Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 24 februari 2014
gepubliceerd op 28 februari 2014

Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 6, &****; 6, van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de **** en de **** en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een **** van de natuurlijke personen

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2014000164
pub.
28/02/2014
prom.
24/02/2014
ELI
eli/besluit/2014/02/24/2014000164/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode
<****>****_title">24 FEBRUARI 2014. - **** besluit tot uitvoering van artikel 6, § 6, van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de **** en de **** en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een **** van de natuurlijke personen****><****>
VERSLAG AAN DE KONING ****, **** onderhavig ontwerp van koninklijk besluit strekt ertoe uitvoering te geven aan artikel 6, § 6, van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de **** en de **** en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een **** van de natuurlijke personen, zoals gewijzigd bij het artikel 2 van de wet van 9 januari 2012, die is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 14 februari 2012.****><****>Artikel 6, § 6, van de voornoemde wet van 19 juli 1991 wet bepaalt dat de elektronische kaart maximaal tien jaar geldig kan blijven vanaf de datum van aanvraag van een identiteitskaart door een burger en dat de Koning voor bepaalde leeftijdscategorieën afwijkingen kan toestaan op de normale **** van tien jaar voor een elektronische identiteitskaart.****><****>Huidig ontwerp van koninklijk besluit legt bijgevolg vast welke elektronische identiteitskaarten tien jaar geldig blijven en voor welke leeftijdscategorieën een kortere of langere geldigheidsduur wordt bepaald.****><****>**** bespreking.****><****>Artikel 1 Artikel 1 van dit koninklijk besluit stelt dat de elektronische identiteitskaart, die wordt uitgereikt aan de **** burgers, tien jaar geldig blijft vanaf de datum van aanvraag van deze kaart. Dit artikel beperkt de **** van tien jaar uitdrukkelijk tot de **** burgers, omdat de wet van 19 juli 1991 betreffende bevolkingsregisters en de identiteitskaarten ook handelt over de **** en de **** voor vreemdelingen. **** Minister van **** Zaken is bevoegd voor de uitreiking van identiteitskaarten aan ****, terwijl de Minister tot wiens bevoegdheid de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen behoort en zijn bestuur - de Dienst Vreemdelingenzaken - volledig bevoegd zijn voor de uitreiking en de bepaling van de **** van **** en **** aan niet-**** burgers, die toegelaten of gemachtigd zijn om voor een langere termijn dan drie maanden op het Belgisch grondgebied te verblijven.****><****>Artikel 2 In afwijking met artikel 1, wordt de geldigheidsduur van de elektronische identiteitskaart, die wordt uitgereikt aan de **** kinderen die volle twaalf jaar en minder dan achttien jaar zijn, zes jaar vanaf de datum van aanvraag van deze kaart.****><****>Deze termijn van zes jaar, in afwijking van de normale toekomstige termijn van geldigheid van tien jaar, wordt in de eerste plaats gekozen omdat de minderjarigen tussen twaalf en achttien jaar qua fysionomie nog veel veranderen en dus ook de gelaatstrekken gedurende deze periode. Een kaart van tien jaar met dezelfde foto, die is gemaakt op twaalf jaar, is dan ook niet aangewezen en aanvaardbaar.****><****>In de tweede plaats is deze termijn van zes jaar gekozen omdat minderjarigen tot achttien jaar niet bekwaam zijn om rechtsgeldige handelingen te doen. Overeenkomstig artikel 488 van het Burgerlijk Wetboek wordt de meerderjarigheid vastgesteld op de volle leeftijd van achttien jaar en wordt men op die leeftijd bekwaam tot alle handelingen van het burgerlijk leven.****><****>De elektronische identiteitskaart die wordt afgeleverd aan de **** kinderen van twaalf jaar tot achttien jaar bevat bijgevolg enkel een actief certificaat voor zich te **** en niet voor te handtekenen.