Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 30 september 2014
gepubliceerd op 09 oktober 2014

Koninklijk besluit tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008 tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006

bron
federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer
numac
2014014360
pub.
09/10/2014
prom.
30/09/2014
ELI
eli/besluit/2014/09/30/2014014360/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

30 SEPTEMBER 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 19/05/2008 pub. 28/05/2008 numac 2008022284 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 juni 1972 op de veiligheid van de vaartuigen, artikel 4, 1°, f en h;

Gelet op het koninklijk besluit van 12 december 1957 betreffende de levensmiddelen aan boord van Belgische koopvaardijschepen en vissersvaartuigen;

Gelet op het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement;

Gelet op het koninklijk besluit van 12 maart 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/03/2003 pub. 14/03/2003 numac 2003014062 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit houdende handhaving van de verplichte arbeidstijd voor zeevarenden aan boord van schepen die Belgische havens aandoen sluiten houdende handhaving van de verplichte arbeidstijd voor zeevarenden aan boord van schepen die Belgische havens aandoen;

Gelet op het koninklijk besluit van 24 mei 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014128 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014126 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 2005 betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen sluiten inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden;

Gelet op het ministerieel besluit van 16 december 1957 houdende minimumvoorwaarden omtrent de levensmiddelen aan boord van schepen;

Gelet op de betrokkenheid van de gewestregeringen;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 23 december 2013;

Gelet op het advies 55.568/4 van de Raad van State gegeven op 24 maart 2014 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende de overeenkomst betreffende de organisatie van de arbeidstijd van zeevarenden, gesloten door de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Federatie van de bonden voor het vervoerspersoneel in de Europese Unie (FST) van 30 september 1998, gewijzigd bij de overeenkomst van 19 mei 2008Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 19/05/2008 pub. 28/05/2008 numac 2008022284 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006;

Op voordracht van de Minister van Noordzee, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK I. - Wijziging van het koninklijk besluit van 12 december 1957 betreffende de levensmiddelen aan boord van Belgische koopvaardijschepen en vissersvaartuigen

Artikel 1.Het opschrift van het koninklijk besluit van 12 december 1957 betreffende de levensmiddelen aan boord van Belgische koopvaardijschepen en vissersvaartuigen wordt vervangen als volgt : "Koninklijk besluit betreffende de levensmiddelen aan boord van Belgische schepen".

Art. 2.In artikel 1, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in het eerste lid worden de woorden "koopvaardijschepen en vissersvaartuigen" vervangen door het woord "schepen"; 2° het tweede lid wordt vervangen als volgt : "Onder "schip" wordt verstaan een schip zoals bedoeld in artikel 1, 3° van de wet van 5 juni 1972 op de veiligheid van de vaartuigen.".

Art. 3.In hetzelfde besluit wordt een artikel 1/1 ingevoegd, luidende : "

Art. 1/1.Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 1999/63/EG van 21 juni 1999 inzake de overeenkomst betreffende de organisatie van de arbeidstijd van zeevarenden, gesloten door de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Federatie van de bonden voor het vervoerspersoneel in de Europese Unie (FST), gewijzigd bij Richtlijn 2009/13/EG van de Raad van 16 februari 2009.".

Art. 4.In artikel 2, van hetzelfde besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 1, eerste lid wordt het woord "water" vervangen door "drinkwater";2° in punt 1, eerste lid worden de woorden "en vissersvaartuigen" opgeheven;3° in punt 2 wordt het woord "water" vervangen door "drinkwater".

Art. 5.Artikel 3, van hetzelfde besluit, wordt vervangen als volgt : "Er moet een voldoende voorraad aan levensmiddelen en drinkwater, van een bevredigende voedingswaarde, kwaliteit, hoeveelheid en variëteit, gelet op het aantal bemanningsleden aan boord, hun godsdienstige voorschriften en hun culturele gebruiken ten aanzien van voeding zowel als de duur en de aard van de reis, aan boord zijn.".

Art. 6.In artikel 4 en artikel 13, tweede lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "of vissersvaartuig" opgeheven.

Art. 7.In artikel 6, punt 2, van hetzelfde besluit worden de woorden "en vissersvaartuigen" opgeheven.

Art. 8.In artikel 8, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 1, a), wordt het woord "water" vervangen door het woord "drinkwater";2° in punt 1, b), wordt het woord "water" vervangen door het woord "drinkwater".

Art. 9.In artikel 10, vierde lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "of van het vissersvaartuig" opgeheven. HOOFDSTUK II. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement

Art. 10.Artikel 1, punt 1 het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement, laatst gewijzigd bij koninklijk besluit van 24 mei 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014128 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014126 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 2005 betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen sluiten, wordt aangevuld met de bepalingen, luidende : " "STCW-verdrag" : het internationaal verdrag van 1978 betreffende de normen voor zeevarenden inzake opleiding, diplomering en wachtdienst; "STCW-code" : de code inzake opleiding, diplomering en wachtdienst voor zeevarenden bedoeld door punt 23 van paragraaf 1 van Regel I/1 van de bijlage bij het internationaal Verdrag van 1978 betreffende de normen voor zeevarenden inzake opleiding, brevettering en wachtdienst."

Art. 11.In het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement, laatst gewijzigd bij koninklijk besluit van 14 mei 2012, wordt een artikel 1/1 ingevoegd, luidende : "

Art. 1/1.Dit besluit voorziet in de gedeeltelijke omzetting van : - Richtlijn 1999/63/EG van 21 juni 1999 inzake de overeenkomst betreffende de organisatie van de arbeidstijd van zeevarenden, gesloten door de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Federatie van de bonden voor het vervoerspersoneel in de Europese Unie (FST), gewijzigd bij Richtlijn 2009/13/EG van de Raad van 16 februari 2009; en - Richtlijn 2008/106/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 inzake het minimum opleidingsniveau van zeevarenden, zoals gewijzigd door Richtlijn 2012/35/EU van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012."

