Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 29 september 2021
gepubliceerd op 01 oktober 2021

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 juni 2016 houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek

bron
federale overheidsdienst justitie
numac
2021033435
pub.
01/10/2021
prom.
29/09/2021
ELI
eli/besluit/2021/09/29/2021033435/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

29 SEPTEMBER 2021. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 juni 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/06/2016 pub. 22/06/2016 numac 2016009286 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek sluiten houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek


VERSLAG AAN DE KONING Sire, Deze tekst beoogt de bestendiging van de bepaling met betrekking tot de mogelijkheid om elke akte van rechtsingang of van voorziening en elk verzoekschrift of verzoek aan de rechter, en de bijlagen daarvan, bij de griffie van een gerecht neer te leggen via het informaticasysteem van Justitie e-Deposit, die werd ingevoerd bij de wet van 20 mei 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/05/2020 pub. 29/05/2020 numac 2020041431 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten houdende diverse bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19.

Voorheen was de neerlegging via e-Deposit juridisch gezien slechts mogelijk in reeds bestaande zaken. Die beperking werd opgeheven bij aanvang van de COVID-19-pandemie, wat aanleiding heeft gegeven tot de tijdelijke maatregel. Tijdens de pandemie kon elke akte van rechtsingang in burgerlijke zaken aldus worden neergelegd via e-Deposit.

Andere aanpassingen aan het platform e-Deposit door de stafdienst ICT van de FOD Justitie zullen het mogelijk maken om de huidige werkwijze die een zware werklast voor de griffies met zich meebrengt en veel arbeid vereist te vervangen door een efficiënte verwerking van de akten van rechtsingang via e-Deposit.

Aangezien de tijdelijke bepaling van de wet van 20 mei 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/05/2020 pub. 29/05/2020 numac 2020041431 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten de technische belemmeringen die aan de basis lagen van de oorspronkelijke juridische beperking heeft doen wegvallen, kan die worden omgezet in een definitieve maatregel. Daartoe moet het koninklijk besluit van 16 juni 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/06/2016 pub. 22/06/2016 numac 2016009286 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek sluiten houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek worden gewijzigd teneinde een rechtsgrond te creëren voor de neerlegging van de akten van rechtsingang via e-Deposit. Die maatregel is een aanvullende en noodzakelijke stap in de informatisering en dematerialisering van de gerechtelijke procedure. Ze houdt een aanzienlijke winst in termen van tijd en middelen in voor Justitie.

Het spreekt voor zich dat deze bepaling enkel van toepassing is in het kader van artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek en enkel betrekking heeft op akten die het voorwerp uitmaken van neerlegging ter griffie. Zo worden dagvaardingen gedaan bij deurwaardersexploot niet bij de griffie neergelegd, maar worden ze betekend. Ze worden dus niet geraakt door artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek en a fortiori door dit besluit. De elektronische betekening van dagvaardingen gebeurt conform artikel 32quater/1 van het Gerechtelijk Wetboek.

Toelichting bij de artikelen Artikel 1.

Dit artikel beoogt een aanpassing van artikel 1 van het koninklijk besluit van 16 juni 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/06/2016 pub. 22/06/2016 numac 2016009286 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek sluiten om voortaan de neerlegging van elke akte van rechtsingang of van voorziening en van elk verzoekschrift of verzoek aan de rechter, en de bijlagen daarvan, mogelijk te maken. Ten gevolge van het advies 69.567/2 van de Raad van State werd de notie "akte van rechtsingang" vervangen door de opsomming van de verschillende akten van rechtsingang om op precieze wijze te omschrijven welke nieuwe akten van rechtsingang via e-Deposit kunnen worden neergelegd en om de neerlegging ter griffie van het origineel van het exploot van dagvaarding uit te sluiten. Voor meer precisering werden de woorden "verzoek gericht aan de rechter" eveneens vervangen door de woorden "proceshandelingen gericht aan de rechter in de loop van de procedure".

Art. 2.

Dit artikel beoogt een aanpassing van artikel 6 van het koninklijk besluit van 16 juni 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/06/2016 pub. 22/06/2016 numac 2016009286 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek sluiten om voortaan de neerlegging van verzoekschriften op tegenspraak, gezamenlijke verzoekschriften, verzoekschriften tot hoger beroep, eenzijdige verzoekschriften en proceshandelingen gericht aan de rechter in de loop van de procedure.

De woorden "in een bestaande zaak" worden bijgevolg opgeheven.

Art. 3 Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2021, dat will zegen de dag waarop artikel 4 van de wet van 20 mei 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/05/2020 pub. 29/05/2020 numac 2020041431 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten ophoudt van toepassing te zijn.

