Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 25 april 2014
gepubliceerd op 20 mei 2014

Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 77decies van de wet van 22 juli 1953 houdende oprichting van een Instituut van de Bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor, gecoördineerd op 30 april 2007

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
numac
2014011332
pub.
20/05/2014
prom.
25/04/2014
ELI
eli/besluit/2014/04/25/2014011332/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 77decies van de wet van 22 juli 1953Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/07/1953 pub. 28/10/2009 numac 2009000714 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting van een Instituut van de bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor, gecoördineerd op 30 april 2007. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende oprichting van een Instituut van de Bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor, gecoördineerd op 30 april 2007


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 22 juli 1953Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/07/1953 pub. 28/10/2009 numac 2009000714 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting van een Instituut van de bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor, gecoördineerd op 30 april 2007. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende oprichting van een Instituut van de Bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor, gecoördineerd op 30 april 2007, artikel 77decies, ingevoegd bij de wet van 12 maart 2012Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/03/2012 pub. 22/03/2012 numac 2012011119 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot wijziging van de wet van 22 juli 1953 houdende oprichting van een Instituut van de bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor, gecoördineerd op 30 april 2007 sluiten;

Gelet op de wet van 8 december 1992, tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, artikel 22, gewijzigd bij de wet van 11 december 1998;

Gelet op het advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer van 24 april 2013;

Gelet op het advies van het Instituut van de Bedrijfsrevisoren van 8 oktober 2013;

Gelet op het advies van de Hoge Raad voor de Economische Beroepen van 13 december 2013;

Gelet op advies 55.404/1 van de Raad van State, gegeven op 19 maart 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat het artikel 47 van de Richtlijn 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 betreffende de wettelijke controles van jaarrekeningen en geconsolideerde jaarrekeningen, tot wijziging van de Richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG van de Raad en houdende intrekking van Richtlijn 84/253/EEG van de Raad voorziet dat de lidstaten kunnen samenwerken met de bevoegde autoriteiten van derde landen met als doel de uitwisseling van informatie onder bepaalde voorwaarden;

Overwegende dat één van de voorafgaande voorwaarden is dat een besluit van adequaatheid van een bevoegde autoriteit van een derde land werd genomen door de Europese Commissie overeenkomstig de procedure voorzien in artikel 48, lid 2, van de Richtlijn 2006/43/EG;

Overwegende dat dergelijke besluiten van adequaatheid al werden aangenomen ten aanzien van de bevoegde autoriteiten van Canada, Japan, Zwitserland, Australië en de Verenigde Staten van Amerika en in de toekomst kunnen worden aangenomen voor andere derde landen;

Overwegende dat het dan aan de lidstaten toebehoort om samenwerkingsakkoorden te sluiten met de bevoegde autoriteiten van derde landen die als adequaat werden erkend waarbij de werkmodaliteiten worden bepaald overeenkomstig artikel 47 van de Richtlijn 2006/43/EG;

Overwegende dat het artikel 47, lid 1, van de Richtlijn 2006/43/EG werd omgezet in België door het artikel 77decies van de wet van 12 maart 2012Relevante gevonden documenten type wet prom. 12/03/2012 pub. 22/03/2012 numac 2012011119 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot wijziging van de wet van 22 juli 1953 houdende oprichting van een Instituut van de bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor, gecoördineerd op 30 april 2007 sluiten tot wijziging van de wet van 22 juli 1953Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/07/1953 pub. 28/10/2009 numac 2009000714 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting van een Instituut van de bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor, gecoördineerd op 30 april 2007. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende oprichting van een instituut van de Bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor, gecoördineerd op 30 april 2007;

Overwegende dat het gepast is om overeenkomstig dit artikel de specifieke werkmodaliteiten met de autoriteiten van derde landen vast te leggen, in het bijzonder met het oog op het beschermen van het bedrijfsgeheim en de vertrouwelijkheid van gegevens;

Dat het eveneens passend is om te bepalen wie de Belgische autoriteit is om een dergelijk akkoord te tekenen;

Op de voordracht van de Minister van Economie en de Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK 1. - Inleidende bepalingen

Artikel 1.Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van artikel 47 van Richtlijn 2006/43/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 betreffende de wettelijke controles van jaarrekeningen en geconsolideerde jaarrekeningen, tot wijziging van de Richtlijnen 78/660/EEG en 83/349/EEG van de Raad en houdende intrekking van Richtlijn 84/253/EEG van de Raad.

Art. 2.Voor de toepassing van dit besluit, wordt verstaan onder: 1° de wet: de wet van 22 juli 1953Relevante gevonden documenten type wet prom. 22/07/1953 pub. 28/10/2009 numac 2009000714 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting van een Instituut van de bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor, gecoördineerd op 30 april 2007. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende oprichting van een instituut van de Bedrijfsrevisoren en organisatie van het publiek toezicht op het beroep van bedrijfsrevisor, gecoördineerd op 30 april 2007;2° de wet van 8 december 1992: de wet tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens;3° persoonsgegevens: de gegevens zoals gedefinieerd in het artikel 1 van de wet van 8 december 1992;4° besluit van adequaatheid : het besluit van de Europese Commissie, genomen overeenkomstig het artikel 48, lid 2, van de Richtlijn 2006/43/EG dat bedoeld is om te bepalen of een derde land beantwoordt aan de gelijkwaardige vereisten zoals bepaald in het artikel 36 van de richtlijn en meer in het bijzonder inzake het beroepsgeheim, de vertrouwelijkheid van gegevens en bevoegdheid, krachtens de wetten en reglementeringen van toepassing, om samen te werken met de bevoegde autoriteiten van de Lidstaten. HOOFDSTUK 2. - Bevoegd orgaan

