Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 30 december 2009
gepubliceerd op 19 mei 2010

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de vervoerskosten

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2009012273
pub.
19/05/2010
prom.
30/12/2009
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

30 DECEMBER 2009. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de vervoerskosten (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de non-ferro metalen;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de vervoerskosten.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 30 december 2009.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de non-ferro metalen Collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 2009 Vervoerskosten (Overeenkomst geregistreerd op 25 juni 2009 onder het nummer 92682/CO/105) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de non-ferro metalen en op de werklieden die zij tewerkstellen.

Onder "werklieden" wordt verstaan : de werklieden en de werksters. HOOFDSTUK II. - Gemeenschappelijk openbaar vervoer

Art. 2.§ 1. De tussenkomst van de werkgever in de prijs van het gemeenschappelijk openbaar vervoer wordt berekend en terugbetaald overeenkomstig de bepalingen van hoofdstukken III tot en met VIII van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies betreffende de financiële bijdrage van de werkgevers in de prijs van het vervoer van de werknemers, gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 20 februari 2009. § 2. Wanneer de werkman houder is van een abonnement kan hij ook de tegemoetkoming genieten voor de afwezigheidsdagen voor zover deze dagen vallen in de geldigheidsperiode van het abonnement en hij de terugbetaling ervan niet kan bekomen. § 3. In afwijking van artikel 4 van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies wordt, voor wat betreft het gemeenschappelijk openbaar vervoer met uitzondering van het treinvervoer, de tussenkomst van de werkgever berekend voor verplaatsingen vanaf 1 km, overeenkomstig de bepalingen van artikel 4, a en b, van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies. Wanneer de afstand minder dan 3 kilometer bedraagt wordt, wanneer de prijs van het vervoer in verhouding tot de afstand staat, per kilometer een forfaitaire vergoeding toegekend gelijk aan één derde van het bedrag voor 3 kilometer voorkomend in het barema opgenomen in artikel 3 van collectieve arbeidsovereenkomst 19octies, zonder evenwel 75 pct. van de werkelijke vervoerprijs te overschrijden. Wanneer de prijs een eenheidsprijs is, ongeacht de afstand, is artikel 4, b, van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies van toepassing. HOOFDSTUK III. - Privé-vervoer

Art. 3.§ 1. Met uitzondering van de tussenkomst voor het fietsgebruik zoals bepaald in artikel 4 van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt de bijdrage van de werkgever in de kosten van het privé-vervoer van de werklieden berekend op basis van de tabel opgenomen in bijlage van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 2. Deze tabel neemt de wekelijkse bijdrage over van het barema vastgesteld in de bijlage van collectieve arbeidsovereenkomst nr. 19octies (gemiddelde van 60 pct.). Voor de afstanden van minder dan 3 kilometer, wordt per kilometer een forfaitaire vergoeding toegekend gelijk aan 1/3e van het bedrag voor 3 kilometer voorkomend in voornoemd barema. § 3. Deze tabel wordt geïndexeerd op 1 mei 2010 met het percentage waarmee de lonen overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 10 juli 1997, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de koppeling van de lonen aan het prijsindexcijfer bij consumptie worden geïndexeerd op deze datum.

Art. 4.§ 1. Wanneer de werkman gedurende een gehele kalendermaand gebruik maakt van de fiets voor de volledige afstand tussen zijn verblijfplaats en de onderneming wordt de tegemoetkoming van de onderneming berekend op het integrale bedrag van de prijs van de treinkaart op maandbasis. Wanneer deze afstand minder dan 3 kilometer bedraagt, wordt per kilometer een forfaitaire vergoeding toegekend gelijk aan één derde van het bedrag voor 3 kilometer voorkomend in het barema.

Indien de werkgever vanwege de werkman misbruik van het stelsel voorzien door dit artikel zou vaststellen, behoudt hij zich het recht voor zijn tegemoetkoming te beperken tot dit voorzien bij artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst. § 2. Indien blijkt dat de regeling voorzien in § 1 van dit artikel tot misbruiken leidt, kan de meest gerede partij deze opnieuw bespreekbaar maken op het niveau van het paritair comité.

Art. 5.Wanneer de verplaatsing voor een gedeelte of voor de gehele afstand met de fiets gebeurt, wordt de tegemoetkoming van de onderneming beschouwd als een fietsvergoeding.

De werkgever bevestigt jaarlijks, op vraag van de werknemer, de nodige gegevens die het de werknemer mogelijk maken zijn fietsgebruik aan te tonen. Deze gegevens hebben betrekking op de in aanmerking genomen afstand, het aantal gewerkte dagen en de betaalde vergoeding.

Art. 6.Voor de toepassing van artikelen 3 en 4 wordt de berekening van de afstand, in gemeenschappelijk overleg, bepaald in elke onderneming om rekening te houden met de geografische bijzonderheden.

