Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 26 oktober 2015
gepubliceerd op 07 december 2015

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 januari 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de grondafhandeling op luchthavens, betreffende de voortgezette opleiding van de werknemers

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2015203681
pub.
07/12/2015
prom.
26/10/2015
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

26 OKTOBER 2015. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 januari 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de grondafhandeling op luchthavens, betreffende de voortgezette opleiding van de werknemers (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de grondafhandeling op luchthavens;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 januari 2015, gesloten in het Paritair Subcomité voor de grondafhandeling op luchthavens, betreffende de voortgezette opleiding van de werknemers.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 26 oktober 2015.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, K. PEETERS _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de grondafhandeling op luchthavens Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 januari 2015 Voortgezette opleiding van de werknemers (Overeenkomst geregistreerd op 30 maart 2015 onder het nummer 126220/CO/140.04) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.§ 1. Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en hun werknemers die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de grondafhandeling op luchthavens. § 2. Onder "grondafhandeling" wordt begrepen : platform-, passagiers-, bagage-, grondtransport- en vracht- en postafhandeling en bijstand aan bemanning.

Onder "luchthavens" wordt begrepen : elk bepaald grond- of wateroppervlak (met gebouwen, installaties en materiaal) in hoofdzaak bestemd om, geheel of gedeeltelijk, door derden te worden gebruikt voor de aankomst, het vertrek en de bewegingen van vliegtuigen op het oppervlak.

Het Paritair Subcomité voor de grondafhandeling op luchthavens is niet bevoegd voor ondernemingen voor grondafhandeling op luchthavens die vallen onder de bevoegdheid van het Paritair Comité voor de petroleumnijverheid en -handel, het Paritair Comité voor de schoonmaak, het Paritair Comité voor de handel in brandstoffen, het Paritair Comité voor het hotelbedrijf of het Paritair Comité voor de handelsluchtvaart, uitgezonderd de ondernemingen die luchthavens beheren. § 3. Onder "werknemers" wordt begrepen : de arbeiders en arbeidsters van werkgevers bedoeld in § 1 aangegeven in de RSZ-categorie 283 met werknemerskengetal 015 of 027.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst is evenwel niet van toepassing op : a) de leerlingen aangegeven in de RSZ-categorie 283 met werknemerskengetal 035;b) de leerlingen die vanaf 1 januari van het jaar waarin ze 19 jaar worden, aangegeven worden met werknemerskengetal 015, maar werken onder leercontract zoals aangegeven aan de RSZ met vermelding type leerling in de zone "type leercontract".

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van artikel 30 van de wet van 23 december 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/12/2005 pub. 30/12/2005 numac 2005021175 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet betreffende het generatiepact sluiten betreffende het Generatiepact, gepubliceerd in het Belgische Staatsblad van 30 december 2005 en van haar uitvoerings-koninklijk besluit van 11 oktober 2007 (Belgisch Staatsblad van 15 december 2007) en van de programmawet van 29 maart 2012 (Belgisch Staatsblad van 6 april 2012).

Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft tot doel te voldoen aan de opleidingsinspanning van 1,9 pct. van de loonmassa. De sectorale partners engageren zich om een bijkomende inspanning te realiseren op het vlak van voortgezette opleiding door te voorzien in : - de financiële ondersteuning van bedrijfsgerichte opleidingen; - het storten van een sectoraal gesolidariseerde bijdrage voor voortgezette opleiding.

Om deze doelstelling te bereiken wordt voorzien in een werkgeversbijdrage aan het SFAL. HOOFDSTUK II. - Begrippen

Art. 3.Voor de toepassing van deze overeenkomst wordt bedoeld onder : - "SFAL" : het "Sociaal Fonds voor de afhandeling op luchthavens" opgericht bij collectieve arbeidsovereenkomst van 11 december 2009 tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid, genaamd "Sociaal Fonds voor de afhandeling op luchthavens" en tot vaststelling van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 5 augustus 2011 (Belgisch Staatsblad 14 september 2011), gewijzigd en opgeheven door de collectieve arbeidsovereenkomst "Wijziging van de statuten van het fonds voor bestaanszekerheid" van 15 september 2011, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 5 december 2012 (Belgisch Staatsblad van 28 februari 2013). - "Voortgezette opleiding" : een door één of meerdere werknemers gevolgde opleiding, die duidelijk tot doel heeft de professionele kwalificaties van de werknemers te verhogen of te behouden, en kadert in de wet van 23 december 2005Relevante gevonden documenten type wet prom. 23/12/2005 pub. 30/12/2005 numac 2005021175 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet betreffende het generatiepact sluiten betreffende het Generatiepact.

