Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 23 oktober 2006
gepubliceerd op 09 november 2006

Koninklijk besluit houdende hervorming van de bijzondere loopbaan van adviseur-generaal en adjunct-adviseur-generaal bij de Dienst voor het Strafrechtelijk beleid binnen de Federale Overheidsdienst Justitie

bron
federale overheidsdienst justitie
numac
2006009887
pub.
09/11/2006
prom.
23/10/2006
ELI
eli/besluit/2006/10/23/2006009887/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

23 OKTOBER 2006. - Koninklijk besluit houdende hervorming van de bijzondere loopbaan van adviseur-generaal en adjunct-adviseur-generaal bij de Dienst voor het Strafrechtelijk beleid binnen de Federale Overheidsdienst Justitie


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de artikelen 37 en 107, tweede lid, van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 11 juli 1994 houdende bezoldigingsregeling van de adviseur-generaal van de Dienst voor het Strafrechtelijk beleid en van zijn adjunct, gewijzigd door het koninklijk besluit van 4 december 2001 en 20 januari 2004;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 31 maart 2005;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting, van 14 oktober 2005;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Ambtenarenzaken, van 27 september 2005;

Gelet op het protocol nr. 300 van 19 december 2005 van het Sectorcomité III - Justitie;

Gelet op het advies 40.090/2 van de Raad van State, gegeven op 26 juni 2006;

Op de voordracht van Onze Minister van Begroting en van Onze Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. Integratie van de bijzondere graden in de loopbaan van niveau A

Artikel 1.Bij de Dienst voor het Strafrechtelijk beleid worden de volgende graden geschrapt : 1° Adviseur-generaal;2° Adjunct-adviseur-generaal.

Art. 2.§ 1. De ambtenaren die op 1 december 2004 titularis zijn van één van de geschrapte graden die hierna in kolom 1 zijn opgenomen, bezoldigd in een weddenschaal opgenomen in kolom 2, worden ambtshalve benoemd in de klasse die in kolom 3 is opgenomen, bezoldigd in de weddenschaal opgenomen in kolom 4 en dragen de titel hiertegenover vermeld in kolom 5.

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld § 2. In afwijking van § 1 kunnen de ambtenaren voorheen bekleed met de geschrapte graad van adviseur-generaal ambtshalve benoemd in de klasse A5 en bezoldigd in de hierna vermelde weddenschaal, het voordeel van deze weddenschaal behouden voor zover deze voordeliger is : 48.656,09 - 64.596,85 112 x 1.449,16 (Kl 24 j. - Niv. A. - Gr. B) § 3. In afwijking van § 1 kunnen de ambtenaren voorheen bekleed met de geschrapte graad van adjunct-adviseur-generaal ambtshalve benoemd in de klasse A5 en bezoldigd in de hierna vermelde weddenschaal, het voordeel van deze weddenschaal behouden voor zover deze voordeliger is : 46.166,59 - 60.881,62 112 x 1.337,73 (Kl 24 j. - Niv. A. - Gr. B)

Art. 3.§ 1. De klasse-anciënniteit van de ambtenaren, benoemd met toepassing van artikel 2, is gelijk aan de graadanciënniteit welke verkregen was in de graad waarvan ze op 30 november 2004 titularis waren. § 2. De anciënniteit verkregen in niveau 1 wordt geacht verkregen te zijn in niveau A. § 3. De door deze ambtenaren verkregen geldelijke anciënniteit wordt geacht verkregen te zijn in de nieuwe weddenschaal. HOOFDSTUK II. - Overgangs-, opheffings- en slotbepalingen.

Art. 4.Opgeheven worden : de artikelen 2 en 3 van het koninklijk besluit van 11 juli 1994 houdende bezoldigingsregeling van de adviseur-generaal van de Dienst voor het Strafrechtelijk beleid en van zijn adjunct, gewijzigd door het koninklijk besluit van 4 december 2001 en van 20 januari 2004.

Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang op 1 december 2004.

Art. 6.Onze Minister van Begroting en Onze Minister van Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 23 oktober 2006.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Begroting, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX

^