Art. 7.De tegemoetkoming van de onderneming wordt slechts toegekend voor de dagen van aanwezigheid op het werk.

Art. 8.Voor de berekening van de dagelijkse tegemoetkoming wordt het bedrag van de wekelijkse tegemoetkoming, zoals vastgesteld in de in artikel 3 van deze overeenkomst bedoelde tabel, gedeeld door 5.

Art. 9.De werkgever kan overgaan tot de verificaties die hij noodzakelijk acht om zijn tegemoetkoming te rechtvaardigen en kan van de werknemer alle documenten bekomen die hiervoor nuttig zijn.

Art. 10.De tegemoetkoming wordt minstens éénmaal per maand vereffend. HOOFDSTUK IV. - Combinatie openbaar en privé-vervoermiddel

Art. 11.Ingeval de werkman tegelijk gebruik maakt van een openbaar gemeenschappelijk vervoermiddel en van een privé-vervoermiddel zal de tussenkomst voor het openbaar vervoermiddel berekend worden overeenkomstig de bepalingen van hoofdstuk II van deze collectieve arbeidsovereenkomst en de tussenkomst voor het privé-vervoermiddel overeenkomstig hoofdstuk III van deze collectieve arbeidsovereenkomst. HOOFDSTUK V. - Vervoer georganiseerd door de onderneming

Art. 12.Wanneer het vervoer door de onderneming wordt georganiseerd, voor een gedeelte of voor de gehele afstand, met of zonder financiële deelneming van de werknemer, wordt de tegemoetkoming, berekend op basis van de gehele afstand tussen de verblijfplaats en de onderneming volgens de bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst, verminderd met de kosten die de onderneming draagt voor het vervoer dat zij organiseert.

Deze operatie kan tot geen negatief resultaat leiden. HOOFDSTUK VI. - Gunstiger regelingen op bedrijfsniveau

Art. 13.Gunstiger regelingen die voordien op bedrijfsniveau bestonden blijven in de bestaande vorm behouden voor de betrokken werknemers. HOOFDSTUK VII. - Inwerkingtreding en duur

Art. 14.Deze overeenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 mei 2009 en is gesloten voor een onbepaalde duur, met uitzondering van artikel 3, § 3 dat buiten werking treedt op 31 december 2010.

Zij kan door een van de partijen worden opgezegd met een opzegging van 3 maanden betekend bij een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het paritair comité en aan elk van de ondertekenende partijen.

Vanaf 1 mei 2009 vervangt zij de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 juni 2001, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de vervoerkosten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 17 februari 2002, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 18 april 2002.

Zij vervangt de bepalingen van hoofdstuk XI, mobiliteit van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende het protocol van sectoraal akkoord 2009-2010.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 december 2009.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET

Bijlage aan de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 april 2009, gesloten in het Paritair Comité voor de non-ferro metalen, betreffende de vervoerskosten (wekelijkse tussenkomst van de werkgever in de kosten van het privé-vervoer vanaf 1 mei 2009 - sectorale tabel)

afstand (in km)

tussenkomst (in EUR per week)

afstand (in km)

tussenkomst (in EUR per week)

distance (en km)

intervention (en EUR par semaine)

distance (en km)

intervention (en EUR par semaine)

1

1,77

43 - 45

22,20

2

3,54

46 - 48

23,60

3

5,30

49 - 51

24,70

4

5,70

52 - 54

25,50

5

6,20

55 - 57

26,50

6

6,60

58 - 60

27,50

7

6,90

61 - 65

28,50

8

7,30

66 - 70

30,00

9

7,70

71 - 75

31,00

10

8,10

76 - 80

33,00

11

8,60

81 - 85

34,00

12

9,00

86 - 90

35,50

13

9,40

91 - 95

37,00

14

9,80

96 - 100

38,00

15

10,20

101 - 105

39,50

16

10,70

106 - 110

41,00

17

11,10

111 - 115

42,50

18

11,50

116 - 120

44,00

19

12,00

121 - 125

45,00

20

12,40

126 - 130

46,50

21

12,80

131 - 135

48,00

22

13,20

136 - 140

49,00

23

13,70

141 - 145

51,00

24

14,10

146 - 150

53,00

25

14,40

151 - 155

53,00

26

15,00

156 - 160

55,00

27

15,30

161 - 165

56,00

28

15,60

166 - 170

57,00

29

16,20

171 - 175

59,00

30

16,50

176 - 180

60,00

31 - 33

17,20

181 - 185

62,00

34 - 36

18,60

186 - 190

63,00

37 - 39

19,70

191 - 195

64,00

40 - 42

21,00

196 - 200

66,00


Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 december 2009.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET

^