Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 26 mei 2002
gepubliceerd op 03 juli 2002

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 februari 1998 houdende uitvoeringsmaatregelen inzake de sociale identiteitskaart

bron
ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu
numac
2002022487
pub.
03/07/2002
prom.
26/05/2002
ELI
eli/besluit/2002/05/26/2002022487/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

26 MEI 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 22 februari 1998 houdende uitvoeringsmaatregelen inzake de sociale identiteitskaart


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 108 van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 december 1996 houdende maatregelen met het oog op de invoering van een sociale identiteitskaart ten behoeve van alle sociaal verzekerden, met toepassing van de artikelen 38, 40, 41 en 49 van de wet van 26 juli 1996 houdende de modernisering van de sociale zekerheid en tot vrijwaring van de wettelijke pensioenstelsels bekrachtigd bij de wet van 26 juni 1997, inzonderheid op artikel 5, tweede lid, gewijzigd bij de wet van 12 augustus 2000;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 februari 1998 houdende uitvoeringsmaatregelen inzake de sociale identiteitskaart, inzonderheid op de artikelen 44, 45, 46, gewijzigd bij koninklijk besluit van 8 december 1998, en 48;

Gelet op het advies van het Beheerscomité van de Kruispuntbank van de sociale zekerheid gegeven op 30 januari 2001;

Gelet op het advies van het Verzekeringscomité van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering uitgebracht op 6 november 2000 en op het advies van het Comité van de Dienst voor administratieve controle van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, gegeven op 27 maart 2001;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 1 augustus 2001;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 24 januari 2002;

Gelet op het besluit van de Ministerraad over het verzoek om advies door de Raad van State binnen een termijn van een maand;

Gelet op advies 33.134/1 van de Raad van State, gegeven op 18 april 2002, met toepassing van artikel 84, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers;

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 44 van het koninklijk besluit van 22 februari 1998 houdende uitvoeringsmaatregelen inzake de sociale identiteitskaart, wordt aangevuld met het volgende lid : « Een beroepskaart voor geneeskundige verzorging en de bijbehorende geheime code worden onder de verantwoordelijkheid van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering, op hun verzoek uitgereikt aan de zorgverleners bedoeld in artikel 37, derde lid. »

Art. 2.Artikel 45 van hetzelfde besluit wordt vervangen door de volgende bepaling : «

Art. 45.Een of meer reserve beroepskaarten kunnen door de in artikel 43 bedoelde veiligheidsconsulenten, door de apothekers, door de personen belast met het dagelijks bestuur van de instellingen en diensten en door de individuele zorgverleners worden aangevraagd. »

Art. 3.Artikel 46 van hetzelfde koninklijk besluit, gewijzigd bij koninklijk besluit van 8 december 1998, wordt gewijzigd als volgt : 1° in het eerste lid wordt de zin « De veiligheidsconsulenten van de in artikel 43 bedoelde instellingen zien toe op, en de apothekers zijn verantwoordelijk voor, de veiligheid van het informatiesysteem in verband met het gebruik van de beroepskaart voor geneeskundige verzorging binnen hun instelling of apotheek » vervangen door de volgende bepaling : « De zorgverleners zijn verantwoordelijk voor de veiligheid van het informatiesysteem in het raam van het gebruik van de beroepskaart voor geneeskundige verzorging binnen hun instelling, dienst, apotheek of activiteitencentrum.» 2° Er wordt een derde lid toegevoegd, luidende : « De individuele zorgverleners aan wie een beroepskaart voor geneeskundige verzorging is uitgereikt, zijn verantwoordelijk voor het goede gebruik hiervan en voor de teruggave aan het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering wanneer ze hun activiteit beëindigen.»

Art. 4.Artikel 48, tweede lid, van hetzelfde besluit wordt gewijzigd als volgt : 1° de zin « identificatie van de instellingen bedoeld in artikel 43 en van de apothekers » wordt vervangen door de volgende zin « identificatie van de zorgverleners »;2° de zin « - informatie nodig voor het beheer van de betrekkingen met de instellingen en de apothekers » wordt vervangen door de volgende zin : « -informatie nodig voor het beheer van de betrekkingen met die zorgverleners, ».

Art. 5.Dit besluit treedt in werking de eerste dag van de maand na die waarin het in het Belgisch Staatsblad is bekendgemaakt.

Art. 6.Onze Minister van Sociale Zaken en Pensioenen is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 26 mei 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Pensioenen, F. VANDENBROUCKE

^