Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 26 januari 2014
gepubliceerd op 10 februari 2014

Koninklijk besluit houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Algemene Raad van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2014022032
pub.
10/02/2014
prom.
26/01/2014
ELI
eli/besluit/2014/01/26/2014022032/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

26 JANUARI 2014. - Koninklijk besluit houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Algemene Raad van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, op artikelen 16, 9° ;

Gelet op het advies van de Algemene Raad van 9 december 2013;

Op de voordracht van de Minister van Sociale zaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het hierbij gevoegde huishoudelijk reglement van de Algemene Raad van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering is goedgekeurd.

Art. 2.Het koninklijk besluit van 3 november 1993 houdende goedkeuring van de huishoudelijke reglementen van de Algemene Raad en van het Verzekeringscomité voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering wordt opgeheven.

Art. 3.De minister bevoegd voor Sociale Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 26 januari 2014.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen, Mevr. L. ONKELINX

Bijlage bij het koninklijk besluit houdende goedkeuring van het huishoudelijk reglement van de Algemene Raad van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering van 26 januari 2014 : Huishoudelijk reglement van de Algemene Raad

Artikel 1.De Algemene Raad vergadert ofwel op initiatief van de voorzitter, ofwel op verzoek van de Minister die de Sociale Voorzorg in zijn bevoegdheid heeft, ofwel op schriftelijke vraag van ten minste drie leden waarin het ontwerp van de vergadering wordt vermeld.

De Algemene Raad wordt bijeengeroepen door de voorzitter. Ingeval de voorzitter verhinderd is, wordt de Algemene Raad bijeengeroepen door een ondervoorzitter. De voorzitter en de ondervoorzitters kunnen hun bevoegdheid tot het ondertekenen van de uitnodigingen overdragen aan de leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige verzorging.

De uitnodigingen worden ten minste vijf dagen vóór de datum van de vergadering verzonden; in geval van dringende noodzakelijkheid kan die termijn worden verkort. In de uitnodigingen is de agenda van de vergadering vermeld.

Art. 2.Alleen de aangelegenheden die op de agenda zijn ingeschreven, worden besproken.

De Algemene Raad kan van deze bepaling afwijken indien de meerderheid van de aanwezige leden daartoe beslist.

Art. 3.De vergaderingen van de Algemene Raad zijn niet openbaar. De leden van de Algemene Raad en de ambtenaren van het Instituut die de vergaderingen bijwonen, zijn ertoe gehouden het vertrouwelijk karakter van de besproken documenten alsmede van de beraadslagingen en beslissingen en van de stemmingen te eerbiedigen.

Zonder afbreuk te doen aan het eerste lid, worden alle stukken die betrekking hebben op de agenda en op de verschillende punten van de agenda van de vergaderingen van de Algemene Raad, onder elektronische vorm ter beschikking gesteld van de leden van de Raad en van de personen gemandateerd door deze laatsten. Op uitdrukkelijke vraag van een lid, worden de stukken hem onder papieren vorm toegestuurd samen met de uitnodiging.

Art. 4.De Algemene Raad stelt de Minister die de Sociale Voorzorg in zijn bevoegdheid heeft de benoeming van twee ondervoorzitters voor.

Dezen worden uit de stemgerechtigde leden van de Algemene Raad voorgedragen op eenvoudige meerderheid van de leden die deelnemen aan de stemming.

Art. 5.Ingeval de voorzitter verhinderd is, wordt de vergadering voorgezeten door de oudste ondervoorzitter.

Art. 6.De Algemene Raad kan voor de behandeling van bijzondere aangelegenheden personeelsleden van het Instituut alsmede andere bijzonder bevoegde personen ter raadpleging oproepen.

De voorzitter kan de leden die daarom verzoeken, toestaan zich door een technicus te laten bijstaan voor de behandeling van bijzondere aangelegenheden die op de agenda zijn vermeld.