Art. 12.In artikel 102 van het hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 24 mei 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014128 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014126 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 2005 betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen sluiten en gewijzigd bij het koninklijk besluit van 13 november 2009, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° punt 1, eerste lid, wordt aangevuld met de volgende zin : "Zonder dit certificaat mogen zij niet werkzaam zijn op een schip."; 2° punt 1, tweede lid, wordt vervangen als volgt : "Tenzij een kortere periode vereist is vanwege de specifieke door het bemanningslid uit te voeren taken of vanwege het STCW-verdrag en onverminderd het bepaalde in punt 2, heeft het certificaat van medische geschiktheid een maximumgeldigheidsduur van twee jaar, behalve wanneer het bemanningslid jonger is dan 18 jaar, in welk geval de maximumgeldigheidsduur 1 jaar zal bedragen.De kleurenblindheidtest heeft een maximumgeldigheidsduur van 6 jaar."; 3° in punt 2, tweede lid, wordt de zin "Het certificaat van medische geschiktheid blijft geldig tot op het einde van de zeereis waarvoor werd aangemonsterd." opgeheven; 4° punt 2 wordt aangevuld met een lid, luidende : "Indien de geldigheidstermijn van een certificaat van medische geschiktheid gedurende een zeereis verstrijkt, blijft het van kracht tot aan de volgende aanloophaven waar het bemanningslid een certificaat van medische geschiktheid kan verkrijgen van een erkende geneesheer, zoals bepaald in bijlage XX van dit besluit, mits die termijn ten hoogste drie maanden bedraagt."; 5° artikel 102 wordt aangevuld met een punt 5, luidende : "5.In buitengewoon dringende omstandigheden mogen de met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaren die daartoe aangesteld zijn een bemanningslid toestaan zonder een geldig certificaat van medische geschiktheid werkzaamheden te verrichten tot aan de volgende aanloophaven waar het bemanningslid een certificaat van medische geschiktheid kan verkrijgen van een erkende geneesheer, zoals bepaald in bijlage XX van dit besluit, mits : a) een dergelijke toestemming ten hoogste drie maanden geldig is;en b) het betrokken bemanningslid in het bezit is van een verlopen certificaat van medische geschiktheid van recente datum.".

Art. 13.In artikel 1 van bijlage XIV van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 7 januari 1998 en 29 februari 2004, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 1, eerste lid wordt de bepaling onder b) opgeheven;2° in punt 2, eerste lid, worden de woorden ", op sleepboten" opgeheven; 3° punt 2 wordt aangevuld met een lid, luidende : "Schepen met een brutotonnenmaat van minder dan 200 ton - met inachtneming van de grootte van het schip en het aantal personen aan boord - kunnen, na overleg met de betrokken organisaties van reders en zeevarenden, worden vrijgesteld van de vereisten van de volgende bepalingen van deze bijlage wanneer dit redelijk is : a) artikel 4.2, artikel 11.6 en artikel 12; en b) artikel 7.2, uitsluitend ten aanzien van vloeroppervlakte."; 4° punt 4 wordt aangevuld met een lid, luidende : "In het geval van schepen waar men - zonder dat zulks tot discriminatie leidt - rekening moet houden met de belangen van bemanningsleden met uiteenlopende gewoonten van godsdienstige en sociale aard, kan de met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaar - na overleg met de betrokken organisaties van reders en zeevarenden - billijk geachte alternatieve toepassingen toestaan van het bepaalde in deze bijlage, op voorwaarde dat er geen toepassingen ontstaan die uiteindelijk minder gunstig zijn dan de situatie die het gevolg zou zijn van de toepassing van deze bijlage.". 5° artikel 1 wordt aangevuld met een punt 5, luidende : "5.De vereisten in deze bijlage ter uitvoering van norm A3.1 van MLC 2006 die op de bouw en uitrusting van schepen betrekking hebben, zijn uitsluitend van toepassing op schepen gebouwd op of na 20 augustus 2014. Ten aanzien van schepen gebouwd vóór 20 augustus 2014 blijven de vereisten met betrekking tot de bouw en uitrusting van schepen als vervat in het Verdrag betreffende de huisvesting van de bemanning aan boord van schepen (herzien), 1949 (nr.92), en het Verdrag betreffende de huisvesting van de bemanning aan boord van schepen (aanvullende bepalingen), 1970 (Nr. 133), van toepassing. Een schip wordt geacht te zijn gebouwd op de datum waarop de kiel is gelegd of waarop de bouw zich in een soortgelijk stadium bevindt.".

Art. 14.In artikel 4 van bijlage XIV van hetzelfde besluit wordt punt 2 vervangen als volgt : "2. Schepen, met uitzondering van die welke gewoonlijk worden ingezet op een vaart waarbij gematigde klimatologische omstandigheden zulks niet vereisen, moeten uitgerust zijn met een systeem voor klimaatregeling voor de verblijven van de bemanningsleden, het radiolokaal en de centrale machinekamer.".

Art. 15.In artikel 7 van bijlage XIV van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 februari 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/02/2004 pub. 02/03/2004 numac 2004014040 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot goedkeuring van wijzigingen aan de statuten van Belgacom, naamloze vennootschap van publiek recht type koninklijk besluit prom. 29/02/2004 pub. 03/05/2004 numac 2004200087 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 december 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot verlenging van de opleidings- en tewerkstellingsregelingen die georganiseerd of gewijzigd worden door de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 1999 tot organisatie van de opleidings- en tewerkstellingsakkoorden in de bouw voor de jaren 1999 en 2000 type koninklijk besluit prom. 29/02/2004 pub. 11/03/2004 numac 2004014044 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties en tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 2, A., a), eerste lid, worden de woorden "slaapplaatsoppervlakte per persoon van elk voor het lager personeel bestemde slaapplaats niet kleiner zijn" vervangen door de woorden "vloeroppervlakte van de slaapplaats niet minder bedragen"; 2° in punt 2, A., a), eerste lid, (i) wordt "1,85" vervangen door "4,5 " en wordt "800" vervangen door "3.000"; 3° in punt 2, A., a), eerste lid, (ii) wordt "2,35" vervangen door "5,5" en wordt "800" vervangen door "3 000" en wordt "3 000" vervangen door "10 000"; 4° in punt 2, A., a), eerste lid, (iii) wordt "2,78" vervangen door "7" en wordt "3.000" vervangen door "10 000"; 5° punt 2, A., b), wordt vervangen als volgt : "b) Op schepen met een brutotonnenmaat van minder dan 3.000 ton, anders dan passagiersschepen en schepen voor bijzondere doeleinden, mogen de slaapplaatsen worden gebruikt door ten hoogste twee bemanningsleden; het vloeroppervlak van deze slaapplaats mag niet minder bedragen dan 7 m2.