Art. 3.Het bevoegde orgaan van publiek toezicht bedoeld in het artikel 77decies, § 1, van de wet is de Kamer van verwijzing en instaatstelling. HOOFDSTUK 3. - Werkregelingen

Art. 4.§ 1. De specifieke voorwaarden van samenwerking met de derde landen vereist door het artikel 77decies, § 3, van de wet zijn de volgende : 1° de controle- en andere documenten die in het bezit zijn van bedrijfsrevisoren of auditkantoren worden enkel overgemaakt indien de bevoegde autoriteit van het derde land de redenen in haar verzoek verstrekt die het verzoek tot toegang tot deze documenten verantwoorden;2° de overgedragen controle- of andere documenten mogen enkel gebruikt worden onder de voorwaarden van het artikel 5;3° de samenwerking vindt plaats onder de controle van de Kamer van verwijzing en instaatstelling.Zij beslist per geval over het gevolg geven aan een verzoek tot samenwerking; 4° indien vertrouwelijke informatie vervat in de documenten bedoeld in 1°, door de verzoekende autoriteit wordt overgemaakt aan andere autoriteiten om een wettelijke vereiste na te komen, kan deze informatie enkel door deze derde partij gebruikt worden onder dezelfde voorwaarden en volgens dezelfde beperkingen opgelegd aan de verzoekende autoriteit;5° de verzoekende partij heeft de nodige veiligheidsmaatregelen getroffen om de vertrouwelijkheid van de overgedragen documenten, bedoeld in 1°, te verzekeren;6° het verzoek kan in het bijzonder worden geweigerd: a) indien de verstrekking van de gevraagde documenten vatbaar is voor het aantasten van de soevereiniteit, de veiligheid of de openbare orde van België of van de andere lidstaten van de Europese Unie;b) indien in België met betrekking tot dezelfde handelingen en tegen dezelfde personen als deze bedoeld in het verzoek, reeds een gerechtelijke procedure, inclusief een strafrechtelijke, is ingeleid;c) indien een beslissing van de Belgische bevoegde autoriteiten voor dezelfde handelingen en tegen dezelfde personen als deze bedoeld in het verzoek, in kracht van gewijsde is gegaan. § 2. Indien een besluit van adequaatheid van een derde land een specifieke vorm van samenwerking voorziet, herneemt het samenwerkingsakkoord de specifieke regelingen vermeld in het besluit. § 3. De voorwaarden voorzien in dit artikel zijn van toepassing onverminderd de naleving van de voorafgaande voorwaarden bedoeld in het artikel 77decies van de wet.

Art. 5.De overgedragen controle- of andere documenten mogen alleen gebruikt worden door de verzoekende autoriteit voor de uitoefening van de opdrachten van publiek toezicht, kwaliteitscontrole en onderzoek die gelijkwaardig verklaard zijn overeenkomstig artikel 46, lid 2, van de Richtlijn 2006/43/EG.

Art. 6.§ 1. Het samenwerkingsakkoord met de autoriteit van een derde land dat niet adequaat verklaard is inzake de behandeling van persoonsgegevens, bevat bovendien volgende specifieke bindende bepalingen die verduidelijken dat: 1° de uitwisseling van persoonsgegevens enkel toegelaten is voor de doeleinden opgenomen in het akkoord;het eerste doel is om bevoegde autoriteiten toe te laten hun respectieve taken uit te oefenen inzake publiek toezicht, kwaliteitscontrole en onderzoeken van wettelijke auditors; 2° de partijen er zich van verzekeren dat de uitgewisselde gegevens terzake dienend, toereikend en nauwkeurig zijn, en zo nodig, worden bijgewerkt en niet overmatig zijn, uitgaande van de doeleinden waarvoor zij worden verkregen of waarvoor zij verder worden verwerkt;3° de persoon waarvan men de gegevens uitwisselt het recht heeft om geïnformeerd te zijn, overeenkomstig de wet van 8 december 1992;4° de persoon waarvan men de gegevens uitwisselt, het recht heeft om een toegang, een verbetering of een verwijdering te vragen van alle onjuiste of onvolledige gegevens, overeenkomstig de wet van 8 december 1992;5° de persoonsgegevens niet langer bewaard worden dan de tijd nodig voor de verwezenlijking van de doeleinden waarvoor zij worden verkregen of verder worden verwerkt. § 2. De vereisten bedoeld in § 1 kunnen eveneens het voorwerp zijn van een afzonderlijk akkoord met een bindend karakter. § 3. Deze vereisten zijn van toepassing onverminderd de vereisten bepaald in de wet en de vereisten bedoeld in artikel 4 van dit besluit. HOOFDSTUK 4. - Procedure

Art. 7.De Kamer van verwijzing en instaatstelling informeert de minister bevoegd voor Economie en de Hoge Raad voor de Economische Beroepen minstens 15 dagen vóór de ondertekening dat een samenwerkingsakkoord zal worden ondertekend. Deze laatste informeert op zijn beurt de organen van het systeem van publiek toezicht.

Art. 8.Dit samenwerkingsakkoord met een autoriteit van een derde land wordt voorafgaandelijk ter advies voorgelegd aan de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.

Art. 9.Elk samenwerkingsakkoord alsook zijn eventuele bijlagen en een akkoord inzake de bescherming van de persoonsgegevens, wordt gepubliceerd op de website van het Belgisch systeem van publiek toezicht. HOOFDSTUK 5. - Slotbepaling

Art. 10.De minister bevoegd voor Economie en de minister bevoegd voor Justitie zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 25 april 2014.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Economie, J. VANDE LANOTTE De Minister van Justitie, Mevr. A. TURTELBOOM

^