Het betreft dus geen algemene vorming. De opleiding moet geheel of gedeeltelijk gefinancierd worden door de onderneming. - Onder "voortgezette opleiding" verstaat men : zowel de formele als informele opleiding, ontwikkeld en verzorgd door de onderneming zelf (de interne opleiding genoemd) of ontwikkeld en verzorgd door een organisme dat geen deel uitmaakt van de onderneming (externe opleiding genoemd), zoals bepaald in het koninklijk besluit van 10 februari 2001 tot uitvoering van het Wetboek van vennootschappen. - "Opleidingsbudget" : vanaf 2014 heeft elke onderneming uit de sector recht op een opleidingsbudget. De onderneming kan dit budget aanwenden om opleiding van werknemers van de onderneming, aangegeven onder RSZ-categorie 283, te bekostigen. HOOFDSTUK III. - Financiering voortgezette opleiding

Art. 4.De sociale partners verbinden er zich toe om met ingang van 2015 de opleidingsinspanning met 0,1 pct. te verhogen. De verhoging van deze opleidingsinspanning wordt gerealiseerd door de verhoging van de werkgeversbijdrage aan het SFAL met 0,1 pct. van de lonen aangegeven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aan 108 pct..

Deze verhoging werd vastgelegd in de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 februari 2014 "Vaststelling van de bijdrage verschuldigd aan het "Sociaal Fonds voor de afhandeling op luchthavens"".

Art. 5.De sociale partners verbinden er zich toe de deelnemingsgraad aan de voortgezette opleiding voor het geheel van de sector voor de jaren 2015 en 2016 met 5 pct. te verhogen.

Art. 6.Het SFAL zal een verslag afleveren, dat een overzicht geeft van de geleverde opleidingsinspanningen in de subsector afhandeling op luchthavens over de jaren 2015 en 2016. Dit verslag heeft specifiek aandacht voor het doelpubliek, de participatiegraad en de aard van de opleiding. Dit verslag wordt uiterlijk op respectievelijk 30 april 2016 en 30 april 2017 aan de voorzitter van het paritair subcomité overgemaakt. HOOFDSTUK IV. - Vergoeding voor de uren voortgezette opleiding

Art. 7.De uren voortgezette opleiding genoten door de werknemers ressorterende onder het Paritair Subcomité voor de grondafhandeling op luchthavens, dienen zich binnen de arbeidstijd te bevinden, en worden betaald met een vergoeding gelijk aan het normale uurloon. HOOFDSTUK V. - Financiële tussenkomst door het SFAL

Art. 8.Met uitzondering van de lonen van de deelnemende werknemers betaald voor de uren vermeld onder artikel 7 van deze collectieve arbeidsovereenkomst, geven de kosten voor de voortgezette opleiding georganiseerd door de werkgever recht op een financiële tussenkomst van het SFAL.

Art. 9.De financiering van de bijkomende financiële inspanningen voor voortgezette opleiding bepaald in artikel 2 gebeurt door een werkgeversbijdrage aan het SFAL van 0,1 pct. van de lonen aangegeven aan de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid aan 108 pct..

Art. 10.Jaarlijks wordt aan iedere werkgever een opleidingsbudget toegekend, berekend in functie van het aantal arbeiders in dienst bij de werkgever op 1 januari van het betrokken jaar.

De procedure van berekening, operationele uitvoering en toekenning berust bij het SFAL. HOOFDSTUK VI. - Geldigheidsduur

Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst van bepaalde duur gaat in op 1 januari 2015 om te eindigen op 31 december 2016.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst kan door elke contracterende partij worden opgezegd. Deze opzegging moet minstens drie maanden op voorhand geschieden bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Subcomité 140.04, die zonder verwijl de betrokken partijen in kennis zal stellen. De termijn van 3 maanden begint te lopen vanaf de datum van verzending van bovengenoemde aangetekende brief.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 26 oktober 2015.

De Minister van Werk, K. PEETERS

^