Teneinde te voorzien in slaapplaatsen met één enkel bed op schepen met een brutotonnenmaat van minder dan 3 000 ton, op passagiersschepen en op schepen voor bijzondere doeleinden, mag de met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaar een geringer vloeroppervlak toestaan.

Op passagiersschepen en schepen voor bijzondere doeleinden mag het vloeroppervlak van de slaapplaatsen voor bemanningsleden die geen taken als scheepsofficier verrichten, niet minder zijn dan : (i) 7,5 m2 in vertrekken waar twee personen verblijven; (ii) 11,5 m2 in vertrekken waar drie personen verblijven; (iii) 14,5 m2 in vertrekken waar vier personen verblijven.

Op schepen voor bijzondere doeleinden mogen in slaapplaatsen meer dan vier personen verblijven; het vloeroppervlak van deze slaapplaatsen mag niet minder bedragen dan 3,6 m2 per persoon.

Op schepen anders dan passagiersschepen en schepen voor bijzondere doeleinden mag het vloeroppervlak van de slaapplaatsen voor bemanningsleden die taken als scheepsofficier verrichten, wanneer geen privé zit- of dagverblijf aanwezig is, per persoon niet minder bedragen dan : (i) 7,5 m2 op schepen met een brutotonnenmaat van minder dan 3.000 ton; (ii) 8,5 m2 op schepen met een brutotonnenmaat van 3 000 ton of meer, doch minder dan 10 000 ton; (iii) 10 m2 op schepen met een brutotonnenmaat van 10 000 ton of meer.

Op passagiersschepen en schepen voor bijzondere doeleinden mag het vloeroppervlak voor bemanningsleden die taken als scheepsofficier verrichten, wanneer geen privé zit- of dagverblijf aanwezig is, per persoon voor onderofficieren niet minder bedragen dan 7,5 m2 en voor officieren niet minder dan 8,5 m2. Junior officieren worden geacht op operationeel niveau te fungeren, en senior officieren op managementniveau.

De kapitein, de hoofdwerktuigkundige en de eerste stuurman hebben, naast hun slaapplaatsen, een aangrenzend zitverblijf, een dagverblijf of een gelijkwaardige aanvullende ruimte; schepen met een brutotonnenmaat van minder dan 3 000 ton kunnen door de met scheepvaartcontrole belaste ambtenaar van dit vereiste worden vrijgesteld, na overleg met de betrokken organisaties van reders en zeevarenden. 6° in punt 3 wordt "1,90" vervangen door "2,03"; 7° in punt 4 wordt A., vervangen als volgt : "A. Aan boord van schepen, anders dan passagiersschepen en vissersvaartuigen, moet worden voorzien in een individuele hut voor elk bemanningslid.

Voor schepen met een brutotonnenmaat van minder dan 3 000 ton of schepen voor bijzondere doeleinden kunnen afwijkingen worden verleend aan deze bepaling door de met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaar, na overleg met de betrokken organisaties van reders en zeevarenden. 8° punt 4 wordt aangevuld met de bepaling onder C., luidende : "C. Voor mannen en vrouwen moeten afzonderlijke hutten worden verschaft."; 9° punt 5, tweede lid, wordt vervangen als volgt : "Ingeval een afwijking werd toegestaan overeenkomstig punt 4 mogen de bedden niet zodanig naast elkaar worden geplaatst dat een bed slechts kan bereikt worden door over een ander te klauteren en mogen niet meer dan 2 bedden boven elkaar worden aangebracht."; 10° in punt 5, derde lid, wordt de zin "Er mogen niet meer dan 2 bedden boven elkaar worden aangebracht." opgeheven; 11° in punt 5, vijfde lid, wordt "1,90" vervangen door "1,98" en wordt "0,70" vervangen door "0,80";12° in punt 6, tweede lid, wordt het woord "kast" vervangen door het woord "kledingkast";13° punt 6, derde lid, wordt vervangen als volgt : "Aan boord van schepen, geen vissersschepen zijnde, moet het totale volume van deze kast ten minste 475 liter bedragen.Zij dient voorzien van een legplank en moet door de gebruiker kunnen worden afgesloten teneinde de privacy te waarborgen."; 14° punt 6, zevende lid, wordt vervangen als volgt : "Elke opvarende moet een lade of een gelijkwaardige ruimte van ten minste 56 liter inhoud te zijner beschikking hebben.Indien de lade of gelijkwaardige ruimte in de kledingkast is geïntegreerd, moet het totale volume van de kledingkast ten minste 500 liter bedragen.".

Art. 16.Artikel 10 van bijlage XIV van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 februari 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/02/2004 pub. 02/03/2004 numac 2004014040 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot goedkeuring van wijzigingen aan de statuten van Belgacom, naamloze vennootschap van publiek recht type koninklijk besluit prom. 29/02/2004 pub. 03/05/2004 numac 2004200087 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 december 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot verlenging van de opleidings- en tewerkstellingsregelingen die georganiseerd of gewijzigd worden door de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 1999 tot organisatie van de opleidings- en tewerkstellingsakkoorden in de bouw voor de jaren 1999 en 2000 type koninklijk besluit prom. 29/02/2004 pub. 11/03/2004 numac 2004014044 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties en tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement sluiten, wordt aangevuld met de volgende zin : "Schepen met een brutotonnenmaat van minder dan 3 000 ton mogen door de met scheepvaartcontrole belaste ambtenaar van deze vereiste worden vrijgesteld na overleg met de betrokken organisaties van reders en zeevarenden.".

