Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 29 juli 2019
gepubliceerd op 26 augustus 2019

Koninklijk besluit tot vaststelling van de schaal van de verhogingen van het minimum van de belastbare winst voorzien in artikel 342, § 4, tweede lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 in geval van niet-aangifte of laattijdige overlegging van de aangifte door een onderneming onderworpen aan de vennootschapsbelasting of de belasting der niet-inwoners

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2019014112
pub.
26/08/2019
prom.
29/07/2019
ELI
eli/besluit/2019/07/29/2019014112/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

29 JULI 2019. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de schaal van de verhogingen van het minimum van de belastbare winst voorzien in artikel 342, § 4, tweede lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 in geval van niet-aangifte of laattijdige overlegging van de aangifte door een onderneming onderworpen aan de vennootschapsbelasting of de belasting der niet-inwoners


ADVIES 66.372/3 VAN 12 JULI 2019 OVER EEN ONTWERP VAN KONINKLIJK BESLUIT `TOT VASTSTELLING VAN DE SCHAAL VAN DE VERHOGINGEN VAN HET MINIMUM VAN DE BELASTBARE WINST VOORZIEN IN ARTIKEL 342, § 4, TWEEDE LID, VAN HET WETBOEK VAN DE INKOMSTENBELASTINGEN 1992 IN GEVAL VAN NIET-AANGIFTE OF LAATTIJDIGE OVERLEGGING VAN DE AANGIFTE DOOR EEN ONDERNEMING ONDERWORPEN AAN DE VENNOOTSCHAPSBELASTING OF DE BELASTING DER NIET-INWONERS' Op 18 juni 2019 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Minister van Financiën verzocht binnen een termijn van dertig dagen, van rechtswege verlengd tot 2 augustus 2019,(*) een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot vaststelling van de schaal van de verhogingen van het minimum van de belastbare winst voorzien in artikel 342, § 4, tweede lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 in geval van niet-aangifte of laattijdige overlegging van de aangifte door een onderneming onderworpen aan de vennootschapsbelasting of de belasting der niet inwoners'.

Het ontwerp is door de derde kamer onderzocht op 2 juli 2019. De kamer was samengesteld uit Jo Baert, kamervoorzitter, Jeroen Van Nieuwenhove en Peter Sourbron, staatsraden, Jan Velaers en Bruno Peeters, assessoren, en Astrid Truyens, griffier.

Het verslag is uitgebracht door Frédéric Vanneste, eerste auditeur.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Jo Baert, kamervoorzitter.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 12 juli 2019. 1.Met toepassing van artikel 84, § 3, eerste lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, heeft de afdeling Wetgeving zich toegespitst op het onderzoek van de bevoegdheid van de steller van de handeling, van de rechtsgrond, alsmede van de vraag of aan de te vervullen vormvereisten is voldaan.

Voorafgaande opmerking 2. Rekening houdend met het tijdstip waarop dit advies gegeven wordt, vestigt de Raad van State de aandacht op het feit dat, wegens het ontslag van de regering, de bevoegdheid van deze laatste beperkt is tot het afhandelen van de lopende zaken.Dit advies wordt evenwel gegeven zonder dat wordt nagegaan of dit ontwerp in die beperkte bevoegdheid kan worden ingepast, aangezien de afdeling Wetgeving geen kennis heeft van het geheel van de feitelijke gegevens welke de regering in aanmerking kan nemen als ze te oordelen heeft of het vaststellen of het wijzigen van een verordening noodzakelijk is.

Strekking van het ontwerp 3. Artikel 342, § 4, eerste lid, van het Wetboek van de Inkomstenbelastingen 1992 (hierna: WIB 92) - in de versie die van toepassing is vanaf het aanslagjaar 2019 (1) bepaalt dat het minimum van de belastbare winst wordt vastgesteld op 34.000 euro bij niet-aangifte of laattijdige overlegging van de aangifte door een onderneming onderworpen aan de vennootschapsbelasting of de belasting der niet-inwoners overeenkomstig artikel 227, 2°, van hetzelfde wetboek.

Krachtens het tweede lid van die paragraaf wordt dat bedrag bij herhaalde inbreuken verhoogd volgens een schaal waarvan de trappen, gaande van 25% tot 200%, door de Koning worden vastgesteld. Het om advies voorgelegde ontwerp van koninklijk besluit strekt ertoe om uitvoering te geven aan die bepaling.

