Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 april 2014
gepubliceerd op 21 augustus 2014

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 31 oktober 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid, tot vaststelling van een werkgeversbijdrage aan het "Fonds voor de bevordering van de vormings- en tewerkstellingsinitiatieven van risicogroepen en bedienden in de scheikundige nijverheid"

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2014202213
pub.
21/08/2014
prom.
28/04/2014
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 APRIL 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 31 oktober 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid, tot vaststelling van een werkgeversbijdrage aan het "Fonds voor de bevordering van de vormings- en tewerkstellingsinitiatieven van risicogroepen en bedienden in de scheikundige nijverheid" (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 31 oktober 2013, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid, tot vaststelling van een werkgeversbijdrage aan het "Fonds voor de bevordering van de vormings- en tewerkstellingsinitiatieven van risicogroepen en bedienden in de scheikundige nijverheid".

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 28 april 2014.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/1958 pub. 31/03/2011 numac 2011000170 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de Fondsen voor bestaanszekerheid Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage Paritair Comité voor de bedienden uit de scheikundige nijverheid Collectieve arbeidsovereenkomst van 31 oktober 2013 Vaststelling van een werkgeversbijdrage een het "Fonds voor de bevordering van de vormings- en tewerkstellingsinitiatieven van risicogroepen en bedienden in de scheikundige nijverheid" (Overeenkomst geregistreerd op 11 december 2013 onder het nummer 118356/CO/207)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft hetzelfde toepassingsgebied als de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1991, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden van de scheikundige nijverheid, houdende oprichting van een "Fonds voor de bevordering van de vormings- en tewerkstellingsinitiatieven van risicogroepen en bedienden in de scheikundige nijverheid", verlengd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 31 oktober 2013.

Art. 2.Het bedrag van de werkgeversbijdrage die aan het fonds gestort wordt, op basis van artikel 11 van voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1991, wordt, overeenkomstig titel XIII, hoofdstuk VIII, afdelingen 1 en 2 van de wet van 27 december 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021363 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) sluiten houdende diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 28 december 2006), vastgesteld op : 0,20 pct. van de bruto weddemassa van de werknemers onder arbeidsovereenkomst voor bedienden voor de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2014.

De bedrijven die gelijkaardige initiatieven hebben genomen met het oog op de bevordering van de tewerkstelling van de risicogroepen overeenkomstig titel XIII, hoofdstuk VIII, afdelingen 1 en 2 van de wet van 27 december 2006Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006021363 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen (1) sluiten houdende diverse bepalingen (Belgisch Staatsblad van 28 december 2006), en deze hebben bekrachtigd in een collectieve arbeidsovereenkomst, neergelegd op de Griffie van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg zijn van deze bijdrage vrijgesteld.

Art. 3.Artikel 12 van voormelde collectieve arbeidsovereenkomst van 21 mei 1991, wordt vervangen door de volgende tekst : "Voor de periode 2013-2014 worden de bijdragen vermeld in artikel 11, als volgt geïnd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid : - voor het eerste tot en met het vierde kwartaal 2013 : nihil; - voor het eerste tot en met het vierde kwartaal 2014 : 0,40 pct. per kwartaal."

Art. 4.Vormingsinspanningen Van de hierboven vermelde totaal gestorte middelen zal een bedrag gelijk aan de bijdrage van 0,05 pct. op de brutolonen van de bedienden integraal gebruikt worden voor collectieve opleidingsprojecten. Een deel van de middelen zal gedurende de periode van deze collectieve arbeidsovereenkomst in het bijzonder worden aangewend om volgende 3 projecten vorm te geven en verder uit te werken : 1. een betere integratie in de sector van personen met een handicap;2. internationale solidariteit;3. verbetering van de instroom van jongeren en promotie van de sector bij de jongeren. De concrete modaliteiten en middelen voor deze 3 projecten zullen worden bepaald door het beheerscomité van het fonds voor vorming.

Het beheerscomité van het fonds voor vorming zal de nodige inspanningen en middelen bepalen conform de bepalingen van artikel 1 en 2 van het koninklijk besluit van 19 februari 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 19/02/2013 pub. 28/03/2013 numac 2013022102 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid 19 FEBRUARI 2013 - Koninklijk besluit tot wijziging van koninklijk besluit van 9 februari 2011 tot wijziging van artikel 2, A, van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen inzake verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen sluiten (Belgisch Staatsblad van 8 april 2013).

De sociale partners van de scheikundige nijverheid zullen gedurende de periode van de collectieve arbeidsovereenkomst binnen het fonds voor vorming eveneens de nodige initiatieven nemen ten einde de participatiegraad jaarlijks te verhogen met 5 pct.

Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is gesloten voor de duur van twee jaar, te weten van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2014.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst zal worden neergelegd op de Griffie van de Algemene Directie Collectieve Arbeidsbetrekkingen van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg en de algemeen verbindende kracht bij koninklijk besluit wordt gevraagd.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 april 2014.

De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK

^