Art. 17.In artikel 11 van bijlage XIV van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 29 februari 2004Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 29/02/2004 pub. 02/03/2004 numac 2004014040 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot goedkeuring van wijzigingen aan de statuten van Belgacom, naamloze vennootschap van publiek recht type koninklijk besluit prom. 29/02/2004 pub. 03/05/2004 numac 2004200087 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 december 2000, gesloten in het Paritair Comité voor het bouwbedrijf, tot verlenging van de opleidings- en tewerkstellingsregelingen die georganiseerd of gewijzigd worden door de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 1999 tot organisatie van de opleidings- en tewerkstellingsakkoorden in de bouw voor de jaren 1999 en 2000 type koninklijk besluit prom. 29/02/2004 pub. 11/03/2004 numac 2004014044 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake gemeenschappelijke voorschriften en normen voor met de inspectie en controle van schepen belaste organisaties en tot wijziging van het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement sluiten, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in punt 1 wordt het woord "installaties" vervangen door het woord "inrichtingen";2° punt 1 wordt aangevuld met de volgende zin : "Alle bemanningsleden moeten eenvoudig toegang hebben tot de sanitaire inrichtingen op het schip, die moeten voldoen aan de minimumnormen voor gezondheid en hygiëne en aan redelijke normen qua comfort.Er dienen afzonderlijke sanitaire inrichtingen voor mannen en vrouwen te zijn."; 3° punt 1 wordt aangevuld met een lid, luidende : "Vanaf de navigatiebrug en de machinekamer of in de nabijheid van de controlekamer en de machinekamer moeten er gemakkelijk toegankelijke sanitaire inrichtingen zijn.Schepen met een brutotonnenmaat van minder dan 3 000 ton mogen door de met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaar van deze vereiste worden vrijgesteld na overleg met de betrokken organisaties van reders en zeevarenden."; 4° in punt 3, eerste lid, a) en b) wordt "8" vervangen door "6"; 5° punt 6, waarvan de bestaande tekst punt 6.1 zal vormen, wordt aangevuld met een punt 6.2, luidende : "6.2. Aan boord van schepen, anders dan passagiersschepen en vissersvaartuigen, moeten alle hutten uitgerust zijn met warm en koud stromend zoetwater, behalve wanneer een dergelijke wastafel zich in de aanwezige privé badkamer bevindt."; 6° in punt 8 worden de woorden "de closets" vervangen door de woorden "alle sanitaire inrichtingen".

Art. 18.In artikel 1, eerste lid van bijlage XX van hetzelfde besluit, vervangen door het koninklijk besluit van, 24 mei 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014128 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014126 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 2005 betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen sluiten, worden de woorden "de geneesheren erkend" vervangen door de woorden "gekwalificeerde geneesheren die erkend zijn" en wordt het woord "zijn." vervangen door "zijn of wanneer de geneeskundige verklaring uitsluitend betrekking heeft op het gezichtsvermogen door iemand die door de met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaren die daartoe aangesteld zijn wordt erkend als gekwalificeerd voor de afgifte van een dergelijk certificaat. Geneesheren moeten bij het uitvoeren van medische keuringen in hun medisch oordeel professioneel gezien volledig onafhankelijk zijn.".

Art. 19.In artikel 2, punt 1, tweede lid, van bijlage XX van hetzelfde besluit, vervangen door het koninklijk besluit van 24 mei 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014128 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014126 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 2005 betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen sluiten, wordt aangevuld met de bepaling onder e., luidende : "e. dat hem ongeschikt maakt voor die functie.".

Art. 20.In artikel 4, punt 2, eerste lid, van bijlage XX van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 24 mei 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014128 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014126 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 2005 betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen sluiten, worden de woorden "of tegen beperkingen die hem zijn opgelegd, in het bijzonder op het vlak van tijd, soort werk of handelsgebied," ingevoegd tussen de woorden "in artikel 3" en "beroep instellen".

Art. 21.Artikel 4, punt 2, tweede lid, van bijlage XX van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 24 mei 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014128 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014126 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 2005 betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen sluiten, wordt vervangen als volgt : "De herkeuring van de betrokkene gebeurt door een andere erkende geneesheer bedoeld in artikel 1, eerste lid, aangeduid door de met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaren die daartoe aangesteld zijn dan de erkende geneesheer die de verklaring van medische ongeschiktheid heeft opgesteld.".

Art. 22.Artikel 5 van bijlage XX van hetzelfde besluit, vervangen bij het koninklijk besluit van 24 mei 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014128 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014126 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 2005 betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen sluiten, wordt aangevuld als volgt : "en onverminderd de wet van 3 juni 2007 houdende diverse arbeidsbepalingen en haar uitvoeringsbesluiten en de wet van 3 mei 2003 tot regeling van de arbeidsovereenkomst wegens scheepsdienst voor de zeevisserij en tot verbetering van het sociaal statuut van de zeevisser en haar uitvoeringsbesluiten.".

Art. 23.In hetzelfde besluit wordt punt V 1. "Certificaat van medische geschiktheid" van bijlage XXIV, ingevoegd bij koninklijk besluit van 24 mei 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014128 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014126 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 2005 betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen sluiten en gewijzigd bij koninklijk besluit van 13 november 2009, vervangen door de bijlage 1 gevoegd bij dit besluit.

Art. 24.In hetzelfde besluit wordt punt V 2. "Verklaring medische ongeschiktheid" van bijlage XXIV, ingevoegd bij koninklijk besluit van 24 mei 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014128 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014126 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 2005 betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen sluiten en gewijzigd bij koninklijk besluit van 13 november 2009, vervangen door de bijlage 2 gevoegd bij dit besluit. HOOFDSTUK III. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 12 maart 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/03/2003 pub. 14/03/2003 numac 2003014062 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit houdende handhaving van de verplichte arbeidstijd voor zeevarenden aan boord van schepen die Belgische havens aandoen sluiten houdende handhaving van de verplichte arbeidstijd voor zeevarenden aan boord van schepen die Belgische havens aandoen

