Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 26 mei 1999
gepubliceerd op 09 december 1999

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 april 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters, betreffende de eindejaarspremie

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
1999012381
pub.
09/12/1999
prom.
26/05/1999
ELI
eli/besluit/1999/05/26/1999012381/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

26 MEI 1999. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 april 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters, betreffende de eindejaarspremie (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters;

Op de voordracht van Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 april 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters, betreffende de eindejaarspremie.

Art. 2.Onze Minister van Tewerkstelling en Arbeid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 26 mei 1999.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 april 1997 Eindejaarspremie (Overeenkomst geregistreerd op 16 september 1997 onder het nummer 45065/CO/107) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, de werklieden en werksters van de ondernemingen ressorterend onder het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 juni 1991, gesloten in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters, betreffende de eindejaarspremie, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 27 mei 1992 (Belgisch Staatsblad van 15 augustus 1992). HOOFDSTUK II. - Eindejaarspremie

Art. 2.In de ondernemingen bedoeld onder artikel 1 wordt vanaf 1997 een eindejaarspremie toegekend aan de werklieden en werksters die een anciënniteit hebben van een jaar in de onderneming op datum van 31 december.

Art. 3.De eindejaarspremie bedraagt 8,5 pct. van het brutoloon dat effectief werd verdiend tijdens de referteperiode.

Wordt als referteperiode beschouwd, de periode van 12 maanden die aanvangt op 1 januari van het kalenderjaar dat voorafgaat aan het jaar van de uitkering en eindigt op 31 december van datzelfde kalenderjaar.

Art. 4.De werklieden en werksters die voor 31 december onvrijwillig de onderneming verlaten en die op de vertrekdatum reeds tenminste één jaar anciënniteit in de onderneming tellen, hebben recht op deze eindejaarspremie naar rata van hun arbeidsprestaties vanaf januari tot de datum van hun vertrek.

Art. 5.De eindejaarspremie wordt ten vroegste uitbetaald met de eerste betalingsperiode volgend op 31 december en ten laatste op 16 januari daaropvolgend. HOOFDSTUK III. - Slotbepaling

Art. 6.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 1997 en is gesloten voor onbepaalde tijd.

Zij kan enkel met een opzeggingstermijn van drie maanden per een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter en aan de in het Paritair Comité voor de meester-kleermakers, de kleermaaksters en naaisters vertegenwoordigde organisaties, worden opgezegd.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 26 mei 1999.

De Minister van Tewerkstelling en Arbeid, Mevr. M. SMET

^