Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 27 januari 2004
gepubliceerd op 23 februari 2004

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 maart 1954 tot regeling der luchtvaart

bron
federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer
numac
2004014030
pub.
23/02/2004
prom.
27/01/2004
ELI
eli/besluit/2004/01/27/2004014030/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

27 JANUARI 2004. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 15 maart 1954 tot regeling der luchtvaart


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Verdrag inzake de internationale burgerlijke luchtvaart, ondertekend te Chicago op 7 december 1944 en goedgekeurd bij de wet van 30 april 1947, inzonderheid op Bijlage 14, deel I;

Gelet op de wet van 27 juni 1937 houdende herziening van de wet van 16 november 1919 betreffende de regeling der luchtvaart, inzonderheid op artikel 5, §§ 1 en 2, gewijzigd bij de wet van 2 januari 2001;

Gelet op het koninklijk besluit van 15 maart 1954 tot regeling der luchtvaart, inzonderheid op hoofdstuk VI, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 30 april 1964, 31 augustus 1970, 31 augustus 1979 en 6 december 1989;

Gelet op de vervulling van de procedure van de Richtlijn 98/34/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 juni 1998 betreffende een informatieprocedure op het gebied van normen en technische voorschriften;

Gelet op de omstandigheid dat de gewestregeringen bij het ontwerpen van dit besluit betrokken zijn;

Gelet op het advies van de Raad van State nr. 35.855/4 van 24 september 2003, Op de voordracht van Onze Minister van Mobiliteit, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In hoofdstuk VI van het koninklijk besluit van 15 maart 1954 tot regeling der luchtvaart wordt een artikel 43bis ingevoegd, luidende : « Art. 43bis . § 1. De technische eisen voor het gebruik van de luchtvaartterreinen die openstaan voor internationaal luchtverkeer en beschikken over minstens één baan met een lengte die gelijk is aan of groter is dan 1 200 meter zijn deze van Bijlage 14, deel I, bij het Verdrag betreffende de internationale burgerlijke luchtvaart.

De Minister bevoegd voor de luchtvaart of de directeur-generaal van het Directoraat-generaal Luchtvaart kan, wanneer dit nodig blijkt om de veiligheid van het luchtverkeer te waarborgen, één of meerdere van de aanbevelingen die opgenomen zijn in Bijlage 14, deel I, verplicht maken.

Elke belanghebbende kan kennis nemen van Bijlage 14, deel I, op het Directoraat-generaal Luchtvaart. § 2. Een certificatie wordt uitgereikt door de directeur-generaal van het Directoraat-generaal Luchtvaart voor het luchtvaartterrein dat beantwoordt aan de voorwaarden van § 1.

Een dergelijke certificatie wordt « Aerodrome certificate - Annex 14 » genoemd.

De aanvraag tot certificatie wordt gericht aan de directeur-generaal van het Directoraat-generaal Luchtvaart in de vorm en volgens de nadere regelen die hij vaststelt. § 3. De Minister bevoegd voor de luchtvaart of de directeur-generaal van het Directoraat-generaal Luchtvaart bepaalt de geldigheidsduur en de voorwaarden voor hernieuwing van de certificatie. § 4. De certificatie kan door de directeur-generaal van het Directoraat-generaal Luchtvaart beperkt, geschorst of ingetrokken worden voor de duur die hij vaststelt. § 5. De directeur-generaal van het Directoraat-generaal Luchtvaart wijst de ambtenaren van het Directoraat-generaal Luchtvaart aan die de nodige audits, controles en inspecties uitvoeren op de luchtvaartterreinen. Daartoe hebben zij vrije toegang tot de verschillende plaatsen die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van hun opdrachten. § 6. De luchtvaartterreinen die operationeel zijn op de datum van inwerkingtreding van dit artikel, beschikken over een termijn van 3 maanden te rekenen vanaf deze datum om hun aanvraag tot certificatie overeenkomstig § 2, tweede lid in te dienen. Deze luchtvaartterreinen moeten, ten laatste 12 maanden na de inwerkingtreding van dit besluit, de certificatie bedoeld in § 2 bekomen hebben om voor het internationale luchtverkeer te kunnen openblijven. ».

Art. 2.Onze Minister bevoegd voor de luchtvaart is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 27 januari 2004.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit, B. ANCIAUX

^