Art. 25.In de bijlage I van het koninklijk besluit van 12 maart 2003Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/03/2003 pub. 14/03/2003 numac 2003014062 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit houdende handhaving van de verplichte arbeidstijd voor zeevarenden aan boord van schepen die Belgische havens aandoen sluiten houdende handhaving van de verplichte arbeidstijd voor zeevarenden aan boord van schepen die Belgische havens aandoen, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° clausule 1 wordt aangevuld met een lid, luidende : "3.Bij twijfel over de vraag of bepaalde categorieën personen voor de toepassing van deze overeenkomst dienen te worden beschouwd als zeevarenden, wordt in elke lidstaat na overleg met de betreffende organisaties van reders en zeevarenden een beslissing ter zake genomen door de bevoegde autoriteit. In dit kader wordt naar behoren rekening gehouden met de resolutie van de algemene conferentie van de Internationale Arbeidsorganisatie tijdens haar 94e (maritieme) zitting inzake informatie over beroepsgroepen."; 2° in clausule 2 worden de bepalingen onder c) en d) vervangen als volgt : "c) "zeevarende" : elke persoon die werkzaam is of is gecontracteerd of in enige hoedanigheid werkzaamheden verricht aan boord van een schip waarop deze overeenkomst van toepassing is; d) "reder" : eigenaar van het schip of elke andere instelling of persoon, zoals de scheepsuitbater, de agent of de rompbevrachter, aan wie de eigenaar de verantwoordelijkheid voor de uitbating van het schip heeft toevertrouwd en die, bij het opnemen van die verantwoordelijkheid, aanvaard heeft om de taken en verplichtingen die krachtens deze wet aan de reders zijn opgelegd, op zich te nemen, los van het feit dat andere instellingen of personen zich in zijn naam van sommige van die taken of verantwoordelijkheden kwijten."; 3° clausule 5 wordt vervangen als volgt : "De clausules 5, 7, 8 en 9 worden geregeld in artikel 10/1, van het koninklijk besluit van 24 mei 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014128 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014126 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 2005 betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen sluiten inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden."; 4° clausule 6 wordt vervangen als volgt : "1.Nachtdienst door zeevarenden jonger dan 18 is verboden. In deze norm is "nacht" gedefinieerd in overeenstemming met het nationale recht en de nationale praktijk. De nacht beslaat een periode van ten minste negen uur die niet later dan middernacht begint en niet eerder dan 5 uur 's ochtends eindigt. 2. De bevoegde autoriteit kan een uitzondering op de strikte handhaving van de nachtdienstbeperking maken wanneer : a) de doeltreffende opleiding van de betreffende zeevarenden volgens vastgelegde programma's en roosters daardoor zou worden verstoord, of b) de specifieke aard van de taak of een erkend opleidingsprogramma vereist dat de zeevarenden op wie de uitzondering betrekking heeft 's nachts taken uitvoeren en de autoriteit, na overleg met de betreffende organisaties van reders en zeevarenden, bepaalt dat het werk niet schadelijk is voor hun gezondheid of welzijn.3. De indienstneming, aanmonstering of tewerkstelling van zeevarenden jonger dan 18 is verboden indien het werk gevaar oplevert voor hun gezondheid of veiligheid.Het soort werk waarvoor dit geldt wordt vastgesteld in nationale wet- en regelgeving of door de bevoegde autoriteit, na overleg met de betreffende organisaties van reders en zeevarenden, in overeenstemming met relevante internationale normen."; 5° clausule 7, 8 en 9 worden opgeheven;6° clausule 13 wordt vervangen als volgt : "1.Clausule 13, punt 1 tot en met 12 worden geregeld in artikel 102 en Bijlage XX van het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement. 2. De aard van de uit te voeren medische keuring en de bijzonderheden die in het medisch certificaat dienen te worden vermeld, dienen te worden vastgesteld in overleg met de betreffende organisaties van reders en zeevarenden.3. Alle zeevarenden dienen regelmatig een medische keuring te ondergaan.Wachtlopende zeevarenden met gezondheidsproblemen die volgens een arts het gevolg zijn van het feit dat zij nachtarbeid verrichten, dienen, wanneer dat mogelijk is, te worden overgeplaatst naar dagarbeid waarvoor zij geschikt zijn. 4. De in punt 3 en 4 bedoelde medische keuring is gratis en valt onder het medisch geheim.Keuringen van deze aard kunnen worden uitgevoerd in het kader van het nationale gezondheidsstelsel.". 7° in clausule 16 wordt de eerste zin vervangen als volgt : "Elke zeevarende heeft recht op een betaald verlof.Het aantal dagen betaald verlof wordt berekend op basis van een minimum van 2,5 kalenderdagen per maand dat de zeevarende in dienst is geweest en pro rata voor onvolledige dienstmaanden.".

Art. 26.In de bijlage II, 1 van hetzelfde koninklijk besluit, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in de derde zin van het "Model organisatieschema van de werkzaamheden aan boord" worden de woorden "IAO-Verdrag nr.180 betreffende de werktijden van zeevarenden en de bemanning van schepen van 1996" vervangen door de woorden "het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006"; 2° voetnoot (2) van het "Model organisatieschema van de werkzaamheden aan boord" wordt opgeheven;3° het onderdeel "Uittreksels uit IAO-Verdrag nr.180 en het STCW-Verdrag" wordt opgeheven.

Art. 27.In de bijlage II, 2 van hetzelfde koninklijk besluit, in voetnoot (1) en voetnoot (2) op bladzijde 2, worden de woorden "de relevante eisen van het Verdrag betreffende de werktijden van zeevarenden en de bemanning van schepen van 1996 (Verdrag nr. 180)" telkens vervangen door de woorden "de relevante bepalingen van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006". HOOFDSTUK IV. - Wijzigingen van het koninklijk besluit van 24 mei 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014128 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014126 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 2005 betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen sluiten inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden

Art. 28.In artikel 1 van het koninklijk besluit van 24 mei 2006Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014128 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit inzake vaarbevoegdheidsbewijzen voor zeevarenden type koninklijk besluit prom. 24/05/2006 pub. 31/05/2006 numac 2006014126 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 21 november 2005 betreffende specifieke stabiliteitsvereisten voor ro-ro-passagiersschepen sluiten, wordt de zin "Voor de toepassing van dit besluit ter omzetting van Richtlijn 2001/25/EG van het Europees Parlement en de Raad van 4 april 2001 inzake het minimumopleidingsniveau van zeevarenden, gewijzigd bij Richtlijn 2002/84/EG van het Europees Parlement en de Raad van 5 november 2002 in zoverre ze betrekking heeft op Richtlijn 2001/25/EG, bij Richtlijn 2003/103/EG van het Europees Parlement en de Raad van 17 november 2003, bij Richtlijn 2005/23/EG van de Commissie van 8 maart 2005 en bij Richtlijn 2005/45/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 wordt verstaan onder :" vervangen als volgt : "Voor de toepassing van dit besluit ter : - gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 1999/63/EG van 21 juni 1999 inzake de overeenkomst betreffende de organisatie van de arbeidstijd van zeevarenden, gesloten door de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Federatie van de bonden voor het vervoerspersoneel in de Europese Unie (FST), gewijzigd bij Richtlijn 2009/13/EG van de Raad van 16 februari 2009; - gedeeltelijke omzetting van Richtlijn 2008/106/EG van het Europees Parlement en de Raad van 19 november 2008 inzake het minimum opleidingsniveau van zeevarenden, gewijzigd bij Richtlijn 2012/35/EU van het Europees Parlement en de Raad van 21 november 2012; wordt verstaan onder :".

