Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 december 2005
gepubliceerd op 30 december 2005

Koninklijk besluit houdende uitvoering van artikel 6 van het koninklijk besluit van 28 december 2005 tot overname van de pensioenverplichtingen van het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2005023125
pub.
30/12/2005
prom.
28/12/2005
ELI
eli/besluit/2005/12/28/2005023125/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 DECEMBER 2005. - Koninklijk besluit houdende uitvoering van artikel 6 van het koninklijk besluit van 28 december 2005 tot overname van de pensioenverplichtingen van het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op artikel 108 van de Grondwet;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 december 2005 tot overname van de pensioenverplichtingen van het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen, inzonderheid artikel 6;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 23 december 2005;

Gelet op de akkoordbevinding van Onze Minister van Begroting van 27 december 2005;

Gelet op de hoogdringendheid, gemotiveerd door de omstandigheid dat : - De overname van de pensioenverplichtingen van het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen zal plaatsvinden met ingang van 1 januari 2006; - Dit impliceert dat de tegeldemaking van de investeringsportefeuille van het Pensioenfonds Havenbedrijf tijdig dient te worden voltooid zodat de liquide middelen tijdig aan de Staat worden overgemaakt; - De overname door de Staat van de pensioenverplichtingen van het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen en de modaliteiten van deze overname en van de vereffening van het Pensioenfonds Havenbedrijf hiertoe voorafgaandelijk moeten geregeld worden;

Op de voordracht van Onze Minister van Begroting en Onze Minister van Pensioenen, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° « Het koninklijk besluit » : het koninklijk besluit van 28 december 2005 tot overname van de pensioenverplichtingen van het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen;2° « Het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen » : het gemeentelijk havenbedrijf van de stad Antwerpen, autonoom gemeentebedrijf met rechtspersoonlijkheid, opgericht overeenkomstig de artikelen 263bis tot en met 263decies van de Nieuwe Gemeentewet;3° « De PDOS » : de Pensioendienst voor de Overheidssector bedoeld in artikel [3] van de Wet van 28 december 2005 tot oprichting van « de Pensioendienst voor de Overheidssector ».4° « Een compensatiebetaling » : een betaling verschuldigd door het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen aan de PDOS overeenkomstig de bepalingen van artikel 6 van het koninklijk besluit van 28 december 2005 tot overname van de pensioenverplichtingen van het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen.

Art. 2.§ 1. Indien het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen gehouden is een compensatiebetaling te verrichten overeenkomstig de bepalingen van artikel 6 van het koninklijk besluit, zal deze betaling gestort moeten worden aan de PDOS. Deze betaling zal moeten toekomen bij de PDOS binnen de 3 maanden die volgen op de kennisgeving bedoeld in artikel 2, § 3, lid 2, van dit besluit. § 2. Indien het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen niet voldoet aan de verplichtingen bepaald in § 1 van dit besluit, is het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen van rechtswege nalatigheidsintresten op de niet-gestorte sommen verschuldigd aan de PDOS. Deze intresten, waarvan het percentage op elk ogenblik gelijk is aan de wettelijke intrestvoet zoals vastgesteld met toepassing van de wet van 5 mei 1865 betreffende de lening tegen interest, beginnen te lopen vanaf de dag die volgt op de uiterste datum van betaling zoals bepaald in § 1. Indien het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen het bewijs levert dat het niet-storten van de compensatiebetaling binnen de bepaalde termijn toe te schrijven is aan uitzonderlijke omstandigheden, kan de Minister van Pensioenen een vrijstelling verlenen voor de betaling van voormelde nalatigheidintresten. De aanvraag tot vrijstelling moet bij de Minister van Pensioenen toekomen binnen de maand die volgt op de dag waarop het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen door de PDOS op de hoogte werd gebracht van het feit dat ze in gebreke is gebleven te voldoen aan de voormelde verplichtingen. § 3. Het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen brengt PDOS op de hoogte van elke wijziging die aangebracht wordt aan het geldelijk statuut die een verhoging van de rustpensioenen tot gevolg heeft met toepassing van artikel 12 van de Wet van 9 juli 1969 tot wijziging en aanvulling van de wetgeving betreffende de rust- en overlevingspensioenen van het personeel van de openbare sector. Deze mededeling vindt plaats binnen de maand na de aanneming van de wijziging.

De PDOS deelt aan het gemeentelijk havenbedrijf Antwerpen het bedrag van de compensatiebetaling mee dat verschuldigd is met toepassing van artikel 6, § 2, van het koninklijk besluit, alsook de nauwkeurige details van de berekening van dit bedrag. Deze kennisgeving vindt plaats binnen de drie maanden volgend op de eerste daadwerkelijke betaling van de pensioensverhoging aan de begunstigden.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2006.

Art. 4.De Ministers die bevoegd zijn voor Begroting en Pensioenen zijn, ieder wat hem betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 28 december 2005.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Begroting, Mevr. F. VAN DEN BOSSCHE De Minister van Pensioenen, B. TOBBACK

^