Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 november 2001
gepubliceerd op 28 maart 2002

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, tot vaststelling van de werkgeversbijdrage aan het « Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf »

bron
ministerie van tewerkstelling en arbeid
numac
2001013165
pub.
28/03/2002
prom.
28/11/2001
ELI
eli/besluit/2001/11/28/2001013165/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 NOVEMBER 2001. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, tot vaststelling van de werkgeversbijdrage aan het « Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf » (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid;

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juni 1991, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf tot oprichting van een Fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 3 oktober 1991; inzonderheid op artikel 14, gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst van 18 april 1995, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 24 april 1996;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf;

Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf, tot vaststelling van de werkgeversbijdrage aan het « Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf ».

Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, op 28 november 2001.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Koninklijk besluit van 3 oktober 1991, Belgisch Staatsblad van 29 oktober 1991.

Koninklijk besluit van 24 april 1996, Belgisch Staatsblad van 28 juni 1996.

Bijlage Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 9 oktober 2000 Vaststelling van de werkgeversbijdrage aan het « Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf » (Overeenkomst geregistreerd op 14 november 2000 onder het nummer 55845/CO/145) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die ressorteren onder het toepassingsgebied van het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf en waarvan de hoofdactiviteit de bloemisterij betreft en op de door deze werkgever tewerkgestelde arbeiders en arbeidsters. HOOFDSTUK II. - Werkgeversbijdragen

Art. 2.In toepassing van artikel 14 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 juni 1991, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf tot oprichting van een fonds voor bestaanszekerheid en tot vaststelling van zijn statuten, algemeen verbindend verklaard bij het koninklijk besluit van 3 oktober 1991, wordt de werkgeversbijdrage van het « Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf » voor de in artikel 1 bedoelde werkgevers als volgt vastgesteld : - voor wat de arbeiders en arbeidsters betreft die op reguliere basis in dienst zijn genomen dit wil zeggen met uitzondering van het seizoens- en gelegenheidspersoneel zoals bedoeld in artikel 8bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 : - vanaf 1 januari 2000 : 8 pct. van de loonmassa, met inbegrip van de 0,15 pct. voor de risicogroepen. - voor wat de arbeiders en arbeidsters betreft die bedoeld worden in het artikel 8bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 : - vanaf 1 januari 2000 : 8 pct. van de loonmassa met inbegrip van de 0,15 pct. voor de risicogroepen.

Art. 3.In toepassing van artikel 15 van dezelfde collectieve arbeidsovereenkomst, wordt de bij artikel 2 vastgestelde werkgeversbijdrage geïnd en ingevorderd door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid. HOOFDSTUK III. - Geldigheid

Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 juli 1999 en is gesloten voor een onbepaalde duur.

Zij vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 1999 tot aanpassing van de collectieve arbeidsovereenkomst van 18 november 1997, gesloten in het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf tot vaststelling van de werkgeversbijdrage aan het « Waarborg- en Sociaal Fonds voor het tuinbouwbedrijf » algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 28 september 1998.

Zij kan door elk van de ondertekenende partijen worden opgezegd met een opzegging van tenminste drie maanden, betekend bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het tuinbouwbedrijf.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 november 2001.

De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX

^