Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 september 2007
gepubliceerd op 11 oktober 2007

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 maart 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de petroleumnijverheid en -handel, betreffende een tussentijdse regeling inzake brugpensioen

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2007012549
pub.
11/10/2007
prom.
28/09/2007
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 SEPTEMBER 2007. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 maart 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de petroleumnijverheid en -handel, betreffende een tussentijdse regeling inzake brugpensioen (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de bedienden uit de petroleumnijverheid en -handel;

Op de voordracht van Onze Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 7 maart 2007, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de petroleumnijverheid en -handel, betreffende een tussentijdse regeling inzake brugpensioen.

Art. 2.Onze Minister van Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 28 september 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de bedienden uit de petroleumnijverheid en -handel Collectieve arbeidsovereenkomst van 7 maart 2007 Tussentijdse regeling inzake brugpensioen (Overeenkomst geregistreerd op 11 april 2007 onder het nummer 82458/CO/211)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de bedienden van de ondernemingen die onder het Paritair Comité voor de bedienden uit de petroleumnijverheid en -handel ressorteren.

Art. 2.In afwachting van het eventueel afsluiten van een sectorale collectieve arbeidsovereenkomst inzake brugpensioenen voor de periode 2007-2008, wordt volgende voorlopige regeling in acht genomen, dit in afwachting van een sectorale collectieve arbeidsovereenkomst en enkel met het doel urgente gevallen een oplossing aan te bieden; daarbij wordt uitdrukkelijk gestipuleerd dat dit geen engagement is voor de komende collectieve arbeidsovereenkomst 2007-2008. a) Er wordt in de petroleumsector, een conventioneel brugpensioen aan de bedienden toegekend in het raam van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.17 van de Nationale Arbeidsraad en van het koninklijk besluit van 7 december 1992 betreffende het recht van bejaarde werknemers op werkloosheidsuitkeringen.

Deze kaderovereenkomst wordt geconcretiseerd door de afsluiting van eensluidende particuliere overeenkomsten op het vlak der ondernemingen.

Zullen voor conventioneel brugpensioen in aanmerking komen de bedienden vanaf 58 jaar, voor zover ze een anciënniteit tellen van 25 jaar in loondienst. b) bijzondere regeling "shift" Voor werknemers met 33 jaar dienst waarvan 20 jaar in shift met nachtarbeid (collectieve arbeidsovereenkomst nr.46) mogelijkheid tot conventioneel brugpensioen op 56-jarige leeftijd vanaf 1 januari 2007.

Deze maatregel vergt het akkoord van beide partijen (werkgever en individuele werknemer). c) Hernieuwing bestaande bedrijfs-collectieve arbeidsovereenkomsten : Vanaf 55-jarige leeftijd, na 38 jaar anciënniteit in loondienst, mits deze collectieve arbeidsovereenkomsten ononderbroken in voege zijn sedert 1986.d) Halftijds brugpensioen : vanaf 55 jaar, om medische of ernstige familiale/sociale redenen. Het conventioneel brugpensioen zal kunnen toegekend worden zowel wanneer het initiatief daartoe uitgaat van de bediende als van de werkgever. In het voorkomend geval zal belanghebbende alleszins, ten einde in regel te zijn met de vigerende reglementering, door de werkgever officieel ontslagen worden.

Ieder initiatief inzake de toepassing van het brugpensioen, van wie het ook uitgaat, zal voorgelegd worden aan de ondernemingsraad of, bij gebreke daarvan, zal hierover overlegd worden met de syndicale delegatie.

Uitkering door derden : In uitvoering van artikel 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 inzake brugpensioenen, hebben de ondernemingen de mogelijkheid om de verplichtingen ten laste van de laatste werkgever inzake betalingen van de aanvullende vergoedingen voor brugpensioenen, over te dragen aan een fonds voor bestaanszekerheid of aan een andere instantie.

Art. 3.Op suppletieve basis voor die ondernemingen die geen ondernemingsakkoorden of aantoonbare praktijken hebben (deze laatste voor te leggen aan het Paritair Comité voor de bedienden uit de petroleumnijverheid en -handel binnen de drie maanden na datum van ondertekening van de collectieve arbeidsovereenkomst inzake individuele loon- en arbeidsvoorwaarden 2005-2006, dit is dus tegen 28 september 2005), zal de bediende 70 pct. van het verschil tussen het theoretische (begrensd) netto refertemaandloon en de werkloosheidsvergoeding gewaarborgd worden.

Art. 4.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt afgesloten voor een bepaalde duur en heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2007 en houdt op van kracht te zijn op 30 juni 2007.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 september 2007.

De Minister van Werk, P. VANVELTHOVEN

^