Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 24 november 1997
gepubliceerd op 23 december 1997

Koninklijk besluit ter uitvoering van de artikelen 3, 7 en 24 van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het « handvest » van de sociaal verzekerde voor de kinderbijslaginstellingen bedoeld in de artikelen 19, 31, 32 en 33 van de samen- geordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
1997022859
pub.
23/12/1997
prom.
24/11/1997
ELI
eli/besluit/1997/11/24/1997022859/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

24 NOVEMBER 1997. Koninklijk besluit ter uitvoering van de artikelen 3, 7 en 24 van de wet van 11 april 1995 tot invoering van het « handvest » van de sociaal verzekerde voor de kinderbijslaginstellingen bedoeld in de artikelen 19, 31, 32 en 33 van de samen- geordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 20 juli 1971 tot instelling van de gewaarborgde gezinsbijslag, met name op artikel 7bis, 2e lid, ingevoegd door het koninklijk besluit nr. 242 van 31 december 1983 en gewijzigd door de wet van 29 december 1990;

Gelet op de wet van 11 april 1995 tot invoering van het « handvest » van de sociaal verzekerde, inzonderheid op de artikelen 3, eerste lid, gewijzigd door de wet van 25 juni 1997, 7, tweede lid en 24, eerste lid;

Gelet op de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders, inzonderheid op de artikelen 44 en 44bis, respectievelijk vervangen en ingevoegd door het koninklijk besluit van 10 december 1996 en 54, opnieuw ingevoerd door de wet van 22 december 1989;

Gelet op het advies uitgebracht door het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid van de Provinciale en Plaatselijke Overheidsdiensten op 16 december 1996;

Gelet op het advies uitgebracht door het Beheerscomité van de Rijksdienst voor Kinderbijslag voor Werknemers op 18 februari 1997;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 4 juni 1997;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat de wet van 11 april 1995 tot invoering van het « handvest » van de sociaal verzekerde in werking getreden is op 1 januari 1997 zodat de uitvoeringsmaatregelen eveneens met ingang van 1 januari 1997 moeten uitwerking hebben. De verschillende instellingen van sociale zekerheid moesten de ontwerpen van koninklijke besluiten voor hun sector opstellen teneinde hun eigen regeling aan te passen aan de bepalingen van het handvest. Teneinde de uitvoerbaarheid van deze wet mogelijk te maken in de verschillende sectoren van de sociale zekerheid en teneinde de door de wetgever beoogde bescherming aan de sociaal verzekerde via het handvest te waarborgen, is het dan noodzakelijk dat de besluiten ter uitvoering van de wet zo snel mogelijk worden genomen;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 12 augustus 1997, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 2°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State, gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De kinderbijslaginstellingen bedoeld in de artikelen 19, 31, 32 en 33 van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders moeten bij elke vestiging van een recht op kinderbijslag overeenkomstig artikel 54, § 1, van dezelfde wetten ambtshalve de sociaal verzekerde inlichten over zijn verplichtingen bepaald in artikel 1 van het koninklijk besluit van 12 april 1984.

Art. 2.De kinderbijslaginstellingen bedoeld in het vorige artikel zijn vrijgesteld van de verplichting tot kennisgeving aan de sociaal verzekerde van de administratieve beslissingen met betrekking tot het verlenen van de leeftijdstoeslagen voorzien bij de artikelen 44 en 44bis van de samengeordende wetten betreffende de kinderbijslag voor loonarbeiders als de eerste leeftijdstoeslag wordt toegekend of als een wijziging van het bedrag van de betaalde leeftijdstoeslag met niets anders verband houdt dan met de leeftijd of de rang van het kind.

Art. 3.Artikel 7bis, 2e lid, van de wet van 20 juli 1971 tot instelling van de gewaarborgde gezinsbijslag, ingevoegd door het koninklijk besluit nr. 242 van 31 december 1983 en gewijzigd door de wet van 29 december 1990, wordt vervangen door het volgende lid : « Bezorgt de aanvrager die inlichtingen niet binnen een maand dan wordt hem een rappelbrief toegestuurd. Als de aanvrager niettegenstaande die rappel de gevraagde aanvullende gegevens na meer dan een maand nog steeds niet heeft bezorgd, kan de Rijksdienst, na al het nodige te hebben gedaan om die informatie te verkrijgen, een beslissing nemen op grond van de gegevens waarover hij beschikt, tenzij de aanvrager een gegronde reden aanvoert voor een langere antwoordtermijn. Een weigering wordt per aangetekend schrijven meegedeeld. »

Art. 4.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997.

Art. 5.Onze Minister van Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 24 november 1997.

ALBERT Van Koningswege :De Minister van Sociale Zaken, Mevr. M. DE GALAN

^