Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 januari 2002
gepubliceerd op 13 februari 2002

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 februari 1993 tot bepaling van de bijkomende of specifieke opdrachten in de besturen en andere diensten van de ministeries en in sommige instellingen van openbaar nut

bron
federale overheidsdienst personeel en organisatie
numac
2002002033
pub.
13/02/2002
prom.
28/01/2002
ELI
eli/besluit/2002/01/28/2002002033/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

28 JANUARI 2002. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 februari 1993 tot bepaling van de bijkomende of specifieke opdrachten in de besturen en andere diensten van de ministeries en in sommige instellingen van openbaar nut


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake ambtenarenzaken, inzonderheid op artikel 1, § 4, ingevoegd bij de programmawet van 30 december 2001 en op artikel 4, gewijzigd bij de wet van 30 maart 1994, het koninklijk besluit van 3 april 1997 en de wetten van 20 mei 1997, 22 maart 1999 en 26 maart 2001;

Gelet op het koninklijk besluit van 1 februari 1993 tot bepaling van de bijkomende of specifieke opdrachten in de besturen en andere diensten van de ministeries en in sommige instellingen van openbaar nut, inzonderheid op artikel 1, gewijzigd bij de wet van 22 juli 1993 en de koninklijke besluiten van 14 september 1994, 10 februari 1995, 10 april 1995, 6 februari 1996, 5 juli 1996, 27 juli 1997, 9 december 1998, 13 juni 1999, 12 augustus 2000 en 13 juli 2001;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 14 november 2001;

Gelet op het protocol nr. 404 van 5 december 2001 van het Comité voor de federale, de gemeenschaps- en de gewestelijke overheidsdiensten;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende de nakende overheveling van de taken en van het personeel van de Federale Voorlichtingsdienst naar de federale overheidsdienst Kanselarij en Algemene diensten, enerzijds, en naar het Ministerie van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Internationale Samenwerking of naar de federale overheidsdienst die het zal opvolgen, anderzijds;

Overwegende dat het, bijgevolg, past in de juridische basis te voorzien van de indienstneming van het personeel van de Federale Voorlichtingsdienst bij zijn nieuwe werkgever en dat onverwijld de lijst van de bijkomende en specieke opdrachten dient aangevuld te worden;

Op de voordracht van Onze Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 1, eerste lid, van het koninklijk besluit van 1 februari 1993 tot bepaling van de bijkomende of specifieke opdrachten in de besturen en andere diensten van de ministeries en in sommige instellingen van openbaar nut, wordt aangevuld met de volgende rubrieken : « 37° aan de personeelsleden van de Federale Voorlichtingsdienst die naar de federale overheidsdienst Kanselarij en Algemene diensten overgeheveld zijn; 38° aan de personeelsleden van de Federale Voorlichtingsdienst die overgeheveld zijn, naar gelang het geval, naar het Ministerie van Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Internationale Samenwerking of naar de federale overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.»

Art. 2.Onze Eerste Minister en Onze Minister van Buitenlandse Zaken worden belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 28 januari 2002.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Ambtenarenzaken en Modernisering van de openbare besturen, L. VAN DEN BOSSCHE

^