Art. 29.In artikel 1 van hetzelfde besluit, worden de bepalingen onder 32° /1, 32° /2 en 54° ingevoegd, luidende : "32° /1 "arbeidstijd" : de tijd gedurende welke een zeevarende arbeid voor het schip moet verrichten; 32° /2 "rusttijd" is de tijd buiten de arbeidstijd.Korte pauzes vallen niet onder dit begrip. 54° "MLC 2006" : het Verdrag betreffende maritieme arbeid, aangenomen te Genève op 23 februari 2006 door de Internationale Arbeidsconferentie tijdens haar 94ste zitting.".

Art. 30.In artikel 2 van hetzelfde besluit, worden de woorden "De bepalingen van dit besluit zijn" vervangen door de woorden "Tenzij andersluidende bepaling zijn de bepalingen van dit besluit".

Art. 31.In artikel 3 van hetzelfde besluit, wordt het derde lid opgeheven.

Art. 32.In hetzelfde besluit wordt een artikel 10/1 ingevoegd, luidende : "

Art. 10/1.§ 1. Teneinde vermoeidheid te voorkomen worden de wachten zo geregeld dat de doelmatigheid van het wachtdoende personeel niet wordt geschaad door vermoeidheid en dat de taken zo zijn ingedeeld dat de eerste wacht bij de aanvang van een reis en daaropvolgende aflossende wachten voldoende rust hebben genoten en anderszins geschikt zijn om dienst te doen. § 2. De grenzen van de arbeids- en rusttijd zijn : a) de maximumarbeidstijd mag niet langer zijn dan : i) 14 uur in elke periode van 24 uur;en ii) 72 uur in elke periode van zeven dagen; of b) de minimumrusttijd mag niet korter zijn dan : i) 10 uur rust in elke periode van 24 uur;en ii) 77 uur in elke periode van zeven dagen. § 3. De rusturen mogen worden verdeeld over niet meer dan twee perioden waarvan er één ten minste een lengte heeft van zes uur, en de intervallen tussen twee opeenvolgende rusttijden mogen niet meer dan veertien uur bedragen. § 4. De in de paragrafen 2 en 3 neergelegde eisen inzake arbeids- en rusttijden moeten niet worden nageleefd in geval van nood of in andere doorslaggevende operationele omstandigheden.

Verzamelingen, brandbestrijdingsoefeningen, oefeningen met reddingsboten en oefeningen die krachtens nationale wetten en voorschriften en internationale instrumenten zijn vereist, worden zo uitgevoerd dat de rusttijden zo weinig mogelijk worden verstoord en dat geen vermoeidheid wordt veroorzaakt. § 5. Een overzicht van de arbeidsorganisatie aan boord, onder andere de wachtregelingen en de dagelijkse rusturen van zeevarenden, wordt opgehangen op plaatsen waar zij gemakkelijk kunnen worden bekeken.

Het overzicht wordt opgesteld in het standaardformaat, zodat kan worden nagegaan en gecontroleerd of aan de bepalingen in dit artikel is voldaan.

Het overzicht wordt opgesteld met inachtneming van bestaande internationale richtlijnen.

Voor iedere positie wordt ten minste het volgende vermeld : a) het rooster voor de dienst op zee en de dienst in de haven;en b) de maximum arbeidstijd en de minimum rusttijd voorgeschreven in Belgische wetgeving. Zeevarenden krijgen een kopie van de gegevens die over hen worden bijgehouden, die door de kapitein of door een door de kapitein gemachtigde persoon en door de zeevarenden wordt ondertekend.

Er dienen procedures te worden vastgesteld voor het bijhouden van dergelijke gegevens aan boord, inclusief de tussenpozen waarin deze worden vastgelegd.

Een exemplaar van de bepalingen van de nationale wetgeving die op dit artikel betrekking hebben en van de desbetreffende collectieve overeenkomsten dient aan boord te worden bewaard en dienen gemakkelijk toegankelijk te zijn voor de bemanning.

De in dit artikel bedoelde gegevens dienen met passende tussenpozen onderzocht en bekrachtigd te worden, om na te gaan of de bepalingen inzake de arbeids- en de rusttijden waarop dit artikel betrekking heeft, worden nageleefd. § 6. Indien een zeevarende wordt opgeroepen, bijvoorbeeld wanneer een machinepost onbemand is, krijgt de zeevarende een voldoende compenserende rusttijd indien de normale rusttijd verstoord is omdat hij wordt opgeroepen om te werken. § 7. Ongeacht de voorschriften in paragrafen 2 tot en met 6, is de kapitein van een schip bevoegd om een zeevarende werkuren te laten presteren die noodzakelijk zijn voor de onmiddellijke veiligheid van het schip, de personen aan boord of de lading, of om hulp te bieden aan andere schepen of personen die op zee in nood verkeren.

De kapitein kan dienovereenkomstig de rustregeling opschorten en een zeevarende de nodige werkuren laten presteren totdat de normale situatie is hersteld.

Van zodra het mogelijk is nadat de normale situatie is hersteld, zorgt de kapitein ervoor dat de zeevarenden die tijdens een geplande rusttijd hebben gewerkt, een passende rusttijd krijgen.".

Art. 33.Na HOOFDSTUK I, van hetzelfde besluit, wordt een HOOFDSTUK I/2 ingevoegd die de artikels 16/7 tot en met 16/15 bevat, luidende : "HOOFDSTUK I/ 2. Scheepskok

Art. 16/7.Voor de toepassing van dit hoofdstuk betekent "schip" : een schip anders dan een schip dat uitsluitend vaart op binnenwateren of wateren binnen, of dicht grenzend aan, beschutte wateren of gebieden waar havenvoorschriften gelden.

Art. 16/8.Dit hoofdstuk is van toepassing op alle schepen die toebehoren aan openbare instellingen of privé-instellingen, die doorgaans worden gebruikt voor commerciële activiteiten, met uitzondering van schepen die worden gebruikt voor de visvangst of voor soortgelijke doeleinden en van traditioneel gebouwde schepen zoals dhows en jonken. Dit besluit is niet van toepassing op oorlogsschepen of marinehulpschepen.

