Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 26 april 1999
gepubliceerd op 18 december 1999

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 november 1997, gesloten in het Paritair Comité voor kleding- en confectiebedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 april 1979, houdende coördinatie van de statuten van het « Sociaal Waarborgfonds voor de kleding- en confectienijverheid »

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1999012256
pub.
18/12/1999
prom.
26/04/1999
ELI
eli/besluit/1999/04/26/1999012256/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

26 APRIL 1999. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 november 1997, gesloten in het Paritair Comité voor kleding- en confectiebedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 april 1979, houdende coördinatie van de statuten van het « Sociaal Waarborgfonds voor de kleding- en confectienijverheid » (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 april 1979, gesloten in het Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf, houdende coördinatie van de statuten van het "Sociaal Waarborgfonds voor de kleding- en confectienijverheid", algemeen verbindend verklaard bij het koninklijk besluit van 11 december 1979, inzonderheid op de artikelen 3, 14 en 15 van de statuten, gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 maart 1995, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 30 mei 1997;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor kleding- en confectiebedrijf;

Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 6 november 1997; gesloten in het Paritair Comité voor kleding- en confectiebedrijf, tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 april 1979, houdende coördinatie van de statuten van het « Sociaal Waarborgfonds voor de kleding- en confectienijverheid ».

Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 26 april 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Koninklijk besluit van 11 december 1979, Belgisch Staatsblad van 9 januari 1980.

Koninklijk besluit van 30 mei 1997, Belgisch Staatsblad van 21 oktober 1997.

Bijlage Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 6 november 1997 Wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 april 1979, houdende coördinatie van de statuten van het « Sociaal Waarborgfonds voor de kleding- en confectienijverheid » (Overeenkomst geregistreerd op 28 januari 1998 onder het nummer 46938/CO/109)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters, hierna werklieden genoemd, van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf ressorteren.

Art. 2.In artikel 3 van de statuten van het "Sociaal Waarborgfonds voor de kleding- en confectienijverheid", vastgesteld bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 23 april 1979, gesloten in het Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf, houdende coördinatie van de statuten van het "Sociaal Waarborgfonds voor de kleding- en confectienijverheid", algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 11 december 1979, laatst gewijzigd bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 24 maart 1995, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 30 mei 1997, worden de derde, zevende, achtste en negende doelstellingen vervangen door de volgende bepalingen : « 3° het verrichten van de betaling van de aanvullende vergoeding in het kader van het conventioneel brugpensioen voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf, evenals van de bijzondere werkgeversbijdragen, bepaald bij artikel 268 van de programmawet van 22 december 1989 bij artikel 141 van de wet houdende sociale bepalingen van 29 december 1990 en bij de wet van 3 april 1995 houdende maatregelen tot bevordering van de tewerkstelling; 7° het uitkeren van de vergoeding, voorzien bij collectieve arbeidsovereenkomst van 3 juli 1991, gesloten in het Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf, betreffende de bijkomende uitkering voor bestaanszekerheid, en van de vergoeding, voorzien bij collectieve arbeidsovereenkomst van 17 juni 1997, gesloten in bovenvermeld paritair comité, betreffende de bijkomende uitkering voor bestaanszekerheid;8° het uitkeren van de vergoeding, voorzien bij artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf, houdende maatregelen ten voordele van de werkgelegenheid en de vorming;9° de uitkering van de bijdrage betaald overeenkomstig artikel 14, § 3 van deze statuten, ter financiering van het "Instituut voor Vorming en Onderzoek in de Confectie" en ter uitvoering van artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 mei 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf, houdende maatregelen ten voordele van de werkgelegenheid en de vorming.».

Art. 3.Artikel 14 van dezelfde statuten wordt vervangen door de volgende bepalingen : «

Art. 14.§ 1. Het Fonds beschikt over de door de werkgevers verschuldigde bijdragen, bedoeld in artikel 15 van deze statuten. § 2. Ter uitvoering van artikel 3, 6° van deze statuten maakt het Fonds, onmiddellijk na ontvangst van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen, aan het "Fonds voor Bestaanszekerheid voor het kleding- en confectiebedrijf" een als volgt vastgesteld bedrag over : - van 1 juli 1996 tot 31 december 1997 : 0,44 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen; - van 1 januari 1998 tot 30 juni 1999 : 0,42 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen. § 3. Ter uitvoering van artikel 3, 9° van deze statuten maakt het Fonds, onmiddellijk na ontvangst van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen, aan het "Instituut voor Vorming en Onderzoek in de Confectie (IVOC)" een als volgt vastgesteld bedrag over : - van 1 juli 1996 tot 30 juni 1997 : 6,67 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen; - van 1 juli 1997 tot 30 juni 1998 : 4,44 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen; - van 1 juli 1998 tot 30 juni 1999 : 4,17 pct. van de in § 1 van dit artikel bedoelde bijdragen. ».

Art. 4.Artikel 15 van dezelfde statuten wordt vervangen door de volgende bepalingen : «

Art. 15.§ 1. Van 1 juli 1996 tot 31 december 1997 worden de werkgeversbijdragen bepaald op 2,25 pct. van de brutolonen der werklieden. § 2. Van 1 januari 1998 tot 30 juni 1999 worden de werkgeversbijdragen bepaald op 2,40 pct. van de brutolonen der werklieden. § 3. Het bedrag van de bijdrage kan alleen worden gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst afgesloten in het Paritair Comité voor het kleding- en confectiebedrijf en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit. ».

Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997 en houdt op van kracht te zijn op 30 juni 1999.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 26 april 1999.

De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET

^