Ik heb de eer te zijn, Sire, Van Uwe Majesteit, de zeer eerbiedige en zeer getrouwe dienaar, De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE

Raad van State, afdeling Wetgeving Advies 69.567/2 van 8 juli 2021 over een ontwerp van koninklijk besluit `tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 juni 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/06/2016 pub. 22/06/2016 numac 2016009286 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek sluiten houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk wetboek' Op 10 juni 2021 is de Raad van State, afdeling Wetgeving, door de Vice-eersteminister en Minister van Justitie en Noordzee verzocht binnen een termijn van dertig dagen een advies te verstrekken over een ontwerp van koninklijk besluit `tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 juni 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/06/2016 pub. 22/06/2016 numac 2016009286 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek sluiten houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk wetboek'.

Het ontwerp is door de tweede kamer onderzocht op 8 juli 2021 . De kamer was samengesteld uit Pierre Vandernoot, kamervoorzitter, Patrick Ronvaux en Christine Horevoets, staatsraden, Sébastien Van Drooghenbroeck en Jacques Englebert, assessoren, en Esther Conti, toegevoegd griffier.

Het verslag is uitgebracht door Xavier Delgrange, eerste auditeur-afdelingshoofd.

De overeenstemming tussen de Franse en de Nederlandse tekst van het advies is nagezien onder toezicht van Martine Baguet, kamervoorzitter.

Het advies, waarvan de tekst hierna volgt, is gegeven op 8 juli 2021.

Aangezien de adviesaanvraag ingediend is op basis van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten `op de Raad van State', gecoördineerd op 12 januari 1973, beperkt de afdeling Wetgeving overeenkomstig artikel 84, § 3, van de voornoemde gecoördineerde wetten haar onderzoek tot de rechtsgrond van het ontwerp, de bevoegdheid van de steller van de handeling en de te vervullen voorafgaande vormvereisten.

Wat die drie punten betreft, geeft het ontwerp aanleiding tot de volgende opmerkingen. 1. Voorliggend ontwerp van koninklijk besluit strekt tot het bestendigen van de mogelijkheid om ruimer gebruik te maken van het e-Deposit systeem die tijdens de recente lockdown in de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 geboden is, door de mogelijkheid om akten via dat systeem neer te leggen niet meer te beperken tot de akten die in de loop van de procedure neergelegd worden - te weten enkel de conclusies, memories en stukken alsmede de begeleidende brieven bij de neerlegging daarvan -, maar uit te breiden tot de akten van rechtsingang. In de praktijk strekte die wijziging van het e-Deposit systeem er hoofdzakelijk toe om, bovenop wat in de oorspronkelijke tekst bepaald werd, de neerlegging via e-Deposit toe te staan van de beroepschriften alsook van de verzoekschriften op tegenspraak, in alle gevallen waarin het verzoekschrift op tegenspraak krachtens de wet aanvaard wordt als akte van rechtsingang.

Het is nooit de bedoeling van de wetgever of van de Koning geweest om het e-Deposit systeem te gebruiken voor de neerlegging ter griffie van het originele dagvaardingsexploot wanneer de procedure door middel van een dagvaarding ingesteld wordt.

Dat heeft de minister van Justitie bevestigd in zijn verslag aan de Koning: "Het spreekt voor zich dat deze bepaling enkel van toepassing is in het kader van artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek en enkel betrekking heeft op akten die het voorwerp uitmaken van neerlegging ter griffie. Zo worden dagvaardingen gedaan door deurwaardersexploit niet bij de griffie neergelegd, maar worden ze betekend. Ze worden dus niet geraakt door artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek en a fortiori door dit besluit. De elektronische betekening van dagvaardingen gebeurt conform artikel 32quater/1 van het Gerechtelijk Wetboek." Het beginsel en de nadere praktische regels van de gedinginleidende dagvaarding wordt geregeld bij de artikelen 32quater/1 tot 45, 700 tot 706 en 718 van het Gerechtelijk Wetboek.

