Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 maart 2003
gepubliceerd op 26 mei 2003

Koninklijk besluit tot toekenning van bijkomende opdrachten aan de Commissie voor de Veiligheid van de Consumenten

bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie en programmatorische federale overheidsdienst consumentenzaken
numac
2003011272
pub.
26/05/2003
prom.
28/03/2003
ELI
eli/besluit/2003/03/28/2003011272/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 MAART 2003. - Koninklijk besluit tot toekenning van bijkomende opdrachten aan de Commissie voor de Veiligheid van de Consumenten


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 9 februari 1994 betreffende de veiligheid van producten en diensten, inzonderheid op artikel 14, gewijzigd bij de wetten van 4 april 2001 en 18 december 2002;

Op de voordracht van Onze Minister van Consumentenzaken, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.De Commissie voor de Veiligheid van de Consumenten wordt belast met volgende bijkomende opdrachten : 1° de organisatie van het overleg tussen de dienstverleners van tatoeage en piercing, de gebruikersorganisaties en de overheid, de deelname aan bewustmakingscampagnes inzake tatoeage en piercing en de ondersteuning van het kwaliteitslabel voor de betrokken sector;2° de organisatie van het overleg tussen de dienstverleners van mobiele telefonie, de gebruikersorganisaties en de overheid en de deelname aan bewustmakingscampagnes inzake elektromagnetische stralingen;3° de organisatie van het overleg tussen de producenten van elektrisch materieel en gastoestellen, de controle-instellingen, de gebruikersorganisaties en de overheid.

Art. 2.Voor elke opdracht bedoeld in artikel 1 richt de Commissie voor de Veiligheid van de Consumenten een specifieke subcommissie op waarin de betrokken sectoren, gebruikersorganisaties, experts en overheden zetelen.

Art. 3.Elke subcommissie stelt een huishoudelijk reglement op.

Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 mei 2003.

Art. 5.Onze Minister bevoegd voor de Veiligheid van de Consumenten is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 28 maart 2003.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Consumentenzaken, J. TAVERNIER

^