****><****>Artikel 3 In afwijking met artikel 1, wordt de elektronische identiteitskaart, die wordt uitgereikt aan de **** burgers van volle **** jaar en meer, dertig jaar geldig vanaf de datum van aanvraag.****><****>De geldigheidsduur van dertig jaar is om onderstaande beweegredenen verantwoord.****><****>**** bejaarden zijn fysiek of mentaal niet meer in staat om zelf nog gevolg te geven aan de oproeping voor een elektronische identiteitskaart en persoonlijk naar het gemeentehuis te gaan, waardoor een systeem van volmachten en administratieve lasten ontstaat voor familie of ****, alsook voor de gemeentebesturen.****><****>Verder ondergaan de gelaatstrekken van bejaarden geen grote wijzigingen meer, zodat de foto - die wordt gebruikt van een **** of ouder persoon - bij de aanmaak van een elektronische identiteitskaart dienstig kan blijven gedurende de gehele **** van deze kaart.****><****>Hierbij wordt er opgemerkt dat de bejaarde burger steeds vrijwillig een nieuwe elektronische identiteitskaart kan vragen indien de burger zelf dit nodig vindt en ook blijven de bepalingen van artikel 5 van het koninklijk besluit van 25 maart 2003 betreffende de identiteitskaarten van toepassing. Dit artikel stelt dat de elektronische identiteitskaart wordt vernieuwd wanneer de houder een elektronische identiteitskaart in een andere taal ****, wanneer de foto niet meer gelijkend is, wanneer de kaart beschadigd is, wanneer de houder van naam of voornaam verandert, alsmede bij verandering van geslacht en bij verlies van de **** nationaliteit.****><****>Tevens kan erop worden gewezen dat vóór de veralgemening van de elektronische identiteitskaart voor bejaarden van **** jaar en meer reeds een identiteitskaart - oud model - met onbeperkte duur (kaart zonder einddatum) kon worden gegeven.****><****>Een identiteitskaart dient echter volgens de Resolutie 77/26 van 28 september 1977 van de Raad van **** betreffende de opmaak en de harmonisatie van nationale identiteitskaarten een begin- en einddatum te hebben, zodat heden voor een geldigheidsduur van dertig jaar is gekozen voor de elektronische identiteitskaart van **** burgers van **** jaar en meer.****><****>De geldigheidsduur is tenslotte dertig jaar om voldoende effectief en adequaat te zijn ten opzichte van de nieuwe normale **** van tien jaar en eveneens een waarde van onbeperkte duur te behouden, doordat uiterst weinig burgers **** jaar en ouder worden. **** beperken van de geldigheidsduur tot twintig jaar hield immers het risico in dat nog burgers van **** jaar oud of meer dienden te worden opgeroepen voor de vernieuwing van hun identiteitskaart.****><****>De certificaten van de elektronische identiteitskaarten, die worden uitgereikt aan de bejaarde personen van 75 jaar en meer, zullen echter om de tien jaar dienen te worden vernieuwd om geldig te blijven, teneinde een functioneel en veilig gebruik van deze certificaten te waarborgen.****><****>Ik heb de eer te zijn, ****, Van **** Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, **** Minister van **** ****, Mevr. ****. ********><****> Advies 51.499/2 van 2 juli 2012 van de afdeling Wetgeving van de Raad van **** De RAAD VAN STATE, afdeling Wetgeving, tweede kamer, op 8 juni 2012 door de **** Minister en **** van **** Zaken verzocht haar, binnen een termijn van dertig dagen, van advies te dienen over een ontwerp van koninklijk besluit "tot uitvoering van artikel 6, § 6, van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de **** en de **** en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een **** van de natuurlijke personen", heeft het volgende advies gegeven: Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van ****, zoals het is vervangen bij de wet van 2 april 2003, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande ****.****><****>Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.