Rechtsgrond 4. De rechtsgrond voor het ontworpen besluit wordt geboden door de in het eerste lid van de aanhef vermelde bepaling. Vormvereisten 5. Volgens de gemachtigde is het akkoord van de minister bevoegd voor begroting gevraagd, maar nog niet verkregen.Dat akkoord is vereist alvorens het ontworpen besluit kan worden genomen.

Onderzoek van de tekst Artikel 1 6. Gewezen op de discordantie tussen de Franse ("... si aucune infraction n'a été commise ...") en de Nederlandse ("... wanneer geen enkel inbreuk terzake is bestraft ..." ) (2) tekst van het ontwerp, heeft de gemachtigde bevestigd dat de Nederlandse versie correct de bedoeling van de stellers van het ontwerp weergeeft. In de Franse tekst dient het woord "commise" dan ook vervangen te worden door het woord "sanctionnée". Bovendien komt in de Franse tekst geen pendant van het woord "terzake" (lees: ter zake) voor en kan dat woord daarom beter weggelaten worden.

De griffier, A. Truyens De voorzitter, J. Baert _______ Nota's (*) Deze verlenging vloeit voort uit artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, in fine, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, waarin wordt bepaald dat deze termijn van rechtswege wordt verlengd met vijftien dagen wanneer hij begint te lopen tussen 15 juli en 31 juli of wanneer hij verstrijkt tussen 15 juli en 15 augustus. (1) Zie de artikelen 74 en 86 van de wet van 25 december 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/12/2017 pub. 29/12/2017 numac 2017014414 bron federale overheidsdienst financien Wet tot hervorming van de vennootschapsbelasting sluiten `tot hervorming van de vennootschapsbelasting'.Bij artikel 74 heeft artikel 342 van het WIB 92 aangevuld met een paragraaf 4. Krachtens artikel 86, A, is artikel 74 op 1 januari 2018 in werking getreden en "van toepassing vanaf aanslagjaar 2019 verbonden aan een belastbaar tijdperk dat ten vroegste aanvangt op 1 januari 2018". (2) Lees: "dat geen enkele inbreuk ter zake is bestraft". 29 JULI 2019. - Koninklijk besluit tot vaststelling van de schaal van de verhogingen van het minimum van de belastbare winst voorzien in artikel 342, § 4, tweede lid, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992 in geval van niet-aangifte of laattijdige overlegging van de aangifte door een onderneming onderworpen aan de vennootschapsbelasting of de belasting der niet-inwoners FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, artikel 342, § 4, tweede lid, ingevoegd door artikel 74 van de wet van 25 december 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 25/12/2017 pub. 29/12/2017 numac 2017014414 bron federale overheidsdienst financien Wet tot hervorming van de vennootschapsbelasting sluiten tot hervorming van de vennootschapsbelasting;

Gelet op het KB/WIB 92;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 19 juni 2018;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 22 juli 2019;

Gelet op het advies 66.372/3 van de Raad van State, gegeven op 12 juli 2019, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 182 van het KB/WIB 92, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 21 december 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/12/2006 pub. 28/12/2006 numac 2006001046 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Koninklijk besluit houdende de rechtspleging voor de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen type koninklijk besluit prom. 21/12/2006 pub. 29/12/2006 numac 2006003599 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot wijziging van het KB/WIB 92 op het vlak van de bedrijfsvoorheffing, de roerende voorheffing en het minimum van de belastbare winst of baten van ondernemingen of beoefenaars van een vrij beroep sluiten, worden de paragrafen 2/1 en 2/2 ingevoegd, luidende: " § 2/1. In het geval van niet-aangifte of laattijdige overlegging van de aangifte door een onderneming onderworpen aan de vennootschapsbelasting of de belasting der niet-inwoners overeenkomstig artikel 227,2°, van hetzelfde wetboek, wordt het minimum van de belastbare winst vastgesteld met toepassing van artikel 342, § 4, van hetzelfde Wetboek, verhoogd met: - 25 pct. in geval van een tweede inbreuk; - 50 pct. in geval van een derde inbreuk; - 100 pct. in geval van een vierde inbreuk; - 200 pct. in geval van een vijfde inbreuk of een daaropvolgende inbreuk. § 2/2. Voor de vaststelling van het verhogingspercentage van het minimum van de belastbare winst in toepassing van § 2/1, worden de vorige inbreuken niet in aanmerking genomen wanneer geen enkel inbreuk is bestraft voor de laatste 4 aanslagjaren die het aanslagjaar voorafgaan waarvoor de nieuwe inbreuk van niet-aangifte of laattijdige overlegging van de aangifte wordt begaan.".

Art. 2.De minister bevoegd voor Financiën is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 29 juli 2019.

FILIP Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, A. DE CROO

^