Art. 7.§ 1. De stemmingen geschieden bij handopheffing. Er wordt geheim gestemd wanneer dat door ten minste drie leden wordt gevraagd. § 2. De voorstellen betreffende de algemene beleidslijnen en de vaststelling van de jaarlijkse begrotingsdoelstelling (artikel 12, § 1, 1°, van de wet van 9 augustus 1963), het opmaken van de begroting van de verzekering voor geneeskundige verzorging (artikel 12, § 1, 3°, van dezelfde wet), het afsluiten van de rekeningen van de verzekering voor geneeskundige verzorging (artikel 12, § 1, 4°, van dezelfde wet) en de overeenstemming van de overeenkomsten en akkoorden met de begroting (artikel 12, § 1, 7°, van dezelfde wet) zijn slechts goedgekeurd wanneer ze de meerderheid van de stemmen behalen van de stemgerechtigde leden, inclusief de stemmen van alle leden die de overheid vertegenwoordigen, overeenkomstig artikel 12, § 3 van dezelfde wet.

Art. 8.De notulen van de vergaderingen van de Algemene Raad waarin de besprekingen bondig worden samengevat en de beslissingen worden vermeld, worden in het Frans en in het Nederlands opgesteld door toedoen van de leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige verzorging bijgestaan door personeelsleden van de Dienst die door hem zijn aangewezen.

De notulen worden aan de leden gezonden; ze worden ondertekend door de voorzitter of door de ondervoorzitter die de vergadering heeft voorgezeten en door de leidend ambtenaar.

Ze worden ter goedkeuring voorgelegd op de eerstvolgende vergadering na die waarop ze betrekking hebben, voor zover ze sedert ten minste vijf dagen aan de leden zijn gestuurd.

Art. 9.Ingeval een werkend lid verhinderd is een vergadering bij te wonen, kan de organisatie die hij vertegenwoordigt, hem vragen door een plaatsvervangend lid.

Art. 10.De eventuele omzendbrieven betreffende de door de Algemene Raad genomen beslissingen worden ondertekend door de leidend ambtenaar.

Art. 11.Overeenkomstig de bepalingen van artikel 114, § 2, van de wet van 9 augustus 1963, omschrijft de Algemene Raad de bevoegdheden inzake dagelijks beheer van de leidend ambtenaar van de Dienst voor geneeskundige verzorging als volgt : 1° inwendige organisatie van de diensten;2° ontvangst en ondertekening van de correspondentie; de Leidend Ambtenaar kan zonder bijkomende formaliteit een ander personeelslid van de Dienst voor geneeskundige verzorging aanwijzen dat eigenhandig bepaalde correspondentie mag ondertekenen; 3° ondertekening van de kennisgevingen van ontvangst en van de ontlastingen die met name aan de Besturen der Posterijen en der Spoorwegen moeten worden gegeven voor telegrammen, aangetekende brieven, colli, enz.; 4° voorstellen tot verbintenis betreffende het aankopen, huren en onderhouden van materieel, meubilair, machines, rijtuigen, kantoorbehoeften en alle andere kosten, die op de begroting zijn uitgetrokken;5° toestemming voor de dienstreizen van de personeelsleden van de Dienst voor geneeskundige verzorging;6° verlenen van gewoon en gelegenheidsverlof aan het personeel van de Dienst voor geneeskundige verzorging;7° uitoefenen van de door de Algemene Raad verleende delegaties van bevoegdheden.

Art. 12.Als de leidend ambtenaar de uitoefening van sommige bevoegdheden inzake dagelijks beheer overdraagt aan een personeelslid van de Dienst voor geneeskundige verzorging, licht hij de Algemene Raad daarover in, behalve voor de ondertekening van de in artikel 11, 2°, bedoelde correspondentie.

Art. 13.De voorlopige voorstellen inzake de aan ambtenaren en beambten van de Dienst voor geneeskundige verzorging op te leggen tuchtstraffen worden door de leidend ambtenaar gedaan.

Art. 14.In uitzonderlijke omstandigheden en/of om dringende redenen kan de Raad volgens een schriftelijke procedure (bv : brief, fax of e-mail) een vergadering bijeenroepen.

In dat geval wordt de ontwerp-beslissing van de Raad samen met de agenda en het dossier verspreid. De leden van de Raad worden uitgenodigd hun kritiek en/of opmerkingen binnen een termijn van drie werkdagen schriftelijk mee te delen.

In geval van formeel verzet van een stemgerechtigd werkend lid van de Raad wordt de ontwerp-beslissing op de agenda geplaatst van de volgende vergadering van de Raad.

De eventuele aanmerkingen, opmerkingen of commentaren die geen weerslag hebben op de ontwerp-beslissing, worden bij de notulen (van de volgende vergadering) gevoegd.

Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 26 januari 2014.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, belast met Beliris en de Federale Culturele Instellingen, Mevr. L. ONKELINX

^