****><****>VOORAFGAANDE **** **** het dossier blijkt niet dat met betrekking tot het voorliggend ontwerp van koninklijk besluit vooraf is onderzocht of het noodzakelijk was een **** uit te voeren zoals voorgeschreven bij artikel 19/1, § 1, van de wet van 5 mei 1997 `betreffende de coördinatie van het federale beleid inzake duurzame ontwikkeling'. **** blijkt dat het advies van de inspecteur van **** en de akkoordbevinding van de minister van **** voorhanden zouden zijn.****><****>**** moet voor gezorgd worden dat deze voorafgaande **** naar behoren vervuld worden.****><****>RECHTSGROND Het ontworpen besluit strekt tot uitvoering van artikel 6, § 6, van de wet van 19 juli 1991 `betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de **** en de **** en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een **** van de natuurlijke personen' zoals gewijzigd bij de wet van 9 januari 2012.****><****>Bij ontstentenis van een specifieke bepaling aangaande de inwerkingtreding zal het ontworpen besluit tien dagen nadat het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt in werking treden.****><****>De wet van 9 januari 2012 is evenwel nog niet in werking getreden.****><****>Krachtens artikel 3 van de wet van 9 januari 2012 staat het immers aan de ****, bij een besluit vastgesteld na overleg in de Ministerraad, de datum van inwerkingtreding van die wet te bepalen. Een ontwerpbesluit met die strekking is ter fine van advies toegezonden aan de afdeling Wetgeving, die daarover vandaag advies 51.556/2 heeft uitgebracht. Naar dat advies wordt verwezen.****><****>De steller van het voorliggende **** dient ervoor te zorgen dat de inwerkingtreding van het ontworpen besluit afgestemd wordt op die van de wet van 9 januari 2012, zodat het besluit hoe dan ook niet eerder in werking treedt dan de wet.****><****>De kamer was samengesteld uit ****. ****, staatsraad, voorzitter, ****. **** en ****. ****, staatsraden, S. **** **** en ****. ****, assessoren, en ****. ****, griffier.****><****>Het verslag is uitgebracht door **** ****, auditeur.****><****>De ****, ****. **** **** ****, ****. ****.****><****>Advies 55.091/2 van 17 februari 2014 van de afdeling Wetgeving van de Raad van **** Op 20 januari 2014 is de Raad van ****, afdeling Wetgeving, door de **** Minister en **** van **** Zaken verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot uitvoering van artikel 6, § 6, van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de **** en de **** en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een **** van de natuurlijke personen'.****><****>Aangezien de adviesaanvraag is ingediend op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van ****, zoals het is vervangen bij de wet van 2 april 2003, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande ****.****><****>Wat deze drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen.****><****>Onderzoek van het ontwerp 1. De afdeling Wetgeving van de Raad van **** is verzocht om binnen dertig dagen een advies uit te brengen over een ontwerp van koninklijk besluit dat, zoals is aangegeven in de aanhef van het ontwerpbesluit, haar reeds is voorgelegd en waarover op 2 juli 2012 eveneens binnen een termijn van dertig dagen advies 51.499/2 is uitgebracht.****><****>Wanneer de afdeling Wetgeving een advies heeft gegeven, heeft ze de bevoegdheid opgebruikt die ze krachtens de wet heeft en het komt haar derhalve niet toe om zich opnieuw uit te spreken over reeds onderzochte bepalingen, ongeacht of ze herzien zijn teneinde rekening te houden met de opmerkingen die in het eerste advies gemaakt zijn, dan wel ongewijzigd blijven. Dat geldt niet wanneer overwogen wordt in de tekst volledig nieuwe bepalingen in te voegen waarvan de inhoud **** van de opmerkingen of voorstellen die door de afdeling Wetgeving in het eerste advies zijn gemaakt of gedaan: in zo'**** geval is een nieuwe raadpleging vereist omtrent de nieuwe bepalingen.****><****>Dat geldt ook niet wanneer na het eerste advies nieuwe juridische gegevens opduiken die kunnen rechtvaardigen dat de tekst door de afdeling Wetgeving wederom wordt onderzocht: in zo'**** geval moeten de bepalingen van de tekst waarvoor die nieuwe gegevens consequenties hebben, aan de afdeling Wetgeving worden voorgelegd.