Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 30 december 2009
gepubliceerd op 25 februari 2010

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 december 2008, gesloten in het Paritair Comité voor de handel in brandstoffen, betreffende het conventioneel brugpensioen

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2009205755
pub.
25/02/2010
prom.
30/12/2009
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

30 DECEMBER 2009. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 19 december 2008, gesloten in het Paritair Comité voor de handel in brandstoffen, betreffende het conventioneel brugpensioen (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de handel in brandstoffen;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 19 december 2008, gesloten in het Paritair Comité voor de handel in brandstoffen, betreffende het conventioneel brugpensioen.

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 30 december 2009.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de handel in brandstoffen Collectieve arbeidsovereenkomst van 19 december 2008 Conventioneel brugpensioen (Overeenkomst geregistreerd op 26 januari 2009 onder het nummer 90394/CO/127)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de werklieden en werksters van de ondernemingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de handel in brandstoffen en onder het Paritair Subcomité voor de handel in brandstoffen van Oost-Vlaanderen.

Art. 2.Er wordt een aanvullende conventionele pensioenvergoeding ten laste van de werkgever toegekend onder de volgende voorwaarden, waaraan cumulatief moet zijn voldaan : - in alle gevallen van ontslag, behalve om dringende reden, van werklieden en werksters die de hiernagenoemde vereiste leeftijd en voorwaarden hebben bereikt op de dag waarop zij worden ontslagen (einde arbeidscontract); - de ontslagen werklieden en werksters moeten uitdrukkelijk bekend maken van de conventionele brugpensioenmogelijkheid gebruik te willen maken; - zij zullen van het conventioneel brugpensioen kunnen genieten tot op de datum waarop hun gewoon rustpensioen ingang vindt; - in functie van het generatiepact en van het interprofessioneel akkoord van 2 februari 2007, moet de werknemer bovendien op het ogenblik van ontslag voldoen aan één van de volgende anciënniteitsvoorwaarden : a) Werknemers die de leeftijd van 56 jaar hebben bereikt : - minstens 33 jaar in loondienst gewerkt hebben, waarvan 20 jaar nachtarbeid (in de zin van de collectieve arbeidsovereenkomst nr.46 van de Nationale Arbeidsraad). - ofwel een beroepsverleden van 40 jaar kunnen bewijzen, waarvan 78 arbeidsdagen gepresteerd zijn voor zijn/haar 17de verjaardag (hetzij met volledige RSZ-bijdragen hetzij als leerling) en dit in de zin van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 92 van de Nationale Arbeidsraad van 20 december 2007 ter uitvoering van het interprofessioneel akkoord van 2 feburari 2007. b) werknemers die de leeftijd van 58 jaar bereikt hebben : minstens 35 jaar in loondienst gewerkt hebben voor de mannelijke werknemers en 30 jaar voor de vrouwelijke werknemers;c) werknemers die de leeftijd van 60 jaar bereikt hebben : minstens 30 jaar in loondienst gewerkt hebben voor de mannelijke werknemers en 26 jaar voor de vrouwelijke werknemers.

Art. 3.De werkgever kan de terugbetaling bekomen van de aanvullende conventionele pensioenvergoeding door tussenkomst van het "Sociaal Fonds voor ondernemingen van handel in brandstoffen". Dit echter enkel : - voor zover deze werkgever sedert minstens 1 jaar voorafgaand aan de aanvang van het brugpensioen, behoort tot de RSZ-categorie 081 of 091; - voor zover hij behoort tot de RSZ-categorie 081 of 091 gedurende de periodes waarvoor hij aanvullende vergoeding terugvordert van het sociaal fonds Voor wat betreft deze terugbetalingen treedt het kompensatiefonds voor de arbeiders uit de brandstoffen-handel van de provincie Oost-Vlaanderen (KABOV) in de plaats van de werkgever ressorterende onder de RSZ-categorie 081 en worden de werknemers die hun aanvullende conventionele pensioenvergoeding van KABOV ontvangen steeds aanzien als behorende tot de RSZ-categorie 081.

Het sociaal fonds kan hiervoor beschikken over de volgens artikel 17 van zijn statuten gereserveerde bijdrage van 0,25 pct. voor de aanwerving van jongeren.

Art. 4.De praktische modaliteiten voor de uitvoering van deze overeenkomst zullen uitgewerkt worden door de raad van beheer van het sociaal fonds.

Art. 5.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 november 2007 betreffende het conventioneel brugpensioen in de sector van de handel in brandstoffen.

Zij treedt in werking op 1 januari 2009 en is gesloten tot 31 december 2009.

Zij kan door elk van de contracterende partijen worden opgezegd. Deze opzegging moet minstens drie maanden op voorhand geschieden bij een ter post aangetekend schrijven, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de brandstoffenhandel, die zonder verwijl de betrokken partijen in kennis zal stellen.

De termijn van drie maanden begint te lopen vanaf de datum van verzending van bovengenoemde brief.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 december 2009.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, belast met het Migratie- en asielbeleid, Mevr. J. MILQUET

^