Laatstgenoemde bepaling luidt echter als volgt: "De inschrijving op de rol geschiedt op overlegging van het origineel of van een door de gerechtsdeurwaarder eensluidend verklaard afschrift, of in voorkomend geval van het betekende afschrift van het exploot van dagvaarding." Wanneer een procedure bij dagvaarding ingeleid wordt, betekent de optredend gerechtsdeurwaarder de dagvaarding dus aan de verwerende partij, waarbij haar het "afschrift" van het exploot (bedoeld in artikel 45 van het Gerechtelijk Wetboek) wordt overgelegd en "legt" hij vervolgens het origineel van het exploot ter griffie "neer", op het ogenblik waarop hij vraagt om de zaak op de rol van de geadieerde rechtbank in te schrijven. Er is dus wel degelijk een "neerlegging" ter griffie van het dagvaardingsexploot in het kader van de procedure van betekening. Na de neerlegging ervan, is het dagvaardingsexploot overigens de eerste akte die gevoegd wordt bij het dossier van de rechtspleging bedoeld in artikel 721 van het Gerechtelijk Wetboek.

Teneinde de wil van de steller van het ontwerp correct weer te geven en te vermijden dat daaromtrent een geschil zou kunnen ontstaan wegens een onnauwkeurige tekst, dient in de bepaling onder 2° van artikel 1 van het koninklijk besluit van 16 juni 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/06/2016 pub. 22/06/2016 numac 2016009286 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek sluiten `houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek' niet te worden voorzien in de mogelijkheid om via e-Deposit "elke akte van rechtsingang of van voorziening" neer te leggen, maar moet een nauwkeurige omschrijving gegeven worden van de nieuwe gedinginleidende processtukken die via dat systeem neergelegd kunnen worden, namelijk de volgende akten van rechtsingang of van voorziening: de verzoekschriften op tegenspraak, de gemeenschappelijke verzoekschriften, de beroepschriften en de eenzijdige verzoekschriften. 2. Aan die akten wordt in de ontworpen tekst nog "elk verzoekschrift of verzoek aan de rechter" toegevoegd. Hoewel dit in de tekst niet verduidelijkt wordt, worden met die aanvulling blijkbaar alleen de processtukken bedoeld die in de loop van het geding aan de rechter gericht worden. (1) Als dat inderdaad de bedoeling van de steller van het ontwerp is, zou het dan ook nuttig zijn om die verduidelijking in het ontworpen dispositief op te nemen.

De griffier, Esther Conti De voorzitter, Pierre Vandernoot _______ Nota (1) De wijziging van artikel 6 van hetzelfde koninklijk besluit, waarbij de verwijzing naar "een bestaande zaak" wordt geschrapt, zou daarentegen het tegenovergestelde kunnen doen geloven. 29 SEPTEMBER 2021. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 juni 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/06/2016 pub. 22/06/2016 numac 2016009286 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek sluiten houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op het Gerechtelijk Wetboek, artikel 32ter, eerste en tweede lid, ingevoegd bij de wet van 19 oktober 2015Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/10/2015 pub. 22/10/2015 numac 2015009530 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende wijziging van het burgerlijk procesrecht en houdende diverse bepalingen inzake justitie sluiten;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 19 maart 2021;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 20 april 2021;

Gelet op het advies nr. 77/2021 van de Gegevensbeschermingsautoriteit, gegeven op 21 mei 2021;

Gelet op het advies 69.567/2 van de Raad van State, gegeven op 8 juli 2021, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende de wet van 20 mei 2020Relevante gevonden documenten type wet prom. 20/05/2020 pub. 29/05/2020 numac 2020041431 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19 sluiten houdende diverse bepalingen inzake justitie in het kader van de strijd tegen de verspreiding van het coronavirus COVID-19, artikel 4;

Op de voordracht van de Minister van Justitie, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.In artikel 1, 2°, van het koninklijk besluit van 16 juni 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 16/06/2016 pub. 22/06/2016 numac 2016009286 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek sluiten houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk wetboek, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 oktober 2018Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 09/10/2018 pub. 16/10/2018 numac 2018014192 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 juni 2016 houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek sluiten, worden de woorden "verzoekschriften op tegenspraak, gezamenlijke verzoekschriften, verzoekschriften tot hoger beroep, eenzijdige verzoekschriften en proceshandelingen gericht aan de rechter in de loop van de procedure" ingevoegd tussen de woorden "voor de neerlegging van" en de woorden "conclusies, memories en stukken".

Art. 2.In artikel 6 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 oktober 2018Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 09/10/2018 pub. 16/10/2018 numac 2018014192 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 16 juni 2016 houdende de elektronische communicatie overeenkomstig artikel 32ter van het Gerechtelijk Wetboek sluiten, wordt het eerste lid vervangen als volgt: " Alle communicatie zoals bepaald in artikel 1, 2°, kan geschieden via het beveiligde e-Deposit systeem, dat door de Federale Overheidsdienst Justitie ter beschikking wordt gesteld.".

Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 oktober 2021.

Art. 4.De Minister van Justitie is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel op 29 september 2021.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, V. VAN QUICKENBORNE

^