Art. 16/9.Met het oog op de toepassing van paragrafen 3 en 4 van norm A3.2 van MLC 2006 is de zeevarende die wordt tewerkgesteld als scheepskok in het bezit van een geldig certificaat van kwalificatie voor scheepskok uitgegeven overeenkomstig de bepalingen van dit besluit of van een overeenkomstig dit besluit uitgegeven verklaring van erkenning van een certificaat van kwalificatie voor scheepskok afkomstig van een bevoegde overheid van een Staat die Partij is bij MLC 2006.

Onverminderd het eerste lid, toont de in het eerste lid bedoelde scheepskok die buitengaats dienst doet of van plan is na een periode aan de wal naar zee terug te keren, teneinde zijn bevoegdheid om buitengaats dienst te doen te behouden, met tussenpozen van ten hoogste vijf jaar, aan dat hij bij voortduring vakbekwaam is in overeenstemming met de bepalingen van sectie A-I/II van de STCW-code voor zover ze relevant zijn voor de functie van scheepskok.

Art. 16/10.De met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaren die daartoe zijn aangesteld geven een certificaat van kwalificatie voor scheepskok uit aan de kandidaat scheepskok voor een schip dat de Belgische vlag voert indien de voorwaarden bepaald in punt 1 van bijlage V vervult zijn. Het certificaat van kwalificatie voor scheepskok heeft een geldigheidsduur van 5 jaar. Het wordt opgemaakt volgens het in Bijlage V/2 bepaalde model.

Art. 16/11.De met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaren die daartoe zijn aangesteld geven een officiële verklaring van erkenning van kwalificatie voor scheepskok uit aan de kandidaat scheepskok voor een schip dat de Belgische vlag voert indien de voorwaarden bepaald in punt 2 van bijlage V vervult zijn. De officiële verklaring van erkenning van kwalificatie voor scheepskok heeft een geldigheidsduur van 5 jaar. Ze wordt opgemaakt volgens het in Bijlage V/3 bepaalde model.

Art. 16/12.De met de scheepvaartcontrole belaste dienst kan vrijstellingen verlenen bedoeld in paragraaf 5 van norm A3.2 van MLC 2006.

Art. 16/13.De met de scheepvaartcontrole belaste dienst kan vrijstellingen verlenen bedoeld in paragraaf 6 van norm A3.2 van MLC 2006.

Art. 16/14.De bepalingen van artikel 5, § 7 zijn op overeenkomstige wijze van toepassing op de certificaten en officiële verklaringen bedoeld in dit Hoofdstuk.

Art. 16/15.De bepalingen van artikel 8, § 1 zijn op overeenkomstige wijze van toepassing op alle werkzaamheden betreffende de uitvoering van dit hoofdstuk door de met de scheepvaartcontrole belaste dienst of door instellingen die een opleiding verstrekken.".

Art. 34.In hetzelfde besluit wordt de bijlage V vervangen als volgt : "Verplichte minimumeisen inzake verlening van een certificaat van kwalificatie voor scheepskok of een officiële verklaring van erkenning van kwalificatie voor scheepskok als bedoeld in artikel 16/7 tot en met 16/15 van dit besluit. 1. Ieder die een certificaat van kwalificatie voor scheepskok wenst te verkrijgen, moet : 1° niet jonger zijn dan 18 jaar;2° vooraleer de in punt 3° bedoelde opleiding aan te vatten, beschikken over een Belgisch erkend diploma van kok of over een door de instelling die de in punt 3° bedoelde opleiding geeft aangenomen diploma of getuigschrift waaruit blijkt dat betrokkene over voldoende kennis beschikt om deel te nemen aan de in punt 3° bedoelde opleiding;3° een opleiding hebben voltooid, erkend door de met de scheepvaartcontrole belaste dienst, die voldoet aan de in bijlage V/1 vermelde bekwaamheidsnormen;4° een diensttijd hebben vervuld in de keuken van een zeeschip van minstens drie maanden;en 5° beschikken over een geldig medisch certificaat bedoeld door artikel 102 van het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement. In afwijking van punt 1, 2° tot en met 4° wordt het certificaat van kwalificatie van scheepskok ook uitgegeven aan de kandidaat scheepskok die reeds voor 20 augustus 2014 als scheepskok dienst deed op een schip dat de Belgische vlag voert indien hij een door de met de scheepvaartcontrole belaste ambtenaar gelijkwaardig geachte opleiding en ervaring in de functie van scheepskok bezit. In dat geval wordt daarvan op het certificaat melding gemaakt.

In afwijking van punt 1, 2° tot en met 4° wordt het certificaat van kwalificatie van scheepskok ook uitgegeven aan de kandidaat scheepskok voor een schip dat de Belgische vlag voert, die niet beschikt over een certificaat uitgegeven door of onder de verantwoordelijkheid van de bevoegde overheid van een Staat die partij is bij MLC 2006 indien hij een door de scheepvaartcontrole belaste dienst gelijkwaardig geachte opleiding of ervaring bezit. In dat geval wordt daarvan op het certificaat melding gemaakt. 2. Ieder die een officiële verklaring van erkenning van kwalificatie voor scheepskok wenst te verkrijgen, moet : 1° niet jonger zijn dan 18 jaar; 2° een door paragraaf 4 van norm A3.2. van MLC 2006 bedoelde opleidingscursus hebben voltooid die erkend is door de bevoegde overheid van een Staat die partij is bij MLC 2006; 3° een diensttijd hebben vervuld in de keuken van een zeeschip van minstens drie maanden;en 4° beschikken over een geldig medisch certificaat bedoeld door artikel 102 van het koninklijk besluit van 20 juli 1973 houdende zeevaartinspectiereglement.".

Art. 35.In hetzelfde besluit wordt een bijlage V/1 ingevoegd, die als bijlage 3 is gevoegd bij dit besluit.

Art. 36.In hetzelfde besluit wordt een bijlage V/2 ingevoegd, die als bijlage 4 is gevoegd bij dit besluit.

Art. 37.In hetzelfde besluit wordt een bijlage V/3 ingevoegd, die als bijlage 5 is gevoegd bij dit besluit. HOOFDSTUK V. - Slotbepalingen

Art. 38.Het ministerieel besluit van 16 december 1957 houdende minimumvoorwaarden omtrent de levensmiddelen aan boord van schepen wordt opgeheven.