****><****>Voorts is een nieuwe raadpleging van de afdeling Wetgeving ook vereist wanneer deze in het eerste advies geconstateerd heeft dat ze onregelmatig om een advies is verzocht. Als die onregelmatigheid alleen sommige bepalingen van de tekst betreft, geldt het weer moeten raadplegen van de afdeling Wetgeving uitsluitend voor die bepalingen.****><****>Gelet op het voorgaande dient de afdeling **** bijgevolg enkel artikel 4 van het ontwerpbesluit te onderzoeken. ****_list">2. Volgens het verslag aan de **** bepaalt artikel 4 van het ontwerpbesluit dat het in werking treedt de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt "gelijktijdig met het koninklijk besluit tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van de wet van 9 januari 2012 tot wijziging van artikel 6, § 6, van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de **** en de **** en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een **** van de natuurlijke personen". In dat verband wordt verwezen naar de opmerking bij artikel 2 in advies 55.092/2, dat heden is gegeven over het ontwerp van koninklijk besluit `tot bepaling van de datum van inwerkingtreding van de wet van 9 januari 2012 tot wijziging van artikel 6, § 6, van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de **** en de **** en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een **** van de natuurlijke personen'.****><****>De kamer was samengesteld uit **** ****, staatsraad, voorzitter, **** **** en **** ****, staatsraden, **** **** **** en **** ****, assessoren, en ****-**** **** ****, griffier.****><****>Het verslag is uitgebracht door **** ****, auditeur.****><****>De overeenstemming tussen de **** en de **** tekst van het advies is nagezien onder toezicht van **** ****.****><****>De ****, **** **** De ****, ****-**** **** ********><****> 24 FEBRUARI 2014. - **** besluit tot uitvoering van artikel 6, § 6, van de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de **** en de **** en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een **** van de natuurlijke personen ****, **** der Belgen, **** allen die nu zijn en hierna wezen zullen, **** Groet.****><****>Gelet op artikel 108 van de Grondwet;****><****>Gelet op de wet van 19 juli 1991 betreffende de bevolkingsregisters, de identiteitskaarten, de **** en de **** en tot wijziging van de wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een **** van de natuurlijke personen, artikel 6, § 6, vervangen door de wet van 9 januari 2012;****><****>Gelet op het koninklijk besluit van 25 maart 2003 betreffende de identiteitskaarten;****><****>Gelet op het advies van de Inspecteur van ****, gegeven op 14 mei 2013;****><****>Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van ****,gegeven op 15 januari 2014;****><****>Gelet op advies ****. 51.499/2 van de Raad van ****, gegeven op 2 juli 2012, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van ****, gecoördineerd op 12 januari 1973;****><****>Gelet op het advies ****. 55.091/2 van de Raad van ****, gegeven op 17 februari 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van ****, gecoördineerd op 12 januari 1973;****><****>Op de voordracht van **** Minister van **** Zaken, **** **** besloten en besluiten **** : <****>****_article">Artikel 1.De elektronische identiteitskaart, die wordt uitgereikt aan de **** burgers, blijft tien jaar geldig vanaf de datum van aanvraag. <****>****_article">Art. 2.In afwijking van artikel 1 blijft de elektronische identiteitskaart, die wordt uitgereikt aan de **** kinderen die volle twaalf jaar en minder dan achttien jaar zijn, zes jaar geldig vanaf de datum van aanvraag. <****>****_article">Art. 3.In afwijking van artikel 1 blijft de elektronische identiteitskaart, die wordt uitgereikt aan de **** burgers van volle **** jaar en meer, dertig jaar geldig vanaf de datum van aanvraag. <****>****_article">Art. 4.**** Minister van **** Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.****><****>Gegeven te ****, 24 februari 2014.****><****>**** **** **** : **** Minister van **** ****, Mevr. ****. ****
^