Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 27 maart 2015
gepubliceerd op 20 april 2015

Koninklijk besluit tot opheffing van het koninklijk besluit van 18 oktober 2002 tot bepaling van sommige functies bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken waarvan de titularissen onderworpen zijn aan bijzondere dienstverplichtingen waardoor zij kosteloze vrije inwoning genieten, en waarvoor het hun bestuur materieel onmogelijk is ze ter plaatse te huisvesten

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2015000201
pub.
20/04/2015
prom.
27/03/2015
ELI
eli/besluit/2015/03/27/2015000201/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

27 MAART 2015. - Koninklijk besluit tot opheffing van het koninklijk besluit van 18 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/10/2002 pub. 25/10/2002 numac 2002000687 bron ministerie van binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot bepaling van sommige functies bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken waarvan de titularissen onderworpen zijn aan bijzondere dienstverplichtingen waardoor zij kosteloze vrije inwoning genieten, en waarvoor het hun bestuur materieel onmogelijk is ze ter plaatse te huisvesten sluiten tot bepaling van sommige functies bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken waarvan de titularissen onderworpen zijn aan bijzondere dienstverplichtingen waardoor zij kosteloze vrije inwoning genieten, en waarvoor het hun bestuur materieel onmogelijk is ze ter plaatse te huisvesten


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de Grondwet, de artikelen 37 en 107, tweede lid;

Gelet op het koninklijk besluit van 18 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/10/2002 pub. 25/10/2002 numac 2002000687 bron ministerie van binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot bepaling van sommige functies bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken waarvan de titularissen onderworpen zijn aan bijzondere dienstverplichtingen waardoor zij kosteloze vrije inwoning genieten, en waarvoor het hun bestuur materieel onmogelijk is ze ter plaatse te huisvesten sluiten tot bepaling van sommige functies bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken waarvan de titularissen onderworpen zijn aan bijzondere dienstverplichtingen waardoor zij kosteloze vrije inwoning genieten, en waarvoor het hun bestuur materieel onmogelijk is ze ter plaatse te huisvesten;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 6 februari 2014;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, d.d. 23 mei 2014;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Ambtenarenzaken, d.d. 24 juni 2014;

Gelet op het protocol van onderhandelingen nr. 2014/12 van het Sectorcomité V- Binnenlandse Zaken, gesloten op 29 augustus 2014;

Gelet op advies 56.704/4 van de Raad van State, gegeven op 27 oktober 2014, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Vice-Eerste Minister en Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken en de Staatssecretaris voor Asiel en Migratie en Administratieve Vereenvoudiging, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Het koninklijk besluit van 18 oktober 2002Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/10/2002 pub. 25/10/2002 numac 2002000687 bron ministerie van binnenlandse zaken Koninklijk besluit tot bepaling van sommige functies bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken waarvan de titularissen onderworpen zijn aan bijzondere dienstverplichtingen waardoor zij kosteloze vrije inwoning genieten, en waarvoor het hun bestuur materieel onmogelijk is ze ter plaatse te huisvesten sluiten tot bepaling van sommige functies bij het Ministerie van Binnenlandse Zaken waarvan de titularissen onderworpen zijn aan bijzondere dienstverplichtingen waardoor zij kosteloze vrije inwoning genieten, en waarvoor het hun bestuur materieel onmogelijk is ze ter plaatse te huisvesten wordt opgeheven.

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2014.

Art. 3.De minister bevoegd voor asiel en migratie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te, Brussel, 27 maart 2015.

FILIP Van Koningswege : Vice-Eerste Minister en Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, J. JAMBON De Staatssecretaris voor Asiel en Migratie en Administratieve Vereenvoudiging, T. FRANCKEN

^