Art. 39.Dit besluit treedt in werking op de dag waarop de wet van 13 juni 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 13/06/2014 pub. 11/07/2014 numac 2014204102 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer, federale overheidsdienst justitie, federale overheidsdienst sociale zekerheid en federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Wet tot uitvoering en controle van de toepassing van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 sluiten tot uitvoering en controle van de toepassing van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 in werking treedt.

Art. 40.De minister bevoegd voor Maritieme Mobiliteit is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 30 september 2014.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Noordzee, J. VANDE LANOTTE Bijlage 1 bij het koninklijk besluit van 30 september 2014 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 19/05/2008 pub. 28/05/2008 numac 2008022284 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006 V. Documenten inzake de examens van medische geschiktheid/Documents concerning examinations of medical fitness 1. Certificaat van medische geschiktheid/Medical certificate

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 30 september 2014 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 19/05/2008 pub. 28/05/2008 numac 2008022284 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006. FILIP Van Koningswege : De Minister van Noordzee, J. VANDE LANOTTE

Bijlage 2 bij het koninklijk besluit van 30 september 2014 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 19/05/2008 pub. 28/05/2008 numac 2008022284 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006 2. Verklaring medische ongeschiktheid/Declaration of medical unfitness

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 30 september 2014 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 19/05/2008 pub. 28/05/2008 numac 2008022284 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006. FILIP Van Koningswege : De Minister van Noordzee, J. VANDE LANOTTE

Bijlage 3 bij het koninklijk besluit van 30 september 2014 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 19/05/2008 pub. 28/05/2008 numac 2008022284 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006 BIJLAGE V/1. TABEL MET BEKWAAMHEIDSNORMEN OVEREENKOMSTIG PUNT 1.3° VAN BIJLAGE V

Bekwaamheid

Kennis, begrip en beroepsbekwaamheid

Efficiënt beheer van de scheepsvoorraad

- Kennis betreffende FEFO (first expired first out principe) - Kennis betreffende behandeling en beheer van diepvriesproducten - Kennis betreffende behandeling en beheer van gekoelde etenswaren - Kennis betreffende behandeling en beheer van droge etenswaren - Kennis betreffende de etikettering van producten - Kennis betreffende het bewaren van etenswaren aan boord

Berekening van de porties en het bestellen van voedingswaren

- Kennis van gewichten - Kennis van voedingsgroepen - Kennis van regionale aankoopmogelijkheden - Kennis van prijzen - Kennis van bewaren van de kwaliteit van de producten - Kennis van de verschillen tussen zelf gemaakte bereidingen en kant en klare maaltijden - Kennis betreffende het opmaken van een bestelling rekening houdend met de aanwezige stock, het aantal bemanningsleden, de nationaliteit en religie van de bemanning, de geografische ligging van het schip en de te overbruggen periode tot volgende levering - Kennis betreffende de specifieke problematiek in een scheepskeuken t.a.v. een horecakeuken

Grondige kennis van gerechten

- Kennis van verschillende voedselcombinaties - Kennis van specifieke, regionale recepten - Kennis van basissauzen - Kennis van vleesbereidingen - Kennis van visbereidingen - Kennis van soepen, voorgerechten, hoofdschotels en nagerechten - Kennis van brood en banketgebak

Grondige kennis betreffende hygiëne, veiligheid en MARPOL

- Kennis betreffende basishygiëne in de scheepskeuken - Kennis betreffende persoonlijke hygiëne en veiligheid - Kennis betreffende het hygiënisch gebruik van materialen - Kennis van de problematiek van de hygiëne in koele plaatsen en andere bewaarplaatsen - Kennis betreffende de principes van HACCP (Hazard Analysis Critical Control Points) - Kennis betreffende MARPOL bijlage 5 - Kennis betreffende het beheersplan afval - Kennis van het verslagboek afval - Kennis betreffende de oorzaken en het vermijden van voedselvergiftiging

Bereiding van een 4 gangen maaltijd

- Kennis van een goede keukenpraktijk - Kennis van de hygiëne in de scheepskeuken - Kennis van de budgettaire aspecten, het mogelijke hergebruik en de toepassing van deze elementen

De bereiding van brood en banketgebak

- Werken met levende gist - Werken met droge gist - Doseren van het zoutgehalte - Controleren van het rijzen van het brood - Wit en grijs brood - Zuurdesem - Werken met de verschillende degen die aan boord worden bereid - Basisbereiding van taarten - Werken met room

Grondige kennis betreffende gezonde voeding

- Kennis betreffende de BMI (Body Mass Index) of het ideale gewicht - Kennis betreffende de soorten vetten - Kennis betreffende de koolhydraten - Kennis betreffende het gebruik van zout - Kennis betreffende calorieverbruik - Kennis betreffende de verschillende voedselallergieën - Kennis betreffende de verschillende soorten suikers

Beschikken over het juiste gedrag

- Zin voor verantwoordelijkheid - Kunnen werken in groep - Zelfdiscipline - Orde en netheid - Management vaardigheden - Leidinggevende vaardigheden


Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 30 september 2014 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 19/05/2008 pub. 28/05/2008 numac 2008022284 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Noordzee, J. VANDE LANOTTE

Bijlage 4 bij het koninklijk besluit van 30 september 2014 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 19/05/2008 pub. 28/05/2008 numac 2008022284 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006 BIJLAGE V/2. CERTIFICAAT VAN KWALIFICATIE VAN SCHEEPSKOK

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 30 september 2014 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 19/05/2008 pub. 28/05/2008 numac 2008022284 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Noordzee, J. VANDE LANOTTE

Bijlage 5 bij het koninklijk besluit van 30 september 2014 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 19/05/2008 pub. 28/05/2008 numac 2008022284 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006 BIJLAGE V/3. OFFICIELE VERKLARING VAN ERKENNING VAN KWALIFICATIE VAN SCHEEPSKOK

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij Ons besluit van 30 september 2014 tot wijziging van diverse koninklijke besluiten ter uitvoering van het Verdrag betreffende maritieme arbeid 2006 en tot tenuitvoerlegging van de overeenkomst van 19 mei 2008Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 19/05/2008 pub. 28/05/2008 numac 2008022284 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11° van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten tussen de Associatie van reders van de Europese Gemeenschap (ECSA) en de Europese Federatie van vervoerswerknemers (ETF) inzake het verdrag betreffende maritieme arbeid van 2006.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Noordzee, J. VANDE LANOTTE

^