de toewijzing van slots onder meer geregeld worden door : - de Verordening (EEG) nr. 95/93 van de Raad van 18 januari 1993 betreffende gemeenschappelijke regels voor de toewijzing van "slots" op communautaire luchthavens; - de richtlijnen van IATA; - andere toepasselijke internationale regels;

Overwegende dat artikel 18, § 1, laatste lid, van het beheerscontract afgesloten op 14 augustus 1998 tussen de Staat en de naamloze vennootschap Brussels Airport Terminal Company, ingevoerd door de derde wijziging van 15 juli 2002 goedgekeurd bij koninklijk besluit van 18 juli 2002, de naamloze vennootschap Brussels International Airport Company machtigt voor elke landing en elke opstijging een slotcoördinatievergoeding te heffen;

Op de voordracht van Onze Minister belast met Mobiliteit en Vervoer en van Onze Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Voor de tenuitvoerlegging van verordening (EEG) nr. 95/93 van de Raad van 18 januari 1993 betreffende gemeenschappelijke regels voor de toewijzing van « slots » op communautaire luchthavens en voor de toepassing van dit besluit, wordt de luchthaven Brussel-Nationaal bestempeld als een volledig gecoördineerde luchthaven.

Art. 2.Na raadpleging van de luchtvaartmaatschappijen die elk jaar meer dan honderd vluchten naar en van de luchthaven Brussel-Nationaal uitvoeren, hun representatieve organisaties, de luchthavenexploitant en de luchtverkeersleidingautoriteit, wijst de Minister belast met het Directoraat-generaal Luchtvaart, bij besluit, de coördinator van de luchthaven Brussel-Nationaal aan.

Art. 3.De coördinator vervult de taken waarin dit besluit en de verordening (EEG) nr. 95/93 voorzien.

Art. 4.De luchthavenexploitant stort zonder verwijl, integraal en zonder kosten de opbrengst van de slotcoördinatievergoeding door aan de coördinator ter financiering van zijn werking.

Art. 5.§ 1. Wanneer niet alle slotaanvragen ingediend door de betrokken luchtvervoerders kunnen worden ingewilligd, wordt tussen vliegtuigen, die krachtens geldende communautaire of internationale regels dezelfde prioriteit genieten, de slot toegewezen aan het akoestisch meest doeltreffende vliegtuig overeenkomstig de bepalingen van § 3. § 2. Het vliegtuig met de laagste prioriteit volgens § 1 krijgt een andere slot zoveel mogelijk tegen het midden van de dag toegewezen. § 3 De akoestische doeltreffendheid van elk type toestel wordt bepaald volgens de volgende formule : Akoestische doeltreffendheid = [10(B-85)/10]/N waarin : 1° de variabele B vertegenwoordigt : a) voor elke landing : het gemiddelde, per vliegtuigtype, van de gecertificeerde geluidsniveaus in EPNdB gemeten op het naderingsreferentiepunt, bij de maximale landingsmassa, overeenkomstig de voorschriften van bijlage 16 van ICAO, min 9 EPNdB;b) voor elke opstijging : de helft van de som van de gemiddelden, per vliegtuigtype, van de gecertificeerde geluidsniveaus, in EPNdB, gemeten op het laterale meetpunt en op het meetpunt overgevlogen bij het opstijgen, bij de maximale opstijgmassa, overeenkomstig de voorschriften van bijlage 16 van ICAO;2° de variabele N het gemiddelde aantal zetels per vliegtuigtype vertegenwoordigt. Het gemiddelde aantal zetels en het gemiddelde van de geluidsniveaus per vliegtuigtype worden bepaald door de coördinator van de luchthaven Brussel-Nationaal en samen met het advies van het coördinatiecomité, ter goedkeuring voorgelegd aan de Minister belast met het Directoraat-generaal Luchtvaart of aan zijn gemachtigde.

Art. 6.In geval van volledige of gedeeltelijke niet-uitvoering van zijn taken, licht de Minister belast met het Directoraat-generaal Luchtvaart de coördinator per aangetekend schijven in over de tekortkomingen die hij hem verwijt opdat de coördinator onverwijld de maatregelen neemt om deze toestand te verhelpen.

In geval van aanhoudende niet-uitvoering of ernstige tekortkomingen, kan de Minister bij besluit, en na de coördinator gehoord te hebben, een einde maken aan de aanwijzing.

De beslissing van de Minister wordt per aangetekend schrijven ter kennis gebracht van de coördinator. Zij treedt in werking op het ogenblik van de aanwijzing van de nieuwe coördinator en ten vroegste een maand na de kennisgeving. De Minister wijst binnen een termijn van vier maanden, die ingaat vanaf deze kennisgeving, een nieuwe coördinator aan.

Art. 7.De coördinator die zelf zijn functie wenst te beëindigen, brengt de Minister belast met het Directoraat-generaal Luchtvaart hiervan op de hoogte per aangetekend schrijven. De coördinator mag zijn functie pas beëindigen na verloop van een termijn van vier maanden die ingaat op de dag van het versturen van zijn aangetekend schrijven.

Art. 8.Op verzoek van de Minister belast met het Directoraat-generaal Luchtvaart verschaft de coördinator hem alle nodige inlichtingen betreffende de toewijzing van slots op de luchthaven Brussel-Nationaal.

Art. 9.De coördinator deelt aan de Minister belast met het Directoraat-generaal Luchtvaart onmiddellijk de volgende feiten mee : 1° een mogelijke verstoring van de mededinging die onder artikel 11 van verordening (EEG) nr.95/93 valt; 2° het herhaaldelijk uitvoeren van vluchten op andere tijdstippen dan de slots die met toepassing van verordening (EEG) nr.95/93 en met dit besluit werden toegewezen.

Art. 10.Indien de coördinator een rechtspersoon is, licht hij de Minister belast met het Directoraat-generaal Luchtvaart onverwijld in over elke wijziging van de statuten of van de samenstelling van zijn beheersorganen.

Bovendien bezorgt hij hem onverwijld alle verslagen van de vergaderingen van zijn beheersorganen.

Art. 11.Aan het einde van elke dienstregelingsperiode bezorgt de coördinator de Minister belast met het Directoraat-generaal Luchtvaart een activiteitenverslag, waarin inzonderheid de volgende gegevens worden verwerkt : 1° het aantal slots dat werd toegewezen aan elke luchtvaartmaatschappij;2° de slotsaanvragen, in chronologische volgorde uitgesplitst voor elke luchtvaartmaatschappij, die uiteindelijk niet konden worden ingewilligd;3° het bedrag van de gestorte slotcoördinatievergoedingen en het gebruik ervan;4° de verdelingswijze van de slots over een periode van een week;5° een lijst van de vastgestelde overtredingen en van de aangebrachte oplossingen;6° om de twee jaar, een evaluatie van het gebruik van de capaciteit "landzijde" en "luchtzijde" van de luchthaven.

Art. 12.§ 1. Er wordt een coördinatiecomité ingesteld dat de coördinator van advies moet dienen. § 2. Zijn lid van het coördinatiecomité : 1° de luchthavenexploitant;2° de luchtverkeersleidingautoriteit;3° een vertegenwoordiger van de algemene luchtvaart;4° IATA (International Air Transport Association);5° IACA (International Air Carrier Association). De luchtvaartmaatschappijen die belang tonen voor het verkrijgen van slots en die luchtvervoeroperaties verrichten op de luchthaven Brussel-Nationaal, kunnen eveneens lid worden van het coördinatiecomité.

Een vertegenwoordiger van het Directoraat-generaal Luchtvaart evenals de coördinator worden in de hoedanigheid van waarnemer uitgenodigd op alle vergaderingen van het coördinatiecomité en van zijn organen.

Het secretariaat wordt waargenomen door een werknemer van de luchthavenexploitant, die een andere persoon is dan de vertegenwoordiger ervan binnen dit comité en aangesteld wordt door de algemene vergadering van het coördinatiecomité. § 3. Het coördinatiecomité heeft onder andere als taak het verstrekken van advies over : 1° de mogelijkheden om de capaciteit van de luchthaven Brussel-Nationaal te optimaliseren of te vergroten;2° de manieren om de luchtverkeersvoorwaarden op de luchthaven Brussel-Nationaal te verbeteren;3° het onderzoek van klachten over de toewijzing van slots;4° de methoden om het gebruik van de toegewezen slots te controleren;5° het formuleren van richtsnoeren voor de toewijzing van slots met inachtneming van de lokale omstandigheden;6° het onderzoek van ernstige problemen waarmee nieuwe gegadigden te kampen hebben.

Art. 13.Dit besluit treedt in werking op de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 14.Onze Minister belast met Mobiliteit en Vervoer en Onze Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 juni 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister belast met Mobiliteit en Vervoer, Mevr. L. ONKELINX De Minister van Telecommunicatie en Overheidsbedrijven en